Wraakgevoelens tussen bevolkingsgroepen verhinderen einde
oorlog
Het is alweer geruime tijd geleden dat ik de informatieavond
in Den Haag bezocht over de toestand in Syrië na de opstand tegen Assad. In de
decemberdagen van 2012 bleek al dat de situatie moeilijk te voorspellen was in
de lappendeken die Syrië is wat betreft religies en etnische groepen. De
Amerikaanse filmmaker Olly Lampert deed een half jaar later in Syria behind the lines verslag van de lokale
strijd tussen regeringsleger en de rebellen van het Vrije Syrische leger. Ze
bekampen elkaar aan weerszijde van de rivier Orontes die in de buurt van Hama
stroomt waar ook de belangrijke aanvoerweg tussen Damascus en Aleppo loopt.
Daar waar men ooit in vrede met elkaar leefde is de haat tussen de verschillende
bevolkingsgroepen in Syrië enorm toegenomen met op dat moment zeventig duizend
doden tot gevolg.
Lampert is eerst in het soennitische dorp Kanasfra dat in
handen is van het VSL. De twintigjarige Ahmad is een van hen. Hij werkte eerst
bij de politie maar dat beviel hem niet. Hij heeft inmiddels een baard en is
vriendelijker, zegt hij. Zijn moeder is echter niet blij dat hij niet meer
bidt. Ahmad zegt dat het VSL wel godvrezend is en niet de tegenstander aan de
andere kant van de rivier zullen aanvallen, maar slechts hun aanvallen zullen
vergelden. Vanaf de andere kant worden ze regelmatig beschoten. Een inslaande granaat
zaait dood en verderf. Artsen en verplegers worden opgeroepen om de gewonden te
verzorgen maar kunnen niet veel uitrichten vanwege een stroomstoring en gebrek
aan medicijnen. De beelden zijn vreselijk. Een ontroostbare man die met zijn
familieleden naar Kanasfra gevlucht is maar hen nu verloren heeft, kan hen niet
in zijn eigen dorp begraven omdat dat te gevaarlijk is. Ahmad staart wanhopig
in de camera.
Aan de andere kant van de rivier bevinden zich de aan
sjiieten verwante alawieten in het dorp Azizya. Commandant Ali Ghazi is zeer
toegewijd zijn land te verdedigen tegen aanvallen die volgens een andere leider
door terroristen geleid worden. De mannen van Ghazi komen uit alle
bevolkingsgroepen die samen strijden voor het behoud van Syrië onder Assad.
Door de oorlog zijn de soennieten uit Azizya naar de overzijde gevlucht. Boeren
gaan wel eens terug om hun land te bewerken, maar zijn hun leven niet veilig.
Een boer toont zijn bieten die in de grond verrot zijn. Lampert filmt hem
terwijl hij op zijn brommer geschoten wordt en dekking zoekt.
Als de VN een staakt het vuren inlast wegens het Suikerfeest
dat in 2013 op 8 augustus begint, vindt er overleg plaats tussen de rebellen.
Ahmad gaat mee naar een bijeenkomst met Jamal Maarouf, een vroegere bouwvakker
die nu veel rebellen onder zich heeft. Jamal wil niets weten van een bestand en
plant een aanval op legerbasis Wadi Daif, dat dicht bij de verbindingsweg
tussen Damascus en Aleppo ligt. De rebellen nemen, bij gebrek aan bevoorrading
door het Westen, buitgemaakte wapens van het regeringsleger mee, maar weten
niet om te gaan met een raketwerper. Na een scherpe reactie van het leger trekt
Jamal zich terug en begint een beleg. Burgers vluchten weg.
Drie dagen later volgt een vergeldingsaanval door Assad met
clusterbommen die dood en verderf zaaien, vooral onder de vluchtelingen die hier
een goed heenkomen uit gevaarlijkere gebieden gevonden hebben, hetgeen al tot
voedselschaarste leidde. Ahmad voelt zich machteloos en wanhopig over de
desinteresse van de wereld. Als hij latere bombardementen filmt, raakt hij zelf
zwaar gewond. Zijn moeder staat naast hem in het ziekenhuis en zegt dat ze zijn
plaats had ingenomen als haar zoon de aanval niet overleefd had. In de
aftiteling zien we dat Ahmad zich later bij Al Nusra wil aansluiten.
De voortgaande strijd doet me denken aan een uitspraak van de
vroegere Libanese minister van Cultuur en VN politiek adviseur Ghassan Salamé
die in de Tegenlicht uitzending Wijze
lessen uit het Midden Oosten van januari j.l. stelde dat de oorlog in Syrië
nog lang kan duren omdat eerst de wraakgevoelens moeten uitwoeden. Na een kwart
miljoen doden lijkt die tijd me wel gekomen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten