Het leven op luchthaven Malpensa bij Milaan
Internationale luchthavens vormen met de toename van het
vliegverkeer een wereld op zichzelf. Ze lijken erg op elkaar met hun
incheckbalies, paspoortcontroles en lange glimmende gangen naar de gates. Met hun
blinkende tax free winkels ademen allemaal ze dezelfde, niet eens aangename sfeer.
Luchthavens zijn wachtruimten, die vierentwintig uur open zijn, maar vooral burchten
met controles, camera’s en detentiecentra.
Massimo D’Anolfi en Martina Parenti legden in Il castello de dagelijkse gang van zaken
op de internationale luchthaven Malpensa bij Milaan vast. Ze deden dat in vier
delen, die gebaseerd zijn op de seizoenen en wat willekeurig gekozen lijken te
zijn. Het eerste deel begint natuurlijk met aankomen en het laatste deel eindigt
met vertrekken. Daartussen door komen de beveiliging en het wachten aan bod.
Een luchthaven is vooral een plaats waar over de toekomst van mensen beslist
wordt.
De documentaire begint met een nogal futuristische oefening
na een alarm. Een politieman met een gasmasker op vouwt een rode deken uit over
een denkbeeldig slachtoffer. Daarna toont men de aankomst van veelal zwarte
personen die mogelijke verdacht zijn en daarom scherp gecontroleerd en zwaar ondervraagd
worden. Hoeveel geld heb je bij je? Was je hier al eerder? Een Nigeriaan komt naar
Milaan om op straat kleren te kopen die hij in Nigeria weer verkoopt. Hij heeft
niet veel geld bij zich maar de kleren op straat zijn ook niet zo duur.
Met de privacy neemt men het niet nauw. Men leest berichten
op de gsm om te zien wie contactpersonen van de reizigers zijn. Men maakt
röntgenfoto’s van een 23 jarige man uit de Dominicaanse Republiek. Hij heeft
veel bolletjes in zijn lijf en wordt, na een zielig verhaal over een zieke
moeder en een werkloze vader, afgevoerd naar de gevangenis.
Na de trieste winter begint de lente met het schieten in de
lucht nabij de startbaan. Het is bedoeld om vogels weg te jagen. Scherp houden
de veiligheidsmensen vanuit hun terreinwagen een buizerd in de gaten die in het
bos verdwijnt. Zwaluwen zijn akelige vogels. Ze lijken weg en opeens zijn ze er
weer. Een veiligheidsman in een soort keuken controleert dozen met kreeften die
met tape vastgebonden zijn maar toch nog bewegen. Hij ruikt aan vissen, alsof
die illegale middelen bevatten. Nieuwe leden van een anti terreur eenheid
krijgen instructies hoe ze stevig op hun benen moeten staan. Terroristen hebben
daar oog voor.
De zomer is een tijd van wachten. Een oudere vrouw heeft
haar onderdak gevonden in een ruimte waar baby’s kunnen worden verschoond. Ze
wast haar kleren en snijdt groente. Ze doet vlees erbij op een elektrisch kookplaatje
en eet haar maal op een bank bij de geldautomaten. Later wast ze haar haren en
draait krullen. Met een föhn maakt ze haar haren droog en doet make-up op. Het
is haast absurd, alsof we naar een film kijken.
De documentaire eindigt in de herfst met beelden vanuit de
verkeerstoren en van bewakingscamera’s. Men maakt foto’s van hem en
vingerafdrukken van een zwarte Nigeriaan, van wie de papieren eerder zijn
ingehouden. Hij is naar België geweest om asiel aan te vragen. Volgens de
functionaris kan men, na een afwijzing door Italië, in een ander Europees land
geen asiel krijgen. Zo werkt dat niet. De man wil verder procederen.
Hier
een lange trailer.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten