Welcome, reader! According to Antony Hegarty in this second decade of the new century our future is determined. What will it be? Stays all the same and do we sink away in the mud or is something new coming up? In this blog I try to follow new cultural developments.

Welkom, lezer! Volgens Antony Hegarty leven we in bijzondere tijden. In dit tweede decennium van de eenentwintigste eeuw worden de lijnen uitgezet naar de toekomst. Wat wordt het? Blijft alles zoals het is en zakken we langzaam weg in het moeras van zelfgenoegzaamheid of gloort er ergens iets nieuws aan de horizon? In dit blog volg ik de ontwikkelingen op de voet. Als u op de hoogte wilt blijven, kunt u zich ook aanmelden als volger. Schrijven is een avontuur en bloggen is dat zeker. Met vriendelijke groet, Rein Swart.

Laat ik zeggen dat literaire kritiek voor mij geen kritiek is, zolang zij geen kritiek is op het leven zelf. Rudy Cornets de Groot.

Do not go gentle into that good night, Old age should burn and rage at close of day; Rage, rage against the dying of the light. Dylan Thomas.

Het is juist de roman die laat zien dat het leven geen roman is. Bas Heijne.

In het begin was het Woord, het Woord was bij God en het Woord was God. Johannes.



dinsdag 21 mei 2013

Filmrecensie: Free floating (2006), Boris Khlebnikov



Arbeid in een communistische wereld, die uit elkaar valt

Russische films blinken vaak uit door een indringende directheid. Dat geldt ook voor Free floating van Boris Khlebnikov. De film begint al meteen sterk met een lange shot van een bewaker bij een reusachtige fabriekspoort, die de nietigheid van de mens uitdrukt. Hij zit daar maar en zit daar maar, tot er een oude bus met arbeiders stopt die door de poort gaan. Hij bietst sigaretten bij hen. Misschien is hij niet eens een bewaker maar gewoon iemand die daar in de buurt woont en op deze manier aan zijn verslavingsmiddel komt.

Free floating ademt de sfeer van het vervallen communisme. Alles is sjofel en armoedig. Het leven is geen plezierige onderneming en het werk van slechte kwaliteit, maar tegelijkertijd is er ook een lichte en soms absurdistische toets.

Hoofdpersoon Ljonja werkt ook in de fabriek. Samen met twee vrienden ontsnapt hij op een dag de fiets naar een disco in het bos. Terwijl ze vanaf de buitenkant naar het feestgebouw kijken, worden ze onplezierig aangesproken door een oudere knaap. Nadat ze hem gebruskeerd hebben, worden ze door een grote groep jongens gemolesteerd. Later dansen ze wel met meisjes, maar weinig geïnteresseerd.

De voorman ziet de volgende dag dat Ljonja moe is en zegt het dat hij maar moet gaan slapen. Terwijl Ljonja languit op de bank ligt, arriveren er twee zwarte auto’s. De fabriek wordt aan de Amerikanen verkocht en meteen gesloten. De arbeiders moeten op zoek naar ander werk. De voorman roept zijn ploeggenoten op de volgende dag, als de andere arbeiders nog hun roes uitslapen, als eersten bij het arbeidsbureau te zijn.

Ljonja wordt bij het arbeidsbureau aangesproken door een koopman die op de markt schoenen verkoopt en een assistent zoekt. Samen zetten ze, net als alle andere kooplieden, een bungalowtent op en smeren een vrouw nieuwe schoenen aan. De koopman laat de handel daarna aan Ljonja over. Hij is aan het eind van de dag heel tevreden omdat de jongen een stel moeilijk verkoopbare schoenen heeft verkocht.

Ljonja zelf is minder tevreden. Hij gaat naar het arbeidsbureau en vraagt de ambtenares die stug in een boek leest om ander werk. Zonder op te kijken geeft ze hem een formulier. Hij kan kiezen tussen stucadoor of schilder en kiest het eerste. Met een volle bus schilders en vrouwen gaat hij de volgende dag op weg. Hij heeft zijn moeder beloofd dat hij haar geld zal sturen. Nadat de schilders overgestapt zijn in een andere bus, kijkt Ljonja rond naar al die etende en slapende vrouwen. Na een plaspauze blijft hij achter en loopt weer terug naar zijn dorp.

De ambtenares komt met meer mogelijkheden. Ljonja kiest voor wegenonderhoud en komt bij twee stug rokende mannen die gaten in de weg dichten. Een reus met een bochel stampt stenen aan in een gat, die door de ander er met een emmer in gekieperd worden. Ljonja moet van de opzichter, die het nogal hoog in de bol heeft over zijn bedrijfskunde, met een koevoet de randen gaten bewerken. Zijn vrienden kijken van een afstandje met een fles bier en een sigaret smalend toe, maar Ljonja laat zich niet kennen. Zijn collega’s zijn in de ban van een knappe klasgenote van Ljonja die in de straat woont. Ljonja en varkentje, zoals ze genoemd wordt, doen nogal kattig en tegelijk flirterig tegen elkaar (zie foto).

Als Ljonja de opzichter wijst op een verkeerde constructie van een gebouw en de opzichter hem neerslaat is het over met de liefde tussen hen. De ambtenares is not amused. Ljonja zou zijn verantwoordelijkheid niet kennen. Hij komt zijn vroegere voorman tegen, die hem en een stel ploeggenoten in een aftandse auto meeneemt naar een vervoersbedrijf waar mogelijk werk is, maar dat blijkt niet het geval. De voorman spiegelt de anderen voor dat ze in de winter aan het werk gaan. Daar drinken ze alvast een borrel op. Ljonja zwemt terug door de rivier.

Op het eind staat hij weer bij de rivier waar juist een schip voor schrootvervoer heeft aangelegd. Ljonja helpt bij een reparatie op de oever en volgt de mannen het schip op.

Helaas geen trailer gevonden. Boris Khlebnikov (1972) maakte eerder Roads to Koktebel.   

  

Geen opmerkingen:

Een reactie posten