Welcome, reader! According to Antony Hegarty in this second decade of the new century our future is determined. What will it be? Stays all the same and do we sink away in the mud or is something new coming up? In this blog I try to follow new cultural developments.

Welkom, lezer! Volgens Antony Hegarty leven we in bijzondere tijden. In dit tweede decennium van de eenentwintigste eeuw worden de lijnen uitgezet naar de toekomst. Wat wordt het? Blijft alles zoals het is en zakken we langzaam weg in het moeras van zelfgenoegzaamheid of gloort er ergens iets nieuws aan de horizon? In dit blog volg ik de ontwikkelingen op de voet. Als u op de hoogte wilt blijven, kunt u zich ook aanmelden als volger. Schrijven is een avontuur en bloggen is dat zeker. Met vriendelijke groet, Rein Swart.

Laat ik zeggen dat literaire kritiek voor mij geen kritiek is, zolang zij geen kritiek is op het leven zelf. Rudy Cornets de Groot.

Do not go gentle into that good night, Old age should burn and rage at close of day; Rage, rage against the dying of the light. Dylan Thomas.

Het is juist de roman die laat zien dat het leven geen roman is. Bas Heijne.

In het begin was het Woord, het Woord was bij God en het Woord was God. Johannes.



vrijdag 12 april 2013

Recensie: Vader van God (2012), Martin Michael Driessen



Flauwe geschiedenis over een verveelde God en zijn huishoudster Bartje

Over het leven van Jezus is veel geschreven, maar nog altijd biedt zijn persoon voer voor godsdienst-geïnteresseerden. Afgelopen Pasen verscheen in Trouw het boeiende essay De gekruisigde nar van Gerard de Haas over de mogelijkheid dat Jezus een nar was. Verschillende uitspraken wijzen daarop. Het zou een hele verrassing zijn dat een wereldgodsdienst zich heeft gebaseerd op een komiek.

Martin Michael Driessen pakt het anders aan. Hij zoekt in zijn roman niet naar historische feiten, maar bedacht een bijzondere constructie over een god die samen met zijn huishoudster wat aanrommelt in de hemel. Hij kijkt het heelal in en voelt zich alleen. ‘Want het enige wat Hij als God niet kon was zichzelf vreugde schenken. En voor een hond voelde Hij niets.’

Om het genoegen te beleven zelf een vader te hebben, incarneert hij als mens. De uitvoering daarvan gaat niet zonder slag of stoot. Na een mislukt avontuur in Jericho twijfelt God of hij zich nog met de wereld wil bemoeien, maar tenslotte besluit hij als kind onder de mensen te komen:
‘Hij wilde nog een keer terug onder de mensen, maar dan geheel en al als mensenzoon, zonder tegelijk de alwetende te zijn, want God de Vader was Hij al thuis bij Bartje; als mens op aarde wenste Hij zo argeloos als een kind te zijn.’

Met het beeld van een duiker en een helper in een boot wordt de verhouding gesteld tussen de mens Jezus die op aarde van alles beleeft en zijn vader die vanuit de boot in de gaten houdt of het allemaal wel goed gaat. God wordt bijgestaan door vier aartsengelen als zijn informanten. Gabriel krijgt de hoofdrol om Maria over te halen zich van binnen uit door Jezus te laten ontmaagden. Jozef vindt het maar niets, maar later wil hij Jezus beschermen tegen zijn onmogelijke taak als messias - een taak met een onvermijdelijke afloop - en trekt met hem weg.

Driessen gebruikt zijn fantasie over de periode van het leven van Jezus, tussen zijn jeugd en zijn zesentwintigste waarin hij uit beeld verdween. In een klooster komen Jozef en Jezus vreemde figuren tegen zoals een onvoorspelbare reus die hen overvaart naar de Syrische woestijn, waar Jozef bang is door Jezus in de steek gelaten te worden.

God heeft zijn handen van hen afgetrokken maar gaat tenslotte overstag voor de oproep van Michaël om Jezus terug te vinden. Ik moest bij al die engelen denken aan het toneelstuk Wegens sterfgeval gesloten van Jan Wolkers, dat de wederopstanding op een komische manier verbeeldt. Bij Driessen is de humor ver te zoeken. Op een enkele uitzondering na zoals over die hond, is het een flauw aftreksel. Erger is dat het verhaal niet van de grond komt. De lezer komt niet in de personages maar ziet hen van bovenaf opereren.  

Wel aardig is een scene over neef Johannes die Jezus mist. Hij steelt twee lammeren, maar moet ze van zijn ouders weer terugbrengen en krijgt een hele kudde mee. Hij geeft die aan zijn ouders terwijl hij zelf een mensenkudde gaat leiden en dopen

Het is vooral het afgesleten idee van God als een vaderfiguur in de hemel, dat mij tegenstond. Hij draagt pantoffels, bromt tegen zijn huishoudster Bartje en spreekt in oneliners zoals ‘Alwetend zijn betekent uiteindelijk een even grote leegte als volkomen onwetend zijn.’ Dat hij zelf een lekkende kraan repareert is nog tot daar aan toe, maar dat hij op het eind ook nog eens paaseieren schildert is wel een dieptepunt.

4 opmerkingen:

  1. Ergens rond 1850 verscheen in Duitsland het eerste boek wat probeerde aan te tonen dat Jezus een verzinsel is.
    Behalve de verhalen uit het nieuwe testament is er geen enkel 'bewijs' dat Jezus ooit bestond.
    Daarentegen is de theorie dat Paulus een geheim agent van de Romeinse keizer was, belast met de opdracht een godsdienst te stichten die de joodse ondermijnde, uiterst interessant.
    Toen Paulus vanuit Jeruzalem naar Rome vertrok om zijn zaak bij de keizer de bepleiten kreeg hij, volgens ook verhalen overigens, een escorte van drie honderd soldaten mee.

    Michael Baigent, Richard Leigh, ‘Verschlusssache Jesus, Die Wahrheit über das frühe Christentum’, (The Dead Sea Scrolls Deception, 1991), 2005, Bergisch Gladbach

    Wilhelm Kammeier, ´Die Fälschung der Geschichte des Urchristentums’, 1981, Wobbenbüll

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. En ik maar doorworstelen in Jezus, het verhaal van een levende van Edward Schillebeeckx.

      Verwijderen
  2. Bij Schillebeeckx afgestudeerd en heel goed wetend wat met hem "worstelen" is, kan ik je natuurlijk geen betere raad geven dan toch maar met zijn Jezus door te worstelen. Dat levert heel wat meer op dan de andere bovenstaande adviezen. joost tibosch sr

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Geen adviezen, alleen theorieën.
    In een boek van Hoyle kwam ik tegen, ruw vertaald 'als het heelal alles is, is het natuurlijk onzin te denken dat er nog een god daarbuiten is'.
    The black cloud, het m.i. beste science fiction boek ooit.
    Zie ook Fred Hoyle and Chandra Wickramasinghe, ‘Life on Mars ?, The case for a Cosmic Heritage ?’, Bristol 1997

    BeantwoordenVerwijderen