Blik in toneelwereld schuurt op vele niveaus
De voorstelling Ondertussen
in Casablanca maakt veel los over de verhoudingen binnen de toneelwereld
maar ook die tussen toneel en wereld. De stof die opgeworpen wordt, geeft weer
dat er veel schuurt, waardoor het pluche net iets minder lekker zit dan anders.
De frictie wordt op het eind fraai vertolkt in het lied We are the world door het bonte gezelschap bestaande uit
gerenommeerde acteurs, nieuwkomers en leerlingen, maar daarvoor al zichtbaar gemaakt in
de afwisseling tussen de wereld in de hoofden van een theaterechtpaar (zie foto) en die
daarbuiten.
Hoofdmoot van de voorstelling is een lang interview met het
gearriveerd stel Alfred Lohman (Hans Dagelet) en Lynn Fonteyne (Jacqueline
Blom), dat hun hele leven aan het toneel heeft gewijd en veel te vertellen heeft
over het vak en hun collega’s. Het echtpaar mag zich koesteren in de bewondering
van Aurelia Vegelin van Claerbergen (Anniek Pheifer), een naam die uit de
wereld van de glossy moet komen. De voelbare spanning tussen de echtelieden wordt
vermenigvuldigd door de gewelddadige wereld, , om te beginnen met een opstand in Warschau, die letterlijk achter hun rug binnendringt
en fraai wordt vormgegeven door een ingenieus decorontwerp met panelen die in
en uit elkaar schuiven.
Hoewel de toeschouwer voor aanvang een videoblik voorgeschoteld
krijgt op een leeg terrein dat volgens de boventiteling aan de stadsrand van
Casablanca ligt, is elke associatie met de beroemde film met Humphrey Bogart en
Ingrid Bergman misplaatst. Alfred is gevlucht naar een omgeving waar
hij los kan komen van het verleden en zit in een korte rode broek aan het
strand met zijn vriendin Zakia die zich inzet voor de armen aldaar. Hij ziet al
voor zich dat hij overdag eindelijk eens de Russische bibliotheek kan lezen en
de avonduren met Zakia kan doorbrengen, maar zij steekt daar een stokje voor. Ze
acht niets doen schadelijk, vindt dat hij zijn talent niet moet verspillen en
opnieuw op de planken moet gaan staan. Wat Alfred rest is een vuige grap.
Drie weken eeder wordt Alfred in de drukke kleedkamer van
de Stadschouwburg in Amsterdam aan de tand gevoeld door Aurelia. Kleedster
Anneke staat achter de strijkplank om een overhemd van Alfred op orde te
brengen, maar helpt hem vooral met feiten die niet meer zo vast in zijn
geheugen zitten. Het interview wordt voortgezet aan het Sweelinckplein in
Den Haag met echtgenote Lynn in een foeilelijke rode broek. Aurelia probeert de
spanning tussen het echtpaar te controleren, maar verraadt, half op haar stoel
gezeten, met haar lichaamstaal hoe krampachtig dat gaat. De spanning is ook voelbaar in haar gelach na een opmerking van Alfred over Hans Kesting die met Het klokhuis
geassocieerd werd. Ze valt meteen weer terug in haar rol door te beginnen over
het ontwikkelen van een lach op toneel. Terwijl het gesprek over de cue, het onbeholpen
gedrag van invallers en het gemompel van collega’s gaat, breekt in de wereld achter hen hel uit,
op het eiland Lesbos, in Aleppo, Kinshasa en waar al niet.
Tijdens zijn beschouwingen over speltechniek breekt Alfred
regelmatig door de vierde wand en ook Lynn demonstreert met grote gebaren hoe
ze een saai publiek oppept, dat zit uit te buiken na een overvloedige maaltijd.
Aurelia
loopt rond met een enorme rode vlek rond de mond vanwege een onstuimige
zoenpartij met Lynn, die van Alfred weinig meer hoeft te verwachten. Hoewel de werkelijkheid, zowel binnen als buiten de relatie tussen Alfred en
Lynn wrang blijft, wordt de voorstelling lichtvoetig gehouden door grappige
verwijzingen naar de acteur die vroeger in de AH reclames speelde en mismoedige
blikken die Alfred om zich heen werpt als Lynn aan het woord is. Zoon Bram, die staat te golfen binnen de omheining in de Spaanse enclave Melila, belt zijn vader om meer geld en doet het voorkomen alsof hij in Parijs is.
Terwijl asielzoekers over de wand proberen te kruipen, geeft hij tegen zijn
vrienden af op het ouderwetse toneelspel van zijn ouders. Tegenwoordig kan men
meer geld verdienen met een rolletje in een televisieserie of een tv reclame. Dreiging
komt ook van binnenuit in de gedaante van een zwarte krijger die als een
schaduw de huiskamer binnendringt en voor Alfred de nachtmerrie over zijn vrouw
verbeeldt die hem vanaf het balkon bekijkt.
Het regiedebuut van Jeroen de Man is veelbelovend. De
rijkgeschakeerde voorstelling werpt heel wat stof op en zet, zoals goed toneel
hoort te doen, aan het denken over de verhouding tussen amusement en engagement.
Het doet vooruitzien naar de komende vier jaar waarin De Man bij het Nationale
Toneel en bij Oostpool nog meer stof mag opwerpen.
Hier
nog veel meer informatie over de voorstelling en de spelers op de site van het
Nationale Toneel.
aangepast om 15:54 uur.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten