Zoektocht naar de aard van de Nederlander
Lotte Jensen is universitair hoofddocent Nederlandse letterkunde
aan de Radboud Universiteit Nijmegen en publiceerde eerder historische werken als
Verzet tegen Napoleon (2013) en The Roots of Nationalism. National identity formation
in early modern Europe 1600-1815. De inhoud van dit laatste komt zal terugkomen
in Vieren van vrede. Het ontstaan van de Nederlandse identiteit, 1648
– 1815. Daarin laat Jensen zien dat vredesuitingen een belangrijke impuls aan
de nationale identiteit gaven.
Jeroen van Kan merkt op dat zij nu eens niet de geschiedenis
beschrijft aan de hand van oorlogen maar de tegenhanger daarvan. Haar onderzoek
richtte zich op de periode tussen de Vrede van Münster (1648) tot het Congres van
Wenen (1815). Deze periode begint met het ontstaan van de Republiek der Zeven Verenigde
Nederlanden en eindigt met de geboorte van het koninkrijk der Nederlanden. De teksten
die geschreven werden na het sluiten van vrede waren echter oorlogszuchtig van toon.
Jensen antwoordt dat dit het paradoxale ervan is: door de vredesverdragen
werd afgerekend met oude vijandschap maar tegelijkertijd doemden nieuwe conflicten
op over het toekomstige beleid, bijvoorbeeld tussen protestanten en katholieken
of tussen staats- en oranjegezinden. Daarmee werden, heel cynisch, de kiemen voor
een nieuwe oorlog gelegd.
Van Kan refereert aan een uitspraak van de Pruisische generaal
Von Clausewitz (1780-1831) die oorlog zag als voortzetting van politiek met andere
middelen, hetgeen door Michel Foucault werd omgedraaid tot de uitspraak dat politiek
oorlog is met andere middelen, waarbij machtsuitoefening de onderdanen in het gareel
houdt.
Jensen herhaalt dat er zowel verzoening optrad als dat de messen
alweer geslepen werden.
Van Kan zegt dat de door haar bestudeerde periode een tombola
was van dit soort tegenstrijdige processen.
Jensen verklaart dit door de compromissen die werden gesloten,
bijvoorbeeld over de samensmelting tussen de Noordelijke en de Zuidelijke Nederlanden.
De opgelegde Unie bevatte de kiem voor verdere conflicten. Daarom spreekt ze ook
niet van vooruitgang maar van een perpetuum mobile.
Van Kan vraagt of dit een universeel mechanisme is.
Jensen antwoordt dat in de Republiek, ondanks de conflicten,
een debatcultuur heerste die harmonie bewerkstelligde en verschillende krachten
in balans hield. Als oude vijanden verdwijnen is er ook vooruitgang. Specifiek voor
Nederland was de strijd tussen oranje- en staatsgezinden, die later patriotten en
nog weer later republikeinen werden genoemd. Hierdoor zien we geen opgaande lijn
maar meer een golfbeweging.
Van Kan zegt dat vaak na het sluiten van een vrede een nieuwe
Gouden Eeuw werd aangekondigd.
Jensen noemt het een constante in de Nederlandse identiteitsvorming.
De Gouden Eeuw was geen negentiende-eeuwse uitvinding, maar werd eerder al vastgesteld.
Vondel schetste na de vrede met Spanje in Leeuwendalers
een ideale samenleving, waarin de koeien room gaven en de handel bloeide. Historisch
gezien is de handel belangrijk voor de Nederlandse identiteit. Dat begint al met
de VOC. Ook het protestantisme en de oranje gezindheid vormen verbindende elementen.
Andere opvattingen werden vaak tegengewerkt, tegengeluiden uitgesloten. Een historicus
dient zich daarvan bewust te zijn om geen verkeerd van de situatie te krijgen. De
handelsgeest werd volgens Jensen echter door allen gedragen. Zelfs oorlogen, zoals
tegen Engeland, werden ermee gerechtvaardigd. De mens is geneigd tot conflict als
zijn eigen belang in gevaar komt.
Van Kan vraagt tenslotte naar het zelfbeeld van de Nederlander.
Jensen ziet dat als pragmatisch. Zolang men maar kan handelen
is alles in orde. Vrijheid is dan ook een politiek beladen begrip. Op de omslag
is de dikke man in de dansende kring zo’n Nederlandse handelaar. Niet iemand om
je op te laten voorstaan, denk ik.
Hier
een pdf van Vondels Leeuwendalers, hier
de tekst met verklarende noten, hier
mijn verslag van een gesprek in Het Filosofisch Kwintet over de Nederlandse identiteit
waaraan Lotte Jensen ook deelnam. Nog steeds denk ik dat men zich af moet vragen
waarom men die Nederlandse identiteit wil vastleggen. Wat is de functie daarvan?
Zoals Jensen al zei werden oorlogen ermee gerechtvaardigd. Soms hoorde ik Rutte
zeggen dat onze belangen niet mogen worden geschaad. Welke belangen?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten