Feelgood voorstelling over een eeuw moderne kunst
Alex Klaasen - bekend om zijn cabareteske uitstraling, zijn
overtuigende typetjes en zijn mooie liedjes - en Steef de Jong - inmiddels
geroemd om theaterproducties waarin hij operettes in een nieuw kartonnen jasje
steekt - hebben elkaar gevonden in een voorstelling waarin ze terugblikken op
honderd jaar moderne kunst. Klaasen (rechts op de afbeelding) legt uit dat revue ook terugblik betekent.
Dat is niet het enige didactische element in de voorstelling. De Jong (links) bedient
zich vaak van feitelijke mededelingen over kunstenaars en de stromingen waar ze
bij horen. Hij zegt ook dat er in de moderne kunst meer stromingen geweest dan
in de hele kunstgeschiedenis bij elkaar. Het is dan ook ondoenlijk om daar in
de tijd van een lunchpauzevoorstelling erg diep op in te gaan.
Met verrekijkers gewapend, die in de benedenzaal werden
uitgedeeld, werpen we een blik op het tweetal dat met dansjes, liedjes en
ingenieuze decorstukken de eeuw moderne kunst aan zich voorbij laat trekken. De
aanpak is noodgedwongen fragmentarisch en begint met het schilderij L’origine du monde van Courbet uit 1866
dat vanwege het pornografisch karakter pas 122 jaar later tentoongesteld werd.
Op de tentoonstelling die in de foyer te zien was, hangen een aantal werken die
daarop geïnspireerd zijn, onder andere een borduurwerkje, mogelijk van de
moeder van Ina Veen die verbonden is aan het theatergezelschap van Steef de
Jong en deze voorstelling ook regisseerde.
Een blik met de verrekijker op een draaitafel met daarop
verschillende ingerichte zalen uit een museum blijft tenslotte stilstaan bij
een lege zaal, die ingericht werd door Martin Creed en waarin, zoals de titel
luidt, alleen het licht beurtelings aan en uit gaat. Het brengt het tweetal na
enkele sterke fragmenten - waaronder een kroeggesprek tussen een aantal
coryfeeën zoals Dali, Matisse en Mondriaan en een gesprek tussen Gertrude Stein
en Peggy Guggenheim zoveel jaar na hun dood - en wat flauwere elementen - zoals
het kijken naar de schaal met appels van Cezanne vanuit vanuit twee verschillende
ooghoeken en een dripping van Pollock waar de eerste rij ook een bijdrage aan
mocht leveren - tot een voorlopig einde waarin de lichten net zoals bij Creed
steeds uit en aan gaan.
Het vervolg met een blik in de keuken van Jan en Anita
Schoonhoven is grappiger dan alle eerdere fragmenten bij elkaar, ook door het
meer spelachtige karakter van de scène. Het is erg leuk om de kunstenaar en de
jazz zangeres tegenover elkaar bezig te zien met de eigen hobby’s, al is het
kartonnen wijntje dat ze daarbij drinken al vaak vertoond in eerdere show van
De Jong. De sfeer doet denken aan de verrichtingen op het filmpje, dat we
voorafgaande aan de voorstelling te zien kregen. De Jong als een bevlogen
museumdirectrice met een witte kralenketting om haar nek prijst daarin de kunst
aan van een losgeslagen reggae kunstenaar, een mooi typetje van Klaasen. Aan het
slot buigt het tweetal zich als twee suppoosten nog eens over het verschil
tussen Pollock en Matisse en raakt steeds meer verstrikt raakt in de
bedoelingen van de moderne kunst zodat men het er tenslotte maar op houdt dat die
- uitgaande van het schilderij Zwart
vierkant van Malevich - zwart en wit tegelijk is en daarmee ook aan en uit.
Dat is leuk gevonden, maar kan een zekere oppervlakkigheid niet verhelen. Dat
was echter op deze woensdagavond in de feestweek aan het publiek niet af te
zien. Zo’n feelgood voorstelling zit als gegoten in de laatste dagen van het
jaar.
Hier
een warme aanbeveling van Hanneke Groenteman, die de voorstelling als
lunchpauzevoorstelling in Bellevue zag en zelfs fragmenten opnam.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten