Nee zeggen is een constructieve daad
Schrijver Gustaaf Peek (Haarlem, 1975) heeft na zijn roman Godin (2014) een pamflet geschreven
waarin hij een pleidooi doet voor het communisme.
Jeroen van Kan brengt de uitzending over de laatste Boekenweek
in herinnering waarin Peek het verboden vruchtenboek Het communistisch manifest meegenomen had. Verzet! is daarvan een uitvloeisel, al zal de inhoud niet door
iedereen gedragen worden.
Peek zegt dat dit misschien op dit moment nog niet zo is.
Het woord communisme bestaat alweer even en heeft niet zo’n goede connotatie.
Hij schreef dit pamflet om zijn verlangen in woorden te vatten. Dat ziet hij
als een uiting van onverzettelijkheid. Hij laat daarmee zien dat we er nog
zijn, dat we nog niet helemaal ingekapseld zijn door het kapitalisme dat de
natuurlijke vijand is van het communisme.
Van Kan vraagt hem naar de nationalisering van de
productiemiddelen. Streeft hij staatseigendom na?
Peek zegt dat het begrip communisme vol contradicties zit. Dat
komt door de Koude Oorlog en totalitaire systemen in Rusland en China die zich
de term communisme hebben toegeëigend. Hij is daar kritisch over. De vraag is
van wie de productiemiddelen zijn en volgens het communisme zijn ze eigendom
van het volk.
Van Kan vraagt of er geen sprake kan zijn van pervertering
van de uitvoering.
Peek stelt dat het onmogelijk is om het communisme in een
dictatuur uit te voeren. Het gaat immers over het collectieve streven naar een
egalitaire samenleving, waarin kennis, inkomen en macht op gelijkwaardige wijze
verspreid zijn. In het communisme zijn we allemaal even veel waard. De
eigenwaardigheid leidt tot rechtvaardigheid. Het gaat hem in zijn pamflet niet
over de staatsinrichting maar om een collectief idee dat we samen moeten
vormgeven.
Van Kan vraagt zich af of zoiets denkbaar is.
Peek antwoordt dat het idee leeft dat er geen alternatief is
voor de huidige maatschappelijke orde, maar dat de werkelijkheid veranderlijk
is. Elke generatie meent dat men de wijsheid in pacht heeft. Peek hoopt dat als
we straks op onze maatschappij terugkijken met verbazing over het feit dat we
zo konden leven.
Van Kan vraagt wat het meest verbazingwekkend is.
Peek antwoordt dat we alles aan de markt hebben overgelaten.
De farmaceutische industrie dicteert de prijs van medicijnen.
Van Kan vraagt of dat laatste niet een uitwas kan zijn het
kapitalisme.
Peek zegt dat alles wat we tot ons nemen door de filter van
het kapitalisme is gegaan. Hij zelf heeft ook niet de wijsheid in pacht, maar
wil in ieder geval kritisch kijken naar hetgeen ons overkomt.
Van Kan zegt dat Occupy uit elkaar gevallen is en dat Bernie
Sanders ook niet het verschil kon maken, maar dat hij desondanks toch vasthoudt
aan het communistisch ideaal.
Peek antwoordt dat het communisme een vanzelfsprekend is en
dat we geen eilanden zijn, zoals door het kapitalisme wordt voorgesteld. In
onze maatschappij bestaan op het gebied van onderwijs, stemrecht en zorg al
communistische waarden, maar het kapitalisme stelt die als afschrikwekkend voor
omdat het alleen winstmaximalisatie nastreeft. Daardoor creëert het behoeften
die we helemaal niet nodig hebben. Nee zeggen daartegen is een constructieve
daad.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten