Een hoer is en blijft een hoer
De dame met de
camelia’s, geschreven door Alexandre Dumas junior (1824 – 1895), is
gebaseerd op een jeugdliefde van hem met de courtisane Marie Duplessis die in
de roman optreedt onder de naam Marguerithe Gautier. Zij is een cultureel
ontwikkelde vrouw die zich in Parijs in ruil voor de liefde door rijke heren
liet onderhouden en in de loges van de theaters altijd omringd is camelia’s,
tot ze een man tegenkomt die haar zo goed bevalt dat ze met hem verder door het
leven wil gaan. De omstandigheden in die tijd bemoeilijkten echter een
ongedwongen liefdesverhouding. Marguerithe die al nooit zo sterk van gezondheid
was, gaat na een half jaar ten onder aan de problemen die ze in de nieuwe
liefdesverhouding tegenkomt.
Dumas bouwt het, volgens hem echt gebeurde verhaal, op in
een raamwerk, waarin de verteller van het verhaal een ontmoeting heeft met hoofdpersoon
Armand Duval - die ongetwijfeld niet toevallig dezelfde initialen als de
schrijver heeft - na een veiling van de spullen van de overleden courtisane
Gautier, die in die tijd een maintenee werd genoemd. De verteller is, vanwege
een zwak voor lichte vrouwen, al eens in het huis van Gautier geweest om al
haar spullen te bekijken. Hij heeft haar zelfs wel eens op straat gezien, weet ook
dat ze kuurde en dat ze onderhouden werd door een hertog. Hij koopt op de
veiling voor veel geld een boek dat de titel Manon Lescaut draagt. Daarin staat een opdracht geschreven van een
zekere Armand Duval die zich niet veel later aandient. Hij heeft van de
veilingmeester gehoord dat de verteller het boek gekocht heeft en wil het graag
weer terug hebben. De verteller vindt dat geen enkel probleem, temeer omdat hij
hoort hoeveel Duval van Gautier gehouden heeft.
Er ontwikkelt zich een relatie tussen de twee mannen die naar
het graf van Gautier voert en zelfs tot een herbegrafenis leidt, omdat Duval
die op reis is geweest, zijn geliefde, nog eenmaal wil zien. De confrontatie
met het lijk leidt tot een zenuwaanval bij Duval, waarop hij in geuren en
kleuren uit de doeken doet hoe de relatie tussen hem en de twintigjarige Gautier
zich heeft ontwikkeld. Het relaas duurt tot aan het eind van de roman, waarna
nog een serie brieven volgen die Gautier op haar sterfbed geschreven heeft en
die inzicht geven in het grote verlangen naar liefde dat ze koesterde maar dat
niet te verwezenlijken was.
De nogal ingewikkelde en drakerig beschreven verhouding tussen
Duval en Gautier begon met veel argwaan van de kant van Duval over de motieven
van Gautier, die gewend was om zich door rijke heren te laten onderhouden. Hij
gaat ervan uit dat liefde een seizoensartikel is, maar Gautier wil dat hij vertrouwen
in haar heeft, onderworpen is en discreet. Duval laat zich adviseren door Prudence,
een collega van Gautier die zelf ook aan haar verdient. Het aangaan van de
relatie brengt hem ertoe plaats te nemen achter de speeltafel maar daar kan hij
nooit genoeg verdienen om aan alle materiële verlangens van Gautier te voldoen.
Wanhoop en achterdocht wisselen elkaar in het verhaal af. Een erfenis van zijn
familie moet een oplossing bieden, maar zijn vader steekt daar een stokje voor
met een beroep op het huwelijk van zijn eerbare dochter dat niet in gevaar mag
komen door het wilde leven van zijn zoon. Hij praat in op Gautier, die daarop
afziet van een relatie met Duval maar daarbij wel haar gezondheid opoffert.
De dame met de
camelia’s werd geschreven door de zoon van de schrijver met de gelijknamige
naam die we onder andere kennen van De
drie musketiers. De bovengenoemde roman werd vertaald door C.J. Kelk en de
illustraties waren van C.A.B.. Bantzinger.
Hier
een blog van Geri Meftah over de roman met enige achtergrondinformatie, onder
andere over het feit dat het verhaal is gebruikt als materiaal voor de opera La traviata van Verdi en er is zelfs een
foto van een camelia.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten