Intrigerende zoektocht rond verlies en gemiste kansen
De een na laatste film van Nuri Bilge Ceylan kan zich meten met de lengte van Wintersleep en handelt
over een zoektocht naar het lichaam van een vermoorde man die ergens begraven
is maar dat moeilijk te vinden is omdat de dader niet meer precies waar hij het
slachtoffer begraven heeft. Meer dan dat is Once
upon a time in Anatolia een film over de nogal uitzichtloze levens van de personen die zich
met de zoektocht bezig houden.
In de avondschemering zien we drie auto’s over de weg op ons
afkomen. In de eerste auto zit politiechef Naci naast zijn chauffeur Arab Ali
en achterin zitten dokter Celan en een bewaker met Kenan in hun midden, die een
man vermoordde omdat hij diens vaderschap betwistte. Terwijl het gesprek gaat
over kaas en buffelmelk, houdt Kenan zich afzijdig. Zijn gezicht heeft, anders
dan de andere mannen, veel weg van de lijdende Christus. In de tweede auto zit
de officier van justitie die uit Ankara gekomen is en in de legerjeep met
zwaailicht zit tenslotte een andere verdachte, Ramazan, de broer van Kenan.
De tocht naar het lijk zou een peulenschil moeten zijn,
waarna de officier weer terug kan naar zijn woonplaats en de politiechef klaar
is met zijn onderzoek. Omdat Kenan echter in een dronken bui verkeerde tijdens
de moord, kan hij de plek waar het lijk begraven ligt niet aanwijzen en zoeken
ze door tot de volgende ochtend. De nacht brengen ze door in het huis van de
burgemeester van een dorp in de buurt, die en passant aan de officier vraagt of
die een goed woordje kan doen bij de gouverneur om geld los te krijgen voor de
bouw van een mortuarium. Een van de mooiste scènes in de film is als de dochter
van de burgemeester tijdens een stroomuitval thee serveert in het schijnsel van
een lamp die op haar dienblad staat. De mannen zijn zeer onder de indruk van
haar schoonheid. De officier vindt het zelfs jammer dat zo’n mooie jonge vrouw wegkwijnt
in zo’n dorp.
Nuri Bilge Ceylan filmt slow, waardoor we extra kunnen
genieten van de mooie beelden van het heuvellandschap met graanvelden, van de regens
die over de vlakte razen, van de wind die een appeltje meeneemt van de boom
naar een stroompje waar het tot stilstand komt bij andere, eerder gevallen
appels. Ieder mens heeft zijn eigen trauma’s, lijkt Ceylan daarmee te zeggen. De
dokter is gescheiden en heeft nooit kinderen gekregen. De politiechef heeft een
zoon thuis die niet helemaal goed is en vraagt de dokter of hij medicijnen voor
de jongen kan uitschrijven. Zelf houdt hij het thuis niet zo lang uit, maar ook
in diensttijd is hij snel nijdig, overstuur. De officier lijkt op Clark Gable, heeft
prostaatproblemen en is getraumatiseerd over zijn vrouw die na de bevalling van
hun kind een eind aan haar leven maakte. Hij vertelt erover aan de dokter die
wil weten wat de doodsoorzaak was en niet gelooft aan een hartaanval, maar denkt
aan een overdosis aan medicijnen, zoals digoxine, waarop de officier erkent dat
er huwelijksproblemen waren.
Als het slachtoffer van Kenan is opgegraven en naar het
ziekenhuis in de stad vervoerd voor een autopsie is de dokter niet te beroerd
om, net als de officier, de waarheid over de moord te negeren. Hij kijkt door
het raam de vrouw en de zoon van het slachtoffer na die met de persoonlijke
bezittingen van hun man en vader in de heuvels rond een schoolplein verdwijnen,
zoals, kun je misschien zeggen, alles verdwijnt en alleen de last blijft,
verder gedragen door de kinderen, door de volgende generaties. Het is een thema
dat nadondert, dit besef van verlies en gemiste kansen, zoals er zoveel zijn in
een leven.
Hier
de trailer.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten