Bloeiende beschaving in het midden van de woestijn
De reis naar de tentoonstelling Petra. Wonder in de woestijn aan het Rapenburg in Leiden is heel
wat minder vermoeiend dan een bezoek aan de plaats zelf. Het is alweer twee
jaar geleden dat ik in Petra was, met een excursie aangeboden door een van de
vele reisbureautjes in Dahab, dat in de Sinai aan de Rode Zeekust ligt. Petra was
de hoofdstad van de Nabuteeërs, een nomadenvolk dat zich zo’n 2500 jaar geleden
vestigde in holen achter een kloof in een gebergte omringd een woestijn. Ze lieten
graven, een theater en woonhuizen na. Het is één van de zeven wereldwonderen,
in 1812 door Ludwig Burckhart opnieuw ontdekt en het vormde het decor voor de
film Indiana Jones and the last crusade.
Hoewel de excursie ook in twee dagen gedaan kon worden, besloot ik het in één
dag af te handelen. Daarna kon ik weer aan het strand uitrusten.
Een busje zou om drie uur in de nacht vertrekken vanaf de
toegangsweg tot Dahab tegenover de moskee waar ik een appartement had betrokken.
Ik groette in het donker de andere personen die al opgehaald waren. De
chauffeur reed meteen het stadje uit. Tot mijn verbazing stopte hij al gauw bij
een benzinestation, niet om te tanken, maar om te wachten. Wellicht moesten er
nog personen mee, dacht ik. Na een half uur arriveerde een touringcar met
Russen uit Sharm al Sheik. Wij dienden over te stappen in de bus die ons naar
een havenplaatsje in noordelijke richting bracht, vanwaar een boot naar Akaba
ging. De formaliteiten vanaf de vertrekplaats duurden eindeloos, terwijl een
visum pas op de boot kon worden aangeschaft. In de lange rij die zich na
vertrek opstelde voor de loketten, drongen Russen tot ontzetting van Britse
reizigers ruw voor. Gevoelig voor argumenten waren ze ook al niet. In Jordanië kregen
we een gelukkig een Westers busje toegewezen waarin we onze sympathieke gids
Machmud troffen, een student archeologie, die ons, na vele plichtplegingen bij
de douane en de paspoortencontrole en terwijl we vanuit het centrum van Akaba op
weg gingen naar het noorden, informeerde over de politieke, maar vooral over de
geografische toestand in Jordanië. Het enorme gebrek aan regenwater vormde een
probleem in het land.
Na het verlaten van de snelweg naar Amman, reden we richting
het gebergte waarin de stad Petra zich verstopt hield. De bus stopte bij een
uitzicht op een kloof langs de weg. Machmud vertelde dat Petra rots betekent,
maar ook wel Moses Wadi werd genoemd omdat Mozes zijn volk daar door heen naar
het heilige land zou hebben gevoerd. Vanaf de enorme parkeerplaats was het nog
een heel eind lopen in de brandende zon naar de ingang van de kloof.
Paardenmenners probeerden ons over te halen plaats te nemen in rijtuigen, die ons
af en toe met hoge snelheid rakelings passeerden. Machmud vertelde bij de
ingang van de kilometers lange kloof over de spirituele betekenis van Petra,
dat op een kruising van handelsroutes lag. Verschillende geloven kwamen daar samen
en iedereen eerde zijn eigen goden. Zo zagen we langs de weg omlijstingen met
een balk erin of twee vierkanten die ons als ogen aanstaren.
In de goten van zandsteen langs de weg liep vroeger het
regenwater dat opgevangen werd. Helaas zette een Rus zijn zoontje bovenop zo’n
goot om een foto van hem te maken, daardoor de goot beschadigd werd. Indrukwekkend was de facade van Al-Khazeh (zie foto) in het midden van de kloof, net als andere graftempels uitgehakt in de rotsen. Machmud
had zoveel te vertellen dat onze bezoektijd verstreken was toen we na een uur het
begin van de stad bereikten. We kregen nog een uur om rond te kijken bij de
graven en de arena en weer terug te keren naar de bus, die ons naar een
restaurant zou brengen waar we nog een bedoeïenenmaaltijd zouden gebruiken. Tijdens
dat buffet gedroegen de Russen zich overigens weer vreselijk door veel te veel
op te scheppen en hun sigaretten in het nauwelijks aangeraakte voedsel uit te
drukken. Oververmoeid kwam ik eenentwintig uur later weer bij mijn appartement
aan.
Ik was daarom blij met het initiatief van het Museum voor
Oudheden om een tentoonstelling te organiseren, waar ik nog wat verder kon
rondneuzen in de stad. Over de religie wordt verteld dat die een smeltkroes
vormde met nomadische, Romeinse en Griekse rituelen en overtuigingen. Er is
zelfs een driedimensionale animatie van een soldatengraf, dat zo genoemd wordt
vanwege de beelden van soldaten erboven. De stad Petra is een wonder omdat men midden
in de woestijn een stad maakte als een smeltkroes waarin men tolerant met elkaar
omging. Daar kunnen wij nog wat van leren.
De tentoonstelling Petra.
Wonder in de woestijn is nog te zien tot en met 23 maart 2014. Naast de
tentoonstelling is er nog de kunsttentoonstelling Petra Revisited te zien van Gertie
Bierenbroodspot, die lang in Petra werkte.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten