Rilke en ik
De Vlaamse filosofe Ann Meskens maakte als gastschrijver
voor de Gerrit Rietveld Academie The
making of: werkplaats voor mogelijke kunst. Daarvòòr publiceerde ze een
boek over Tati en over stadswandelingen. Het maken van een wandeling is een
goede manier om tot ideeën te komen, zegt Ann en dat kan ik beamen.
Via de tuinbouw en het verzekeringswezen kwam ze tot de
filosofie. Op twaalfjarige leeftijd hield ze van tuinieren en deed daarin een
opleiding, maar tegelijk vormde de natuur het decor om in te lezen. Ze deed een
opleiding als verzekeringsmakelaar en vond het sociale aspect boeiend. Ze
praatte met klanten over veel meer dan verzekeringen alleen. Ze kon haar werk tenslotte
niet meer verenigen met haar lust om bijvoorbeeld het werk van Kant te lezen.
Boeken sleepten haar mee, een andere kant op. Ze kreeg door een tweedehands
boekenverkoper De aantekeningen van Malte
Laurids Brigge van Rilke aangereikt en werd getroffen door diens
beschouwingen van honderd jaar geleden. Pas later begreep ze dat Rilke een
dichter was.
Wim Brands toont het stukgelezen exemplaar dat Meskens heeft
meegenomen. Op de universiteit van Leuven had ze het boek altijd bij zich. Het
werd haar bijbel. Ook op de Rietveld Academie waar ze als gastschrijver de
vrije ruimte kreeg om zelf iets te maken, vormde het boek een houvast voor haar.
Temidden van de jonge kunstenaars voelde ze zich verloren. Rilke vormde een
object van troost. Samen met het boek van Rilke kon ze de confrontatie aan.
In The making of doet
Meskens intellectuele gedachte-experimenten. Hoe zouden Plato en Aristoteles zich
gevoeld hebben in de Rietveld Academie? Net als de studenten was zij ook een
maker, met taal als medium.
Brands toont een video van kunst van de Belg Ruben Benninkx,
waarin grote honden een stoel vernielen. Als moraalfilosofe vroeg Meskens zich
af of zoiets door de beugel kon. Benninkx vroeg haar om over zijn werk te
schrijven. Hij bedacht eerst het beeld van de vernielende honden en dacht
vervolgens na over de uitvoering van zijn idee. Meskens werd gegrepen door de
kracht van het beeld. Honden vallen in de regel geen stoel aan.
Brands neemt te weten hoe Benninkx aan zijn uitvoering kwam
maar zegt dat niet.
Meskens zegt nog dat Benninkx eerst de stoel insmeerde met
spekvet maar dat de honden daaraan gingen likken.
Pas helemaal op het eind zegt Brands dat een mislukking ook
belangrijk is in een creatief proces. Daarover gaat het boek. Dat moeten we dan
maar zelf lezen.
Ik wilde hier de video van Ruben Benninkx tonen maar achter
zijn url www.rubenbenninkx.com komt
die niet boven water.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten