Vaag dansende film over gelijknamige film uit 1956
Juliette Binoche noemt in de documentaire Schetsen voor een portret, waarin haar
zus Marion haar filmcarrière op originele wijze aan de hand van tekeningen van
Binoche in beeld brengt, de Taiwanees Hou Hsiao Hsien een taoïstisch filmer,
die graag de acteurs vrij laat en lange shots neemt, waarin men zelf de inhoud
van de scène moet zien waar te maken.
Binoche speelt de artistieke Suzanne die in Le voyage du ballon rouge een druk
bestaan leidt. Haar man Pierre werkt in Montreal aan een boek, haar dochter Louise
zit in Brussel op school en logeert bij opa. Suzanne moedert over Simon en werkt
mee als stem in een poppenvoorstelling met een Chinese inslag.
Een jonge Chinese vrouw loopt door de stad, op zoek naar de
locatie van het poppentheater. Ze heet Song en blijkt de nieuwe oppas van Simon,
het zoontje van Suzanne. Ze komt uit Beijing, studeert daar aan de filmacademie
en heeft zelf al een film op het naam staan, L’origine. Ze is in Parijs om lessen te volgen, heeft onderdak en
verdient meteen wat bij.
Samen met Simon trekt ze door de stad, met haar camera in de
aanslag. Ze filmt een rode ballon die op de muur geschilderd is en vertelt de
vroegwijze Simon over de film Le ballon
rouge van Albert Lamorisse.
Simon krijgt pianoles in een appartement op de bovenverdieping
van huurder Marc. Een vriendin van hem komt binnen en begint op te ruimen als
Simon achter de piano zit. Song gaat terug naar het appartement van Suzanne en
daar te werken. Marc komt binnen met het verzoek om in de keuken van Suzanne
eten te bereiden. Song is ondanks haar gebrekkige Frans behoorlijk bij de tijd.
Ze laat hem eerst met Suzanne bellen om toestemming te krijgen. Aan het
telefoongesprek te horen krijgt hij die niet zo gemakkelijk.
Suzanne heeft er bij thuiskomst de pest over in dat de
keuken een puinzooi is. Marc betaalt ook al een jaar lang geen huur. Als ze
hoort dat Louise terug wil komen naar Parijs, heeft ze haar graag op de
bovenverdieping. Ze schakelt de jonge advocaat Leonard in om haar huurder Marc het
huis uit te krijgen, maar daarvoor heeft ze een huurcontract nodig dat ze niet
kan vinden. Ze vergeet zelfs de afspraak met Leonard. Die zet zich aan tafel naast
Simon en eet een pannnenkoekje mee, gebakken door Song, voordat Suzanne
thuiskomt. Leonard zal proberen een uitzetting te regelen. Suzanne laat de
piano naar haar eigen verdieping verhuizen, om haar plannen kracht bij te
zetten, maar uiteindelijk zweeft alles in de lucht.
Af en toe duikt in het verhaal een grote rode ballon op die aan
een touwtje die door het centrum van Parijs zweeft. De ballon begint op Place
de la Concorde en is vaak door het raam te zien tijdens de scènes, vaak
onopgemerkt door degenen die zich binnen bevinden. Hij komt ook langs bij het
museum waar de schoolklas van Simon een uitleg krijgt over een schilderij met
een rode ballon. Er wordt een en ander uitgelegd over het perspectief en over
de trieste maar ook vrolijke sfeer die het doek uitademt.
De film danst voort als de ballon, met kabbelende piano
klanken op de achtergrond. De rust van Song staat in scherpe tegenstelling tot
de stress van Suzanne. Vanwege haar drukke bestaan en haar problemen met haar
huurder heeft ze nauwelijks tijd voor haar zoon. Soms maakt ze dat goed uit een
schuldgevoel dat de kijker begrijpt. Die ziet haar denken en daarnaar handelen.
Dan vraagt ze Simon hoe het op school is gegaan, wat hij tekent of vraagt hem
om een knuffel.
Het was grappig om Juliette Binoche eens als de blondine Suzanne
te zien, vaak met verfomfaaide haren, maar ze
komt niet helemaal uit de verf. De drukke moeder is een typetje, al vertolkt
ze dat typetje met veel bravoure. De film, die eindigt met een dranklied, is
verder wat vaag, al zou men dat wellicht ook speels kunnen noemen. Een
aansporing om Three times (2006) van
dezelfde regisseur eens te proberen. Zie mijn volgende blogartikel.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten