Welcome, reader! According to Antony Hegarty in this second decade of the new century our future is determined. What will it be? Stays all the same and do we sink away in the mud or is something new coming up? In this blog I try to follow new cultural developments.

Welkom, lezer! Volgens Antony Hegarty leven we in bijzondere tijden. In dit tweede decennium van de eenentwintigste eeuw worden de lijnen uitgezet naar de toekomst. Wat wordt het? Blijft alles zoals het is en zakken we langzaam weg in het moeras van zelfgenoegzaamheid of gloort er ergens iets nieuws aan de horizon? In dit blog volg ik de ontwikkelingen op de voet. Als u op de hoogte wilt blijven, kunt u zich ook aanmelden als volger. Schrijven is een avontuur en bloggen is dat zeker. Met vriendelijke groet, Rein Swart.

Laat ik zeggen dat literaire kritiek voor mij geen kritiek is, zolang zij geen kritiek is op het leven zelf. Rudy Cornets de Groot.

Do not go gentle into that good night, Old age should burn and rage at close of day; Rage, rage against the dying of the light. Dylan Thomas.

Het is juist de roman die laat zien dat het leven geen roman is. Bas Heijne.

In het begin was het Woord, het Woord was bij God en het Woord was God. Johannes.



vrijdag 27 september 2013

Recensie: Stoner (2012), John Williams



De uitkomst van het leven is ongewis

De roman Stoner kreeg erg lovende commentaren die na lezing wat overdreven aandoen. Het is zeker een boeiend verhaal over een boerenzoon die opklimt tot docent aan de Universiteit van Missouri in een gedegen stijl die daar wel bij past, maar veel meer is het niet.

Het verhaal begint in de jaren rond de Eerste Wereldoorlog en loopt door tot de Tweede.
Beide oorlogen gaan aan Stoner voorbij. Hoewel zijn studievrienden David Masters en Gordon Finch ten strijde trekken, laat Stoner de kans schieten en blijft in Columbia. Op advies van zijn docent Sloane die Engels die moreel bezwaar aantekent. Hoe kan men literatuur en dienst in het leger met elkaar in overeenstemming brengen?

Dat is een van de sterke aspecten in het boek dat meer had mogen worden uitgediept. Helaas blijft Stoner teveel een biografie. Van een gekweld man, allereerst vanwege zijn afzijdige houding ten opzichte van het leger, die hem wordt hem niet in dank afgenomen. Hij stelt zijn ouders teleur, eerst al omdat hij voor literatuur kiest en vervolgens omdat hij niet terugkeert naar de boerderij. Hij trouwt met Edith Bostwick uit St. Louis, een erg preutse vrouw met de nodige complexen die een voorspoedige carrière in de weg staan. Hij beleeft een gefnuikte liefde met studente Katherine Driscoll en raakt door de waanzin van zijn vrouw het contact met zijn dochter Grace kwijt. Later trouwt Grace tegen zijn zin vanwege een moetje, haar man sneuvelt in de Tweede Wereldoorlog en na de bevalling raakt ze aan de drank, vooral door de tegenstrijdige opvoeding die ze kreeg. De universiteit is een wespennest met vele uiteenlopende belangen. Gordon Finch,die bestuurlijke taken verricht zit tussen twee vuren. Tenslotte wordt Stoner geveld door kanker.

De stijl waarin al deze ellende gegoten wordt doet nogal belegen aan, al moet daarbij aangetekend worden dat de roman in de jaren zestig geschreven is. Vaak voelt de lezer al van ver aankomen dat er iets belangrijks staat te gebeuren: de lange introductie van Edith die later zijn vrouw zal worden of Katherine met wie hij een liefdesrelatie krijgt. Het belang van haar dissertatie die Stoner zal lezen wordt meteen al breed uitgemeten.

Laat ik me beperken tot de positieve kanten. Een daarvan vond ik de karakterontwikkeling van William Stoner door het harde werk op de boerderij thuis in Booneville en die later bij een oom in ruil voor kost en inwoning, waardoor hij niet snel bij de pakken neer gaat zitten. ‘Diep in zijn binnenste, nog onder zijn geheugen, wist hij wat ontberingen waren, honger, taaiheid en pijn. Hoewel hij zelden aan zijn jeugd in Booneville dacht, bevond de kennis die hij van huis uit had meegekregen zich altijd dicht onder het oppervlak van zijn bewustzijn, kennis die aan was overgeleverd door voorvaderen, die een onopgemerkt, zwaar en stoïcijns leven hadden geleid, en die allemaal de gewoonte hadden om een hardvochtige wereld met een uitdrukkingsloos, onbuigzaam en somber gelaat tegemoet te treden.’

Ook zijn kenschets van zijn dochter op oudere leeftijd is fraai, al zou ik de verwijzing voor het begrip moraliteit geen hij genoemd hebben:
‘Ze was, wist hij – en dat had hij al heel vroeg geweten, vermoedde hij – een van die zeldzame en altijd aangename mensen die zo’n fijngevoelige moraliteit bezaten dat die gekoesterd en onderhouden moest worden om tot uiting te kunnen komen. Die week af van de wereld en moest in een omgeving verkeren waarin hij zich niet thuisvoelde. Terwijl hij naar tederheid en rust verlangde, moest hij zich voeden met onverschilligheid, gevoelloosheid en lawaai. Het was een aard die, zelfs in de merkwaardige en vijandige omgeving waarin hij moest leven, niet ruw genoeg was om zich te verzetten tegen de brute krachten die daartegen ingingen, en die zich alleen nog maar kon terugtrekken in een rust waarin hij verloren, klein en kalm was.’

Af en toe speelt het gemis van zijn studievriend Dave Masters bij Stoner op. Een edele geest die het leven liet in de Eerste Wereldoorlog en anders Gordon Finch en hem had kunnen verbinden. Het leven brengt niet altijd wat men wenst. Het vereist doorzettingsvermogen om op het rechte spoor te blijven en dan nog is het resultaat ongewis.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten