Binding is iets anders dan bondage
Filosoof Ad Verbrugge las de erotische thriller Vijftig tinten grijs en merkte dat die
ging over verbinding, die mensen tegenwoordig weer zoeken. Hij schreef daarover
Staat van verwarring met als
ondertitel Het offer van liefde.
Wim Brands maakt eerst een grapje over deze verbinding door
te beginnen over bondage die in Vijftig
tinten grijs ruimschoots voorkomt, maar vraagt daarna serieus wat Verbrugge
in dat boek las.
Een verlangen naar binding, zegt zijn gespreksgenoot. Hij ontdekte
dat de erotische relatie tussen de man en de vrouw in de thriller zich transformeert
tot liefde, een huwelijk en een kind, een ontwikkeling die indruist tegen het
idee van autonomie.
Brands refereert aan Houellebecq die in de jaren negentig in
Elementaire deeltjes een toekomst
schetste waarin wij allen als atomen langs elkaar leven.
Verbrugge antwoordt dat de visie van Houellebecq gericht was
tegen de erfenis van de jaren zestig. Die ging in een richting, waarbij men een
steeds grote vrijheid eiste zonder dat men rekening met elkaar hoefde te houden.
De sociale omgang was zo leeg, contactloos en pijnlijk, dat die steeds verdoofd
moest worden.
Brands vraagt terecht of Houellebecq daarmee gelijk had.
Verbrugge ziet dubbele tendensen, die ook in literatuur en film
terugkomen. In de film Disconnected is
sprake van virtualisering, maar tegelijkertijd is er sprake van een tegenbeweging
die verbinding met elkaar wil maken en nieuwe vormen van verbondenheid zoekt.
De vraag van Brands naar voorbeelden is een inkoppertje.
Verbrugge noemt de broodfondsen van zzp-ers, gezamenlijke
energieprojecten, buurtzorg, stadstuinieren. Dat zijn wellicht lichte vormen
van samenwerking, maar….
Hij krijgt niet de kans zijn zin af te maken. Brands vraagt
naar het ontstaan van het verlangen naar verbinding.
Verbrugge wijst er terecht op dat de vraag eigenaardig is,
want de mens is een sociaal wezen dat verbinding zoekt. Met zijn bekende hakkelende
wijze van spreken noemt hij hechting en gehechtheid. Zonder die inbedding is er
sprake van gemis.
Brands laat het er niet bij zitten en vraagt hoe we dan onthecht
geraakt zijn.
Dat is volgens Verbrugge een proces van de moderniteit. Vanaf
de zestiende eeuw kwam het subject centraal te staan, dat zich in verschillende
fasen ontwikkelde tot een autonoom individu, dat alle gemeenschappelijk als
onderdrukkend zou ervaren.
Brands vraagt hem of hij geen conservatieve agenda hanteert als
hij Vijftig tinten grijs leest als
een pleidooi voor meer verbinding. Dat kun je wel uit elk boek halen.
Verbrugge wil niet terug naar de seksuele moraal van de jaren
vijftig. Hij krijgt zowel instemming uit orthodox gelovige hoek als van progressieven.
Een beeldhouwster schreef hem over naar aanleiding van zijn boek over het
probleem van vormgeving. Welke vorm geef je aan de relaties tussen de seksen. Verbrugge
vindt het mooi dat het lichaam als instrument van de liefde gezien kan worden.
In zijn kritiek op het autonome individu moest ik denken aan
de ideeën daarover van Erich Fromm. Hij stelde dat de mens op de eerste plaats
een sociaal wezen was, die vrijheid van kende en vrijheid tot. Niets nieuws onder
de zon dus, ook niet over de seksuele beleving. Wellicht meende Verbrugge dat Vijftig tinten grijs een aardige
binnenkomer zou zijn.
Hier
het voorwoord van Staat van verwarring.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten