Aarzelend begin van nagesprekken over Tegenlicht uitzendingen
Pakhuis de Zwijger organiseert de komende maanden samen met
de VPRO een soort nazit over een aantal recente Tegenlicht uitzendingen, te beginnen
met die van afgelopen maandag over Het
antwoord op de crisis komt uit Griekenland. De uitzending was zeer boeiend
maar de vraag blijft over hoe groot de reikwijdte is van zo’n burgerbeweging, de rol ervan in het grotere perspectief
en of zoiets ook in Nederland kan ontstaan. Een aantal insiders praat daar,
voor een kritische zaal, over na.
Egbert Fransen, directeur van Pakhuis de Zwijger, kiest voor
samenwerking met de VPRO omdat hij geïnteresseerd is in nieuwe sociale bewegingen
in Amsterdam. In het voorjaar waren er al avonden over Nederland van boven en Nederland
in transitie, waar het huidige initiatief uit voortgekomen is.
Frank Wiering, eindredacteur van Tegenlicht, zegt dat de
VPRO als massamedium in contact wil komen met mensen die aan de basis bezig
zijn met nieuwe manieren van werken en daarmee het groepsproces op de redactie
verbreden. De meet up is een experiment dat tot november zeven keer na de
reguliere Tegenlicht uitzending gehouden wordt.
Moderator Bart Krull van het Instituut voor Maatschappelijke
Innovatie leidt het onderwerp van vandaag in. In hoeverre kan de burgerbeweging
in Griekenland iets betekenen voor Nederland? Hij ondervraagt de maker van de
documentaire, Alexander Oey, die eerder de voor Tegenlicht een uitzending
maakte over de bankencrisis in Griekenland. Oey is optimistischer over de
Griekse situatie dan een paar jaar geleden. Ondanks (misschien wel dankzij) de gedaalde
koopkracht, de hoge (jeugd)werkloosheid en het hoge btw tarief, waardoor een
kop koffie vijf euro kost, ziet hij ondernemingslust bij de bevolking. Van onderop,
bottom up, wordt het leven gereorganiseerd. Als de crisis zich verdiept in
Nederland kan Griekenland voor ons een voorbeeld vormen, denkt Oey.
Vervolgens zien we fragmenten uit Het antwoord op de crisis komt uit Griekenland gevolgd door een
gesprek dat Krull heeft met mensen die beroepsmatige betrokken zijn met het getoonde
onderwerp.
De Griek Dimitri Grammatika van stichting Lize bijt de spits
af naar aanleiding van het fragment over de wasmiddelenfabrikant. Hij zegt dat
de crisis voor de Nederlandse vakantieganger nauwelijks zichtbaar is. Zeker
buiten de grote steden niet. De Grieken zijn en blijven rijk omdat ze solidair
met elkaar zijn. Hij weet echter niet of de modale Griek de oude economie wil
inruilen voor de lokale. Het laatste is meer om te overleven. Hij hoopt wel dat
Nederland het idee van kleinschaligheid en zelfvoorzienendheid overneemt.
Cor-Jan Tolkamp van Foodcoop.nl bekijkt het fragment over de
aardappelbeweging. Hij houdt zich bezig met het helpen opzetten van lokale
voedselcoöperaties als alternatief voor de supermarkt. In de coöperatie komt
men samen en kan men ook samen eten. Hij gaat uit van de waarde van de mens die
tot uitdrukking komt in de mogelijkheid een keuze te maken voor zijn voedsel.
Duurzaamheid acht hij een basisgoed voor iedereen. Hij ziet veel in de
technologische ondersteuning, software, die vraag en aanbod op elkaar afstemt.
Roelof Kruize van Waternet zegt dat de privatisering van het
staatswaterbedrijf in Nederland niet kan voorkomen omdat die in overheidshanden
is. Waakzaamheid is geboden omdat wetten zomaar kunnen veranderen. Hij spreekt
over nieuwe toekomstige relaties tussen water en energie en wil gebruikt
douchewater hergebruiken om te verwarmen en het toilet met regenwater laten
doorspoelen.
Futuroloog Wim de Ridder bekijkt een fragment van Tomas
Sedlacek over de markteconomie en is het niet met hem eens. Volgens De Ridder
baseert de Tsjech zich op achterhaalde economische concepten uit de jaren
tachtig. We staan inmiddels op de drempel van een synergetische economie waarin
informele sociale groepen zelf het heft in hand nemen, daarbij geholpen door
internet en 3d printers. Op dit ogenblik kampen we nog met aanpassingsproblemen
vanuit het verleden maar de volwassen samenleving waarin efficiënte productie
en groei mogelijk is, is wel in zicht. Hij ziet niet zoveel solidariteit tussen
de Grieken. De bovenlaag zet hun geld op banken in Zwitserland en maakt de
overgang naar de nieuwe economie voor hun landgenoten moeilijk.
Aan het begin van de groepsdiscussie,die overigens tussen
louter mannen wordt gevoerd, stelt De Ridder dat wij in Nederland niet kunnen
omgaan met verandering. We klampen ons vast aan de gevestigde orde en we
vertrouwen erg op de overheid.
Oey die eerder Off the
grid maakte over Amerikaanse initiatieven van onderop ziet veel
initiatieven.
De zaal heeft zijn twijfels en noemt het vele geregel en het
schuldenprobleem dat een hindernis voor verandering vormt. De Ridder noemt dat
laatste een financieel crisisprobleem en denkt dat de economie straks weer
aantrekt.
Volgens Grammatika zijn Grieken minder geobsedeerd met geld
dan Nederlanders en stellen ze minder vertrouwen in de overheid. Ze bedenken manieren
om samen iets voor elkaar te krijgen.
Tolman is bezig met verandering, niet zozeer vanuit de
crisis maar vanwege het avontuur.
Kruize benadrukt hergebruik vanwege het schaars worden van
grondstoffen.
Uit de zaal klinkt gemor. Er wordt veel te gemakkelijk
gedacht over verandering. Hoe verander je de oude macht?
Volgens De Ridder geeft de elite haar macht niet gauw op,
maar gewijzigde omstandigheden zullen hen daartoe dwingen.
De eerste Meet up bracht nog geen baanbrekende inzichten. Het
was jammer dat de regionalisering niet verder aan de orde kwam. De Ridder was met
zijn visie een vreemde eend in het gezelschap. Het was vooral vreemd dat hij
Rutte steunde over zijn gebrek aan visie. Alsof de nieuwe wereld vanzelf komt
aanwaaien. Misschien brengt een discussie over gebotteld water volgende week de
tongen echt los.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten