De man van het lange verhaal
Onlangs, op 5 mei j.l., overleed op 69-jarige leeftijd
Gerard van Westerloo, onder andere redacteur en interim hoofdredacteur van Vrij
Nederland en in de late jaren negentig hoofdredacteur van De Groene
Amsterdammer. Hij werd bekend met zijn reportages voor de kleurenbijlage van
Vrij Nederland, zoals De pont van kwart over zeven en De bestuurders
van lijn 16, waarin boze burgers aan het woord kwamen, die later nog meer
van zich zouden laten horen. Niet spreken met de bestuurder (2005) is
een bundeling van zijn artikelen. Later bespreek ik De pater en het meisje
(2010).
In het VPRO-radioprogramma Argos spreken
literatuurcriticus Elma Drayer, oud redacteur van De Groene Joeri Boom en Laura
Starink, oud redacteur van NRC over zijn betekenis voor de
(onderzoeks)journalistiek.
Elma Drayer heeft hem het langst meegemaakt, vanaf 1984, en
mag dus beginnen. Ze werd als jonge journaliste door Van Westerloo gevraagd mee
te werken met de VN-kleurenbijlage en was daarmee verguld. Ze vond hem een
mentor. Hij las haar artikelen van begin tot eind, was een absolute
moederkloek. Zij was de gezel en hij was de meester. Hij was links liberaal
maar met een open blik.
Joeri Boon leerde hem in 1997 kennen als hoofdredacteur van
De Groene en opvolger van Martin van Amerongen. Ook voor Joeri was hij een
meester. Hij leerde hoe je een artikel schreef. Vlak nadat Gerard
hoofdredacteur was geworden, vond men in archieven bewijs van de medewerking
van ambtenaren aan de deportatie van joden. Dat trok meteen de aandacht, ook
van de buitenlandse pers. Met twee redacteuren en Van Westerloo werkten ze aan
het stuk, terwijl buiten op de gracht de pers wachtte. Joeri leerde van Gerard
om ten allen tijde de rust te bewaren. Zelf schreef Joeri al reportages en was
benieuwd wat Gerard daarvan zou vinden. Hij maakte de fout om als dakloze
verkoper zich incognito in het daklozenmilieu te mengen en kreeg een standje
van Van Westerloo, die altijd met open vizier streed. Van Westerloo vertelde
hem dat hij met ambtenaren een reis maakte met de Achille Lauro naar Cairo. Hij
zag aan de wand foto’s van drie kapers en vroeg aan Joeri of hij die zou hebben
gekocht. Zelf deed hij dat niet om de ambtenaren niet in een kwaad daglicht te
stellen. Breng als journalist anderen niet in gevaar, was zijn stelregel.
Laura Starink was zijn chef, al klinkt dat meer dan het was.
In 1999 begon NRC met het maandblad M, dat helaas niet meer bestaat, zegt Laura
erbij. Ze was blij dat Van Westerloo eraan mee wilde doen. Hij was een van de
ster auteurs. In de tijd van Fortuyn heerste er veel verwarring op de redactie.
Gerard had al over het volksverzet geschreven in zijn reportages voor de VN
kleurenbijlage. Er heerste rancune over de prijs die de onderkant van de
maatschappij betaalde voor de multiculturele samenleving. dat was een taboe.
Gerard dook in een onderwerp en onderzocht het van alle kanten. Het mooie was
dat hij zijn stukken, bijvoorbeeld die over Ad Melkert, voorlegde.
De manier van journalistiek bedrijven van Van Westerloo is
geen gemeengoed geworden, maar een uitzondering gebleven. Elma Drayer vindt het
een treurige zaak dat de journalistiek hijgerig is geworden en mensen niet in
hun waarde laat. Laura zegt dat de lange reportage in de dagbladjournalistiek
verdwijnt. Huidig hoofdredacteur van NRC Vermeersch zei in de Volkskrant dat
stukken van vierduizend woorden niet meer kunnen. Men moet snel scoren.
Hier
de bijdrage van Elma Drayer in VN.
mooi verhaal over een prima journalist
BeantwoordenVerwijderenmaar reageren op je verhaal is een crime, ik doe geen poging meer
BeantwoordenVerwijderenbedoel je dat in technische zin, jan?
BeantwoordenVerwijderen