Portret van een somberman, bonkig als Zeeuwse klei
Na twee romans met een sterk sociaal en historisch karakter
gevat in een beminnelijk Vlaams, valt de korte De man die haast had helaas tegen. Anders dan in De verzonken jongen en Meester Mitraillette richt
Vantoortelboom zijn aandacht op een stugge Zeeuw die trauma’s oploopt waar hij
niet meer vanaf komt en in plaats van in het Vlaams schrijft hij in een
standaard Nederlands, dat nogal gewoontjes aandoet.
De sobere taal is mogelijk te verklaren op grond van zijn
verhuizing naar Zeeuws Vlaanderen, een gebied met een weinig bezielende couleur
locale, waardoor de zinnen mat uitslaan, maar kan ook te maken hebben met hoofdpersoon
Leon, die in elkaar gedeukt wordt na de doodssmak van zijn tien jaar oudere oppas
en maatje Elsie, die daarna gehandicapt door het leven gaat, gevolgd door de
vroege dood van zijn labiele moeder op 35- jarige leeftijd
De sombere toon weerspiegelt het gedrag van Leon. Het lukt de
jongeman niet om nog van het leven te genieten. Zijn negatieve uitspraak dat de
val van een boom duidelijker is vast te stellen dan zijn groei, kenschetst hem.
Het adagium van zijn moeder, dat een mens altijd in zijn eigen armen sterft,
heeft hij in zijn hoofd geprent en komt daar niet meer uit. Na de middelbare
school heeft hij, anders dan zijn vriend Bertram, geen zin meer in een studie.
Hij ontbeert het vertrouwen in de toekomst, maar accepteert op aandringen van
zijn empathische lerares geschiedenis wel een baan als conciërge op zijn oude
middelbare school. Werktuiglijk verricht hij daar de noodzakelijke handelingen.
Liliane, de nieuwe geschiedenisjuf, wekt enig erotisch verlangen bij hem op. De
schat gaat met hem samenwonen in zijn dijkhuisje op afstand van de bewoonde
wereld, maar veel vreugde beleeft ze daar niet. Leon werkt in zijn vrije tijd
aan een motorboot waarmee hij een speciale bedoeling heeft. Door de stilstand
in zijn leven wordt Leon tenslotte door de autoritaire en op Liliane beluste directeur de laan
uitgestuurd. Als Liliane ook
vertrekt, voert Leon zijn plan met Elsie uit dat hij al langer in zijn
hoofd had en waarmee hij de uitspraak van zijn moeder teniet doet.
Vantoortelboom deelt zijn roman schematisch in en vult de
hoofdstukjes zonder veel verrassing op. Hij begint met de oudere Leon die al
vijfentwintig jaar in een psychiatrische inrichting zit en zwenkt daarna terug
naar diens traumatische verleden. Terwijl de roman chronologisch naar het heden
toewerkt, schenkt de schrijver tussendoor veel aandacht aan de bezoeken aan
Elsie, die Leon energie geven. Soms werpt Vantoortelboom daarbij een blik
vooruit, bijvoorbeeld als hij zegt dat twee voorvallen zijn vriendschap met Bertram
cementeerden, zoals hij dat in een wonderlijke uitschieter noemt. De niet
aflatende beving in zijn handen is van een ouderwetse beschouwelijkheid zoals
ook blijkt uit de formulering: ‘Het was
op een van die zeldzame wandelingen dat Leon een soort van revelatie te
verwerken kreeg.’ Anderzijds is het wel weer een gaaf detail dat de vader
van Leon steeds moet opstaan om de televisie op een andere zender te zetten.
De hoofdstukken zijn kort, de zinnen afgemeten. Daarbij wordt
wel eens een stukje ingeslikt, zoals tijdens de entree in de school van Liliane.
’Aangezien het buiten niet al te warm was
die ochtend, ook nog een gekleurde zijden sjaal rond haar nek en schouders. Hij
wachtte geduldig af, hoorde de tred aan. De aarzeling had hij niet verwacht. Ze
moest hebben gezien dat zijn deur openstond, misschien het flauwe blauwe
lamplicht dat op de witmarmeren vloertegels viel.’ Dit moge muggzifterig zijn,
de taal is ook niet altijd even nauwkeurig. Als zijn vriend die in Engeland
studeert, de escapades van een Duitse student becommentarieert die, net als
Leon zelf eerder overkwam, door een hitsige Britse studente, het bed dreigt te
worden in gesleurd, staat er: ‘Hij leek
wel een kever, zo snel haastte hij zich op zijn korte beentjes om zich uit de
voeten te maken.’
De uitwerking van het onderwerp over de druk die, voor de een meer dan de ander, van de tijd
uit gaat, is, net als de psychologische kant niet sterk. De avances van de directeur, die als een bloedhond op Liliane jaagt, doen
veel te sterk aan. Het is moeilijk te begrijpen dat Leon zelfs tegen zijn geliefde
zwijgt over zijn bezoeken aan Elsie. Schuld en schaamte regeren zijn leven. Hij
kan geen machteloosheid verdragen en wil daarom, tot verdriet dan Liliane, geen
kinderen. Een verademing is de foto van het meisje op de omslag die de jonge
Elsie moet verbeelden. Leon stelt zich in zijn fantasie wel eens zo’n sensueel
meisje voor met gesloten ogen en een donkere vlecht. In het boek huist slechts
een kiertje zorgeloosheid als hij met Elsie een wandeling maakt.
In VPRO-Boeken vertelde Vantoortelboom twee maanden geleden
over de haast de haast om om zijn binnenwereld in de openbaarheid te brengen.
Die is hem ingegeven door zijn moeder die op 42 jarige leeftijd aan maagkanker
overleed en zijn onzekerheid of de ziekte hem ook straks zal treffen. Behoefte
om dat nader te onderzoeken had hij niet. Het zou hem beroven van zijn
innerlijke drijfveer, zijn onrust. Het is te hopen dat Vantoortelboom in zijn
vierde roman de lezer weer wat meer lucht geeft, al was het voor zichzelf.
Hier
mijn recensie van De verzonken jongen,
hier
die van Meester Mitraillette, hier
het gesprek dat Wim Brands met Vantoortelboom had.
Ben ik volledig mee eens. Een zeer zwakke personageontwikkeling vond ik ook wel.
BeantwoordenVerwijderen