Selfless actress becomes humanitarian guide
Filmster Audrey Hepburn (1929-1993) werd geboren in Brussel
uit een Nederlandse barones en een Ierse bankier. Haar volledige namen waren
Edda Kathleen van Heemstra Hepburn-Ruston, maar daarmee viel op de set geen eer
te behalen. Ze kortte haar naam af tot Audrey Hepburn, al was het niet haar
ambitie om beroemd te worden. Ze had zelf een loopbaan als balletdanseres in
haar hoofd.
Biograaf Barry Paris zegt dat ze in haar vroege jaren omringd
werd door nannies en haar twee halfbroers. Omdat haar vader een bedenkelijke
politieke overtuiging heeft, stuurt haar moeder haar naar een internaat in
Engeland. Na de scheiding in 1938 ziet ze haar vader tot haar verdriet nauwelijks
meer. In 1939 verhuist het gezin naar Arnhem. In de oorlog vlucht een van de broers,
de ander wordt in Duitsland aan het werk gezet. Haar moeder zorgt voor eten en
de balletlessen van Audrey aan de Arnhems Muziekschool. Audrey zelf helpt daarnaast
mee met het verzet. In 1944 maakt ze de slag om Arnhem mee waarbij hun huis
verwoest wordt en daarna maakt ze de hongerwinter mee. Op haar zestiende is de
oorlog voorbij en met de voedselpakketten komen ook haar broers terug.
In 1948 verhuist ze met haar moeder naar Londen. Ze verdient
haar balletopleiding met haar werk als chorus girl. Ze speelt in een aantal
films en wordt ontdekt door Colette die haar in de hoofdrol wil van Gigi. Op 22 jarige leeftijd speelt ze
die rol op Broadway. William Wyler geeft haar een hoofdrol naast Gregory Peck in
Roman Holiday (1953). Ze beleeft een
platonische liefde met hem. Een jaar later speelt ze de hoofdrol in Sabrina. Ze maakt kennis met acteur Mel Ferrer
en speelt met hem in Ondine. Een
Oscar voor Roman Holiday zet druk op
haar, waardoor ze uitrust in Zwitserland. Ze treedt in 1954 in het huwelijk met
Ferrer, raakt zwanger maar krijgt een miskraam. Daarna zet ze zich weer aan
films als War and peace (1956), Funny face en Love in the afternoon (beide 1957). Ze verbreekt haar banden met Hollywood
met serieuzere films als The nun’s story,
Green mansions (beide 1959) en The unforgiven (1960). Tijdens de
laatste film krijgt ze opnieuw een miskraam en besluit het rustiger aan te
doen. In Zwitserland wordt zoon Sean geboren. Daarna volgen nieuwe films als Breakfast at Tiffany’s waarin ze de sexy
en charmante Holly Golightly speelt die Moon
River zingt en The children’s hour (beide
1961) met Shirley McLaine.
Daarna neemt ze weer gas terug voor haar gezinsleven. Na het
grote succes met My fair lady (1964) waarvoor
ze zangles nam, maar waarin haar stem vanwege de moeilijke hoge tonen wordt
gedubt, gaat ze terug naar Zwitserland om haar huwelijk te redden. Na een
miskraam in 1965 raakt ze in een depressie. Ze herstelt door een rol in How to steal a million (1966) en Two for the road (1967), een
hartstochtelijk liefdesverhaal. Rond Wait
until dark voltrekt zich de scheiding vanwege verschil van inzicht met haar
man Mel.
Op haar veertigste trouwt ze met Andrea Dotti. Ze krijgt met
hem zoon Luca, maar het huwelijk is vanwege affaires van Andrea geen lang leven
beschoren. Audrey blijft lang buiten beeld. Ze zag het als een persoonlijk
falen en ging terug naar de film. Robin
and Marian (1976) is een persoonlijke overwinning voor haar. Ze vindt een
goede vriend in de Rotterdamse acteur Robert Wolders en brengt veel tijd met
hem door. De natuur, zegt ze op het eind van de documentaire, werkt genezend. Steven
Spielberg vraagt haar voor de rol van engel in Always (1989). Daarna wordt ze ambassadeur voor Unicef. Ze vraagt
aandacht voor het door oorlog en honger geteisterde Somalië en vergroot daarmee
het bewustzijn van de wereld. Tijdens een reis naar Somalië loopt ze buikpijn
op die kanker blijkt te zijn, die zich snel ontwikkelt. Na enkele maanden met Robert
en Sean sterft ze in Zwitserland. Dicht bij haar huis wordt ze begraven in een
simpel graf, deze beminnelijke, gratieuze vrouw die door haar films onsterfelijk
blijft.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten