Wetenschappers vormen de nieuwe beroepsgroep die in zes
afleveringen door Coen Verbraak aan de tand wordt gevoeld over hun werk. Twaalf
uitgenodigde personen uit diverse, soms moeilijk met elkaar te vergelijken,
takken van wetenschap vertellen in het Trippenhuis in Amsterdam openhartig over
hun werkzaamheden en opvattingen. Het valt niet mee om die allemaal onder één
noemer te brengen, vandaar dat mijn verslag onvermijdelijk onvolledig en subjectief
is.
Aflevering 1: Voorbij de grenzen van het weten
In de eerste aflevering worden de grenzen van de wetenschap
afgebakend. Veel nieuws levert dat, anders dan over kennisvermeerdering en
algemene geldigheid, niet op, of het moeten de voorbeelden van wiskundige
Ionica Smeets (zie foto) zijn over verbanden tussen zaken die niet afdoende zijn, zoals
het verband tussen verdrinkingen en ijs eten, omdat daar nog het mooie weer
tussen zit of het verband tussen bijziendheid en nachtlampjes, omdat die eerder
door bijziende ouders worden gebruikt. Populaire tijdschriften geven dit soort
verbanden vaak in hoofdletters weer en leveren daarmee verkeerde
informatie. Smeets, die ook wetenschapscommunicatie gedaan heeft, vindt het
belangrijk dat resultaten van onderzoek goed doorgegeven worden. Slimheid is
niet de belangrijkste eigenschap van een wetenschapper. Ze kent hoogleraren die
op de mavo begonnen zijn. Zelf wist ze niet of ze opgelucht of bedroefd moest
zijn nadat een onderzoeksvoorstel van haar werd afgewezen. Dat gebeurde ze
vaker, hoorde ze van een collega. Volgens kankeronderzoeker Hans Clevers is
incasseringsvermogen in de wetenschap nodig. Dat heeft psycholoog Marcel
Zeelenberg gemerkt toen hij een onderzoeksresultaat niet gepubliceerd kreeg.
Hersenonderzoeker Jeroen Geurts wijst op het belang om de
juiste vragen te stellen. Dit heeft eerder te maken met wijsheid vergaren dan met
kennisverwerving. Volgens primatoloog Frans de Waal begint wetenschap met de eigen
waarneming. Fysicus Robbert Dijkgraaf vergelijkt het vinden van de juiste verbanden met het vinden van het begin van een rol plakband. Als men geluk heeft, rolt
het daarna vanzelf af. Volgens econome Barbara Baarsma gaat het in de
wetenschap om de ruimte om te denken en te twijfelen. Psychiater Damiaan Denys meent
dat wetenschappers veel zaken een beetje moeten kunnen, waaronder sociale
vaardigheid. Bacterioloog Roel Coutinho zegt dat wetenschappers vaak lastig
zijn, omdat ze anders naar de wereld kijken dan de doorsnee mens. Dijkgraaf maakt
zich door zijn synesthetisch brein gemakkelijker abstracte kennis eigen. Hij
kent collega’s die slimmer zijn dan hijzelf en vindt het inspirerend te horen
wat zij allemaal weten.
Aflevering 2: Zoeken en vinden
Voor biochemicus Martijn Katan is het onderzoeksproces er
een van zwoegen omdat hij erg perfectionistisch is. Hij weet nooit wat een
vraag oplevert en had nooit gedacht dat zijn onderzoek naar de schadelijkheid
van transvetten tot uitbanning daarvan in koekjes zou leiden. Clevers zegt dat de
stamcellen die hij onderzoekt, een ongezochte bijvangst waren. Volgens Denys
speelt toeval altijd een belangrijke rol, al moet men daar wel oog voor hebben.
Veel medicijnen zoals antipsychotica werden ontwikkeld met een ander doel.
De wetenschappers vinden dat hun onderzoek herhaalbaar moet
zijn, al is dat in de sterrenkunde niet altijd mogelijk. Coutinho zegt dat natuurwetenschappenschappelijk onderzoek gemakkelijker uit te voeren is dan onderzoek in de sociale
wetenschappen, hetgeen Dijkgraaf tot de stelling brengt dat de laatste wetenschappen
veel kwetsbaarder zijn. Verbraak hamert er nogal op dat veertig procent van de
resultaten van het onderzoek in de laatste soort wetenschap niet klopt. Men zou
zich ook kunnen afvragen of dit ook niet op een heel andere manier gedaan moet
worden.
Aflevering 3: Nut en noodzaak
Zeelenberg zegt dat wetenschap de mens vooruit helpt en de
anderen zijn het daarmee wel eens. Geurts legt uit dat men de oorzaak van MS
ontdekte door de afbraak van de isolerende laag van de uitlopers van
zenuwcellen hetgeen wanorde in het neurologisch systeem veroorzaakt. Dijkgraaf
spreekt zich uit voor het nut van nutteloze kennis. Volgens Smeets zouden we
anders nog steeds in berenvellen rondlopen. Coutinho herinnert aan de urgentie
om een medicijn tegen aids te ontwikkelen. Uiteindelijk moet er volgens hem een
vaccin tegen de virusziekte komen. Hij is het niet eens met de stelling dat de
wetenschap de vragen van het publiek kan oplossen. De War on Cancer was dan ook een domme actie. Ook Clevers meent dat
resultaten niet af te dwingen zijn. Landbouwkundige Louise Fresco vindt de
breedte van onderzoek belangrijk. Het is de basis van het topje van de ijsberg
die voor iedereen zichtbaar is. De wetenschapsagenda probeert tegemoet te komen
aan vragen van het publiek. Volgens Fresco maakt dit een gesprek over
prioriteiten van onderzoek mogelijk. Geurts geeft lezingen en heeft dan voeling
met het publiek. Dat kan volgens hem niet van elke wetenschapper gezegd worden.
Coutinho zegt dat wetenschappers de vragen van het publiek eerst nog in een
onderzoeksvraag moeten vertalen.
Dijkgraaf legt uit dat Princeton een universiteit is zonder
studenten dat aan wetenschappers een vrijplaats biedt om rustig onderzoek te
doen. Elke middag drinkt men thee met elkaar. Men schaamt zich er niet voor om
te zeggen dat men iets niet begrijpt. Dijkgraaf meent dat een mens verward kan
zijn over de simpelste zaken. De sfeer van openheid is belangrijk om verder te
komen. Volgens Denys ziet men, net als de religie vroeger, de wetenschap als
een geloof, dit maal in zekerheid. Dat zegt veel over onze tijd.
Aflevering 4: Over de schreef
Verbraak vraagt of de wetenschap een krabbenmand is of een
vriendenclub. De meesten vinden dat concurrentie hevig is, maar dat men elkaar
daarmee ook vooruit helpt. Volgens Katan is de publicatieplicht de beste
kwaliteitscontrole die we hebben. Het gesprek gaat daarna over de inhoud daarvan:
de bladen waarin gepubliceerd wordt, de ranking die daarmee samenhangt en het
belang van de plaats op de omslag waar de onderzoeker genoemd wordt, al speelt
dat minder in de wiskunde omdat daar minder personen bij een onderzoek
betrokken zijn.
Vervolgens komt het onderwerp fraude aan bod. Dijkgraaf noemt dit moedwillig bedriegen. Geurts blijft het liefst uit de buurt van personen
die data verzinnen, maar bekent dat hij het laf vindt van zichzelf dat hij daar
niets tegen doet. Met een replica onderzoek is niet zo gemakkelijk vast te
stellen dat er gefraudeerd is, want de verschillen kunnen overal in zitten.
Dijkgraaf zegt dat het soms moeilijk vast te stellen is of men iets zelf
bedacht heeft of het ergens gehoord. Naast plagiaat is er ook zelfplagiaat,
waarbij men eerdere conclusies van zichzelf niet vermeld. Fresco spreekt van
een glijdende schaal van betrouwbaarheid. Daar was bij Diederik Stapel geen
sprake van. Zijn vriend Zeelenberg schrok zich dood toen hij van diens fraude
met data hoorde, die zelfs de New York Times haalde. Hij is er nog steeds door
geraakt. Ze komen elkaar nog wel eens tegen maar van vriendschap is geen sprake
meer.
Aflevering 5: Wie betaalt bepaalt
Katan omschrijft de wetenschapper als een zwerver die altijd
op zoek is naar geld om zijn onderzoek te kunnen financieren. Couthino maakt er
geen geheim van dat hij ook met de farmaceutische industrie samenwerkt, maar
zegt daarbij dat hij belangrijk is om de verschillende belangen goed in de
gaten te houden. Baarsma is het hiermee eens. Volgens Fresco heeft de industrie
zelf ook belang bij goede producten. Smeets kent hoogleraren die op een
verkeerde manier samenwerken en Clevers weet alles van perverse prikkels.
Fresco zegt dat er door de overheid te weinig geïnvesteerd wordt in wetenschap.
In de Verenigde Staten gaan veel grotere sommen geld om. Clevers zegt dat het
collegegeld daar hoger is en dat docenten daar hun eigen inkomen moeten
verdienen.
Het geven van onderwijs wordt, anders dan vroeger, over het
algemeen minder hoog aangeslagen dan het doen van onderzoek, zegt Zeelenberg.
De Waal is hierover verbaasd, want ook Einstein vond het eerste van groot
belang. Taalonderzoeker Ineke Sluiter noemt het onderwijs voedend voor het
onderzoek. Het brengt Verbraak op een vraag aan Katan over verschillende mythen
over ons voedsel, zoals de snelle en langzame koolhydraten. Wellicht zijn de
langzame belangrijk voor mensen met suikerziekte, maar voor anderen maakt het
geen verschil, zegt hij. Ook genetisch gemanipuleerd voedsel acht hij niet
schadelijker dan ander voedsel. Fresco ziet evenmin een risico. Tenslotte horen
we dat Nederland het op onderzoeksgebied goed doet in de internationale wereld.
Nog wel, zegt Fresco waarschuwend.
Aflevering 6: De wetenschapper
Verbraak begint over de autoriteit van de wetenschap die
volgens Sluiter onderuit gehaald wordt door de eerdere fraudezaken of door
onhandigheid bijvoorbeeld rond de vaccinatie van meisjes tegen
baarmoederhalskanker. Over het algemeen wordt de wetenschap nog wel
gerespecteerd. Danys noemt wetenschap georganiseerde kennis met beperkingen, Smeets
zegt dat de wetenschap niet op alles een antwoord heeft. Dijkgraaf vindt bewijs
door intimidatie geen goede zaak en is dan ook blij dat er tegenwoordig meer
openheid in de wetenschap is.
De serie eindigt met het mooiste onderdeel, namelijk de
achtergronden van de wetenschappers zelf, ook al spreekt niet iedereen zich in
persoonlijke zin uit. Fresco kwam uit een gezin waarin veel gelezen werd, in
het gezin van Zeelenberg werd druk geargumenteerd, Smeets hield naast lezen erg
van getallen en schreef verhaaltjes met exacte tijdsaanduidingen. Clevers deed
als kind al scheikundeproefjes en zette die later voort in het laboratorium.
Katan groeide op in een joods gezin en kreeg respect voor kennis met de
paplepel ingegoten. Hij vertelt met emotie over de verdwijningen in de buurt.
Zelf werd hij het jongetje dat alles goed moest maken. Danys is, net als
Geurts, vierentwintig uur per dag onderzoeker, al moest hij het van thuis rustiger
aan doen. Clevers spreekt over een onderzoek met DNA dat hen op de stoel van
God plaatst, maar als mens weet hij niet of hij dat wil. Geurts is tegen
eugenetica, maar denkt dat er verder wel veel mogelijk is. De Waal denkt dat na
het verbod op proeven met chimpansees de kleinere apen zullen volgen. De nieuwe
morele inzichten maken dat we anders tegen dieren aankijken. Helaas moeten de
landbouwdieren het tegenwoordig nog steeds ontgelden. Dijkstra leeft in een
parallelle wereld, maar niet zoeen waar Kerry Rusland onlangs van beschuldigde.
Hij had als kind al een sterke behoefte een eigen wereld op te bouwen. Zijn
huidige vak speelt zich af in een geheime kamer die voor anderen ontoegankelijk
is. Smeets vond de wiskunde maar een eenzaam vak en koos daarnaast voor
wetenschapscommunicatie. Sommigen zijn nog steeds het kind dat ze vroeger
waren, al komt dat bij Geurts in de verdrukking door alle lees- en schrijfwerk
dat erbij komt. Katan denkt dat hij wel iets nuttigs heeft gedaan. Hij is trots
als hij iets nieuws heeft ontdekt. Dijkgraaf weet niet of het jochie van
vroeger trots op hem is, het is eerder zo dat hij trots is op het jochie die
aan het begin stond van zijn loopbaan en die al bezig was met het afpulken van
plakband. De wetenschap is volgens hem een bouwwerk maar met een kern die heel
puur is. Het is een groot voorrecht daaraan te mogen meewerken.
Hier
de leader.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten