Welcome, reader! According to Antony Hegarty in this second decade of the new century our future is determined. What will it be? Stays all the same and do we sink away in the mud or is something new coming up? In this blog I try to follow new cultural developments.

Welkom, lezer! Volgens Antony Hegarty leven we in bijzondere tijden. In dit tweede decennium van de eenentwintigste eeuw worden de lijnen uitgezet naar de toekomst. Wat wordt het? Blijft alles zoals het is en zakken we langzaam weg in het moeras van zelfgenoegzaamheid of gloort er ergens iets nieuws aan de horizon? In dit blog volg ik de ontwikkelingen op de voet. Als u op de hoogte wilt blijven, kunt u zich ook aanmelden als volger. Schrijven is een avontuur en bloggen is dat zeker. Met vriendelijke groet, Rein Swart.

Laat ik zeggen dat literaire kritiek voor mij geen kritiek is, zolang zij geen kritiek is op het leven zelf. Rudy Cornets de Groot.

Do not go gentle into that good night, Old age should burn and rage at close of day; Rage, rage against the dying of the light. Dylan Thomas.

Het is juist de roman die laat zien dat het leven geen roman is. Bas Heijne.

In het begin was het Woord, het Woord was bij God en het Woord was God. Johannes.



zondag 11 september 2016

Recensie: Roosevelt (2016), Gie Bogaert


Door goed te kijken ziet men dieper in het leven

Hoofdpersonen kunnen in romans allerlei vormen aannemen, maar dat ze ook als plein kunnen voorkomen was nieuw voor me. In de tiende roman Roosevelt van Gie Bogaert gaat het om het Rooseveltplaats in Antwerpen, dat de toestand om hem heen in de persoon van Franklin oplettend in de gaten houdt. Op de warme dag die vooruitloopt op een voetbalwedstrijd tussen de Rode Duivels en het Nederlands elftal, maken we kennis met een tiental andere personen, die Franklin vaak al waargenomen heeft. Ze zijn allen minder gezegend door het leven en voor sommigen van hen waarschuwt Franklin ons zelfs alvast.

Hij doelt daarbij in het bijzonder op Barry, die in de steek gelaten is door zijn vrouw en in hotel Terminus is ingetrokken met een geweer in een tas om daarmee wraak te nemen op acht willekeurige passanten, maar dat is pas op het eind. De dag begint om half zeven met de tramritten door bestuurders, waaronder de snoepzuchtige, eenzame Remy. Carla is een van de tramcontroleurs die moet berichten hoeveel personen in de verschillende wagons stappen. Zij is, buiten Franklin, de eerste persoon die aan het woord komt, zoals te lezen is op de site van Athenaeum. Haar taak valt haar zo zwaar dat ze maar wat invult op haar formulier, al haalt ze daarmee de ontstemming van haar meerdere op de hals. Daarbij wordt ze ook nog door een trambestuurder onteerd. Ze heeft veel moeite om zich het nummer van haar fietsslot te herinneren. Later horen we van de alleswetende Franklin, dat het nummer dat ze in haar hoofd heeft niet klopt. Ook dat nog.

Ook treurig is het lot van Janine, de toiletjuffrouw van hotel Terminus. Ze zit maar de hele dag onder de grond, maar dat is beter dan thuis, want daar moet ze nog steeds boeten voor een misstap die ze in het begin van haar huwelijk met haar man Leo beging. Boven haar heeft Helge de nacht van haar leven met een oude jeugdliefde doorgebracht terwijl haar man op zakenreis is. Het is een van de weinige kortdurende pleziertjes in de roman want verder laat Bogaert vooral treurige personen in de gedaanten van een Iraanse ober , een manke dakloze Felix of een Pools hoertje dat in plaats van naar school te gaan op het plein rondloopt om mannen aan hun gerief te helpen, waaronder Barry. al komt ze er bij hem niet zonder kleerscheuren af, waarna ze ervoor past om ook nog Felix te plezieren, die net wat geld heeft gekregen door zijn medewerking aan berovingen van passagiers in een tram.

Op onnadrukkelijke manier zijn de mensen op het plein met elkaar verbonden en dat maakt het lezen tot een plezierige puzzel. De toiletjuffrouw ontdekt een dode kraai in het keldergat dat erin geschoven is door de Iraanse kelner, die treurt over zijn zusje die uitgehuwelijkt werd maar daarbij de dood vond, waarop haar echtgenoot ook nog de bruidsschat van zijn vader terugeiste. Een zwijgzame collega van Remy heeft ooit een ongeluk gekregen waardoor een de dakloze Felix een been kwijt raakte.

In Roosevelt wordt veel geobserveerd, zeker door Franklin maar ook door de anderen waardoor we het gerinkel van de trams op de Rooseveltplaats bijna kunnen horen. Franklin houdt het overzicht. Hij gaat zelfs zover dat hij trambestuurder Remy opnieuw zijn gedachten over een leuk meisje dat op het perron staat laat formuleren, de tweede keer zonder omhaal over zijn seksuele motieven. Het leven blijkt geen lolletje in de grootstad als we kijken zoals de anonieme schrijver die ook ergens een plekje heeft gevonden op het plein, waar hij af en toe door anderen, waaronder Helge, wordt opgemerkt. De samenhang biedt de motivatie om verder te lezen, al blijft een gehoopte climax uit, op de shooting van Barry na dan.

Bijzonder is de lange tekst die over de bovenkant van de roman loopt. Af en toe is er in de gewone tekst een verwijzing naar de persoon die de woorden met krijt op de grond schrijft. Grappig is dat een deel ervan ontbreekt omdat het om zes uur stortregent. De inhoud gaat over drie mannen die met de fonetische voorletters worden aangeduid en die allen de liefde van een beeldschoon meisje proberen te winnen maar daarin falen. Het tekent de roman dat het leven op allerlei niveaus een weinig positief einde kent, al zet de schrijver de constructie tenslotte zelf ook weer op losse schroeven. Wat blijft is de noodzaak om goed om ons heen te kijken, zoals Fran, de jongste persoon met een niet al te gelukkige relatie met een Nederlandse literatuurdocent, op haar tekenopleiding leert. Aandacht voorkomt dat we door ons drukke heen en weer bewegen het leven zelf vergeten waar te nemen.

Hier de site van Athenaeum met de eerste twee fragment uit de roman, hier de krijtperformande van Bogaert op het Spui. gra

Geen opmerkingen:

Een reactie posten