Een leven na de dood van zijn vader
In de essaybundel Vis
in bad van bioloog Tijs Goldschmidt komen heel verschillende onderwerpen
aan bod. Wim Brands somt er een paar op: luieren, spelen en de dialecten van
orca’s, maar hij begint over een essay achterin de bundel, waarin het gaat over
personen die veel voor Goldschmidt hebben betekent, zoals bioloog Dick Hillenius
en psychiater Louis Tas. De laatste deed praktijk bij hen in de straat en was
een vriend van zijn vader. Ze zaten samen in Bergen–Belsen en verschillende
malen redde Tas zijn vader het leven. Tijs mist hem nog steeds.
Tas verdiepte zich in het verschijnsel schaamte naar
aanleiding van berichten van een oom over joodse Duitse vluchtelingen, die
zwegen over de vernederingen die ze in eigen land hadden ondergaan. Tas
probeerde in zijn leven dit verschijnsel te doorgronden. Tijs legt een link
naar zijn flapoor waarmee hij vroeger op school gepest werd. Het zou verkeerd
zijn als een therapeut tegen hem zou zeggen dat hij zich niet hoefde te
schamen. Dan was de therapie mislukt. Een therapeut moet zich proberen in te
leven in de patiënt.
Brands vraagt naar de tegenovergestelde emotie van schaamte.
Goldschmidt legt eerst uit dat schaamte een introverte emotie is, die te maken
heeft met het gevoel waardeloos te zijn omdat men zo door een groep beoordeeld
wordt. Men is niet in staat zich van die druk te ontdoen. Schaamte staat niet
tegenover schaamteloosheid maar tegenover vertrouwen. In een intieme sfeer kan
men zich gemakkelijker overgeven.
Brands zegt dat Goldschmidt in zijn bundel heen en weer
springt tussen allerlei wetenschapsgebieden, maar wil zich beperken tot de
biologie. Kunnen dieren ook vertrouwen? Soms teveel zegt Goldschmidt. Vooral
dieren die nooit te maken hebben gehad met predators zijn gemakkelijk van
vertrouwen, zoals vossen op de Falklands. Hij noemt ook een valk op een ver eiland
die op de schouder van Darwin ging zitten.
Brands heeft een filmpje op Youtube gevonden waarin orca’s
met een zeehondje spelen door het in de lucht te werpen. Goldschmidt denkt dat
het daarbij om het spelen met een object gaat. Hij haalt een ander filmpje aan
waarbij jonge orca’s een zeehondje van een ijsschots proberen te krijgen door
golven te maken. De kijker voelt zich een voyeur en denkt dat het zeehondje ten
prooi valt aan de orca’s, maar het beestje wordt door een volwassen orca
gebruikt als onderwijsmateriaal: door samen golven te maken krijgen ze het zeehondje
van de schots.
Brands heeft in het boek gelezen dat Goldschmidt graag een
winterslaap zou houden en dat hij zich afvraagt of symptomen van depressie
zoals apathie en terugtrekking uit sociale contacten daar niet mee te maken
hebben. Goldschmidt zegt dat hij eind oktober altijd somberder wordt en dat dit
te maken heeft met de afname van het licht op zijn netvlies. In vroeger tijden
toen er nog geen c.v. bestond was het kouder in de huizen en bezuinigde men op
het energieverbruik. Hij zou het liefst de winter doorslapen en na enkele
maanden fit weer wakker worden. Als dit collectief als mogelijkheid ingevoerd
zou worden zou meteen het fileprobleem opgelost zijn.
Brands vindt het een goed idee als er eens onderzoek gedaan
wordt naar het verband tussen depressie en de behoefte aan een winterslaap. Hij
vraagt Goldschmidt naar zijn behoefte om te luieren. Die heeft te maken met de
dood van zijn vader die hem niet meer op de nek zit. Tijdens zijn leven
verkondigde de vader dat een mens hard diende te werken. Inmiddels kan Tijs
zichzelf toestaan om niets te doen, niets eens om, zoals Brands meent, daarna
met nieuwe ideeën te komen, maar gewoon niets doen zoals dieren. Goldschmidt
vertelt over een onderzoek onder vogels waarbij bleek dat hardwerkende
exemplaren het eerste dood gaan.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten