Openhartige blik in de molen van Justitie.
De 43-jarige veelpleger Tony uit Rotterdam krijgt bij
binnenkomst in het Pieter Baan Centrum een lichamelijke inspectie en wordt
daarna naar zijn kamer gebracht door het hoofd van de groepsleiding, Wim van
Manacker. Hij praat met hem over de gang van zijn zaken. hij zal zeven weken
lang geobserveerd worden en ondervraagd worden door verschillende disciplines,
omdat de rechter wil weten waarom het steeds mis gaat..
Tony is de oudste van vier kinderen, heeft zijn puberteit in
jeugdinrichtingen doorgebracht en later vijf gewapende roofovervallen gepleegd,
verslavingsproblematiek. Hij wordt op last van Justitie steeds onherkenbaar in
beeld gebracht.
Van Manacker typt zijn eerste indruk uit: Tony heeft een
vriendelijke uitstraling. Juriste Hanneke Beekman leest in het vuistdikke
dossier. Psychiater Pieter Ronhaar bezoekt Tony in diens kamer en verneemt dat
hij nooit een zelfmoordpoging heeft gedaan. Hij schrijft dat de man zich gezond
presenteert en goed functioneert. Dat blijkt ook uit de manier waarop Tony zijn
kamer schoonhoudt, dweilt en stofzuigt.
Psychologe Carla van Deutekom ervaart een neiging tot
vaagheid. Ze noteert na afloop van het gesprek alles wat haar te binnen schiet
en schept daaruit later een beeld.
Tijdens het intake overleg zegt Van Manacker dat Tony geen
enkel probleem had om te wennen, maar dat hoort ongetwijfeld bij zijn opnames
in jeugdinrichtingen, denk ik.
Forensisch onderzoeker Arjen Witteveen vertelt dat Tony geen
contact heeft met zijn familie, Carla vindt hem een complex geval, Beekman
wijst op de bereidheid van Tony om mee te werken en procespsychiater Michael
van Ekeren die de observatie op afstand volgt, stelt de hamvraag aan de orde:
hoe wilsvrij was Tony ten tijde vna zin delicten. Men gaat op zoek naar een
eventuele stoornis.
Witteveen hoort van Tony over het vroege overlijden van een
zusje, waardoor de rouwende ouders hun andere kinderen verwaarloosden en over
misbruik van Tony door een vriend van de moeder en de vader. Hij deed waar ie
zin in had, liep weg van huis, pleegde diefstallen. Op de vraag van Witteveen
of hij wist dat zoiets niet mocht, antwoordt hij dat hij daar niet over
nadacht.
Ronhaar wil weten hoe Tony zich zou voorstellen. Hij
antwoordt onder andere dat hij een timmerman is en een zoon heeft. Als Ronhaar
doorvraagt zegt hij dat hij een aardige man is. Hij wil zichzelf op een
positieve manier laten zien, maar dat lukt niet altijd.
Van Deutekom vraagt hem wat zijn grootste zorg is. Tony
ontwijkt dat door te zeggen dat hij in het hier en nu leeft, maar de toekomst
van zijn zoon die meedeed met de laatste overval, houdt hem bezig.
Zorg dat je nooit naar een psycholoog of psychiater gestuurd
wordt, mompelt hij tegen de cameraman. Later belt hij met zijn ex-vrouw
Jeanette, die ook bij het onderzoek wordt betrokken.
Tegen Ronhaar zegt Tony dat hij TBS met dwangverpleging
vreest. Het gesprek wordt stekelig als het over het beeld van hem gaat, maar
Ronhaar weet hem bij de les te krijgen door terug te gaan naar de vraag hoe het
zover met hem is gekomen.
In een overleg in de tweede week zegt Van Deutekom dat Tony
zichzelf observeert en dat het lastig is dat hij steeds van perspectief verandert.
Ze brengt in dat Tony van haar een knuffel had willen hebben. Daarop wordt
gniffelend op gereageerd. Van Manacker heeft ontdekt dat hij gaat uitdagen als
hij zich verveelt.
Ronhaar concludeert uit het dossier dat Tony opgeteld 28
jaar gevangenisstraf voor zich heeft. Het is onduidelijk hoeveel slachtoffers
bij alle delicten gevallen zijn. Later zegt Tony dat hij het erg vond dat een
vrouw, die hij tijdens een overval mee naar achteren nam, bang was en moest
plassen.
Van Deutekom spreekt met hem over zijn stuur en zijn rem.
Tony vindt dat hij knap veilig is. Oude dametjes mee hielp oversteken. Hij
vindt dat je overal wel een negatieve draai aan kunt geven. Tegen Ronhaar
vertelt hij dat het dochtertje van Jeanette het kind is van een jongere broer
van hem. Hij was daar ooit drie weken in huis na een overval en wilde hen
doden. Ronhaar spreekt later over psychopatieform gedrag. Als ik kritisch word
over je gedrag in de gevangenis, dan loop je weg, zegt Witteveen.
De hersenscan is goed. Tijdens een psychologische test kan
Tony niet memoriseren omdat zijn hoofd vol zit. Van Deutekom zegt dat zijn IQ
niet hoog is maar dat hij wel imponeert. Ronhaar diagnosticeert hem als anti
sociaal, narcistisch met borderline kenmerken en psychopatie.
Van Deutekom vraagt hem of hij het roer kan omgooien. ‘Als
ik het niet wil, dan doe ik het niet,’ antwoordt Tony. Ronhaar betwijfelt dat.
‘Je hebt maar één route.’
Ronhaar wijst tijdens een laatste overleg op de geringe
hechting, Van Deutekom op het onvermogen waarmee Tony in zijn jeugd werd
geconfronteerd. Van Ekeren ziet drie kernproblemen: zijn moeizame verbinding
met anderen, het ontbreken van een goede persoonlijkheidsstructuur en het
slechte zelfbeeld. Tony kan niet anders dan terugvallen op oud gedrag, zegt hij.
Het is een overlevingsstrategie. De conclusie luidt dat hij verminderd
ontoerekeningsvatbaar is en TBS met dwangverpleging als advies krijgt.
Tenslotte leest Tony de stukken die over hem geschreven
zijn. Men vraagt zich of er bewaking bij het laatste gesprek met Tony aanwezig
moet zijn, en of die in de gang moet blijven of in de kamer aanwezig. Ronhaar
praat rustig met Tony. Hij lijkt de uitkomst te accepteren. De observatie zit
erop.
Tijdens de aftiteling vernemen we dat op 28 juli j.l. het
Gerechtshof in Leeuwarden hem tot zes jaar gevangenisstraf en TBS met
dwangverpleging heeft veroordeeld.
Aan het begin van deze aangrijpende documentaire moest ik
denken aan het institutionele geweld dat op iemand wordt uitgeoefend. ‘Kunnen
ze wel, met zijn allen tegen één?’ was mijn eerste reactie. ‘Wat zijn dat voor
lieden die elke ochtend uit hun warme bed naar het Centrum komen om daar
soortgenoten te beoordelen?’ Misschien kan het niet anders. Is het nog heel
humaan zoals het gaat. Vooral psychiater Ronhaar, die de juiste toon tegen deze
nogal verwarde geest weet te treffen. Toch zet het aan het denken over een
andere manier van benaderen: minder klinisch, een samenleving met meer zorg,
meer dwarsverbanden, zodat de zwakke persoonlijkheidsstructuur wordt opgevangen
en dat zelfbeeld niet zo krampachtig in stand gehouden hoeft te worden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten