Op de vraag van Wim Brands waarom ze aan het boek begon,
antwoordt journaliste Marja Vuijsje met een vol Amsterdams accent dat ze daar
goede redenen voor had in een tijd van opkomend populisme, waarin iedereen de
holocaust voor zijn eigen belangen gebruikt. Het doel raakte tijdens het
schrijven echter steeds meer uit het zicht. Ze huilde tijdens een interview dat
ze het doel niet wist, maar voelde wel de urgentie ervan.
Brands weet het wel, maar zegt het nog niet. Hij begint over
de familie Vuijsje die zwaar geleden heeft onder de oorlog. De grootouders van
Marja, die een groot gezin met zes kinderen hadden, zijn omgekomen in Sobibor
en en twee andere gezinsleden in Auschwitz. Haar vader Nathan is de dans
ontsprongen omdat hij daar, na als onderduiker te zijn verraden, laat
arriveerde en als trombonist in het kamporkest werd opgenomen. Oom Louis werd
vanuit een joodse psychiatrische inrichting, waar hij was opgenomen nadat hij
door een NSB er in elkaar was geslagen, in 1943 naar Auschwitz gedeporteerd en
meteen na aankomst vergast. Het bakkersgezin was voor de oorlog van de
Jodenhoek verhuisd naar de Transvaalbuurt en geassimileerd met de
arbeidersbevolking die daar woonde. Na de oorlog konden ze niet meer onbevangen
naar de vooroorlogse tijd kijken.
Brands typeert de geschiedenis van de familie als een
geschiedenis van verzwijgen en toont verschillende televisiefragmenten waarmee
dat kan worden aangetoond. We zien eerst beelden van het proces tegen Eichman
dat in 1962 in Jerusalem werd gehouden. Marja hoorde samen met haar moeder de
getuigenverklaringen, waarin de oordelen van haar vader bevestigd werden.
Eichman kwam over als een miezerig ventje, maar was een monster. Haar vader
Nathan vertelde over de oorlog alsof hij een overwinnaar was. Marja kreeg dus
geen vreselijke erfenis mee. Het verhaal van haar oom Louis was heel anders. Ze
leerde hem kennen door het fotoboek dat oom Flip bewaard had met daarin foto’s
van Louis bij een zomerkamp van de AJC. De foto van haar grootouders bij hen
thuis was altijd omgeven door mystiek.
Een fragment van de Zesdaagse oorlog in 1967 herinnert Marja
aan de herboren trots die de joden voelden. Eindelijk was er heroïek na alle
schaamte. Het was moeilijk om te gaan met een gezinsgeschiedenis waaruit vier
van de acht leden verdwenen zijn. Volgens Brands beschrijft Arnon Grunberg wat
het is om geen slachtoffer te willen zijn. Marja begrijpt dat hij daar niet in
wil verzuipen. Na de oorlog hield men de kiezen op elkaar en zette men zich met
alle kracht in voor de wederopbouw.
Een aangrijpend fragment uit een documentaire van Louis van
Gasteren over de behandeling met LSD door professor Bastiaans, brengt Marja tot
de uitspraak dat de huilende patiënt het
drama echt maakte. Bastiaans wilde door het verdovend middel
het verleden van oorlogsslachtoffers weer naar boven brengen. Haar vader wilde
er niet naar kijken. Dat kon achteraf gezien te maken hebben met de toestand
van oom Louis. De emancipatie van de psychiatrische patiënt begon pas in de
tweede helft van de jaren zeventig.
Op de vraag van Brands wanneer Marja begreep dat haar vader
een muur om zich heen had gebouwd, antwoordt ze dat dat pas na zijn dood was.
Nathan sprak vaak over de oorlog, het liefst tijdens het eten. Wellicht dat de
bedorven koolsoep men daaraan deed denken. Hoewel het normaal was te zwijgen
over de oorlog, deed Nathan dat zeker niet.
Naar aanleiding van een fragment over de Drie van Breda,
waarin een joodse vertegenwoordiging zich in de Tweede Kamer uitspreekt tegen
vrijlating van drie kampbeulen, vraagt Brands over het wantrouwen van haar
vader. Marja zegt dat daar zeker sprake van was. Voor de oorlog was het gezin
zozeer ingegroeid in de Transvaalbuurt dat uitstoting ondenkbaar was.
Tenslotte komt Brands terug op de huilbui van Marja tijdens
een eerder interview over dit boek. Marja zegt dat zij onze omgang met de
oorlog wilde beschrijven. Hoe die steeds belangrijker wordt naarmate onze
nationale identiteit vervaagt. Een waarachtige vrouw.
Hier een fragment.
Het zijn niet altijd de beste boeken die de prijzen in de wacht slepen. Ons Kamp van Marja Vuijsje wel genomineerd, niet onderscheiden is een absolute aanrader. Boeiend geschreven, historisch belangrijk en een familieverhaal vol drama
BeantwoordenVerwijderen