Nauw verband tussen kolonialisme, racisme en nazisme
In haar recente boek Revoltes
in de cultuurkritiek legt Rosemarie Buikema een verband tussen kolonialisme
en racisme en zelfs met nazisme. Ze voert daartoe de massamoord van Duitsers op
de Afrikaanse stammen Herero en Nama in het begin van de twintigste eeuw in het
huidige Namibië aan, die nog lang de gemoederen bezighield. De Engelse
televisiemaker David Olusoga wierp daar honderd jaar later in 2004 een licht op
met zijn documentaire Namibia genocide
and the Second Reich. Het Tweede Rijk was dat van keizer Wilhelm II die in
1933 opgevolgd werd door Hitler.
Olusoga vertrekt vanaf de Holocaust en laat beelden zien van
vernietigingskampen in de Tweede Wereldoorlog. Hij beargumenteert dat de
uitroeiing van mensen geen dwaling was van de nazi’s maar dat dit al tussen
1904 en 1909 werd toegepast in Zuidwest Afrika. Deze kolonie kreeg Duitsland in
1884 toegewezen tijdens de Koloniale Conferentie van Berlijn over de verdeling
van Afrika. Het landje pik paste goed in de ideeën van Friedrich Ratzel over de
noodzaak van meer levensruimte. De Duitse steden waren begin negentienhonderd
overvol, velen emigreerden naar de Verenigde Staten, maar boeren roken in 1903
hun kans op de vruchtbare aarde in Zuidwest Afrika, dat altijd van de ontwikkelde
Herero-stam was geweest. Hoewel bestuurder Theodor Leutwein onderhandelingen
voorstelde, namen de kolonisten gewoon het grondgebied van de Herero in beslag,
hetgeen tot rebellie leidde die gesmoord werd door Duitse soldaten die zich
achter de kolonisten schaarden.
Het conflict escaleerde in 1904 tot etnische zuiveringen op
leden van de Herero die helemaal niets verkeerds hadden gedaan. Door de strijd
in het noorden van de kolonie raakte ook de vreedzame verstandhouding tussen de
Herero en de Duitsers in het zuiden verstoord. De hysterische reactie van het
Duitse thuisfront maakte de toestand er niet beter op. Leutwein werd opgevolgd
door de gewelddadige Lothar von Trotha, die de Herero wilde vernietigen, zelfs
nadat die zich vrijwillig rond de Waterberg hadden teruggetrokken. Het Duitse
leger dreef hen de woestijn in waar velen verhongerden en anderen in kampen
werden samengedreven, die als model voor de latere concentratiekampen dienden met
transporten in veewagens naar de koude kuststrook en de daarbij behorende
dwangarbeid. De spoorlijnen werden door de dwangarbeiders zelf aangelegd. Er
zijn foto’s van de efficiënte werkwijze met kettingen en halsbanden met nummers
die in de kampen werd toegepast. Deze foto’s werden trots aan het thuisfront
getoond. Bedrijven hadden hun eigen kampen waaruit ze hun personeel konden
putten. Dodenregisters tonen aan dat velen door uitputting stierven. In een
dodenkamp voor de kust nabij de kustplaats Lüderitz werden leden van de Herero
en de Nama, een andere stam, systematisch omgebracht. In 1909 was de operatie
voltooid. De laatste overlevenden werden slaven van de kolonisten.
De nazi’s maakten in de jaren dertig en veertig dankbaar
gebruik van de ervaringen in Zuidwest Afrika. Von Epp bouwde voort op de
levensruimte theorie van Ratzel en Mengele op de onderzoeken van Eugen Fischer
die in 1904 schedel meette om de inferioriteit van de Afrikaanse stammen vast
te stellen. Na de onafhankelijkheid van Namibië in 1990 werd de roep om
gerechtigheid sterker. Het dodenkamp voor de kust was inmiddels een camping geworden
en Lüderitz een vakantieoord. Tussen de massagraven in de woestijn reed men
rond op quads, terwijl de stambewoners in reservaten zaten opgeborgen. De
Duitse regering wilde wel de schanddaden van Von Trotha verwerpen maar
aanvaardde geen algemene genocide. Die kwam er pas in 2015.
Hier
mijn bespreking van Revoltes in de
cultuurkritiek.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten