Over de verkokering van de publieke ruimte
Dit seizoen wordt het hoofdonderwerp Technologie en moraal behandelt in verschillende deelonderwerpen,
te beginnen met internet. Gasten in de Philharmonie in Haarlem zijn
natuurkundige en politicoloog Rinie van Est, techniekfilosoof Bibi van den Berg
en filosoof Hans Schnitzler. Zoals gebruikelijk begint Clairy Polak met een
voorbeeld. Dit gaat over de grote macht van de smartphone in ons leven. Tijdens
een etentje met de redactie zat de helft van het gezelschap op zijn schermpje
te kijken. Hoe kijken haar gasten daar tegenaan?
Bibi noemt zich een realist. Ze zou dit verschijnsel, deze absent presence, met een antropologische
blik bezien. Welke etiquette levert dit op?
Rinie heeft een tienerzoon die tijdens het avondeten niet op
zijn smartphone mag kijken, maar daarop de ochtendkrant van zijn vader tijdens
het ontbijt ter discussie stelde.
Hans heeft zelf geen smartphone en verwijst naar New York Stories van Woody Allen, waarin
de moeder van Allen als een tegenwoordige big mother in een cloud verschijnt.
Medepresentator Ad Verbrugge stelt dat onze leefwereld
verandert in een global village, waarin men niet meer aan een locatie gebonden
is.
Clairy begint met de voordelen van deze ontwikkeling. De
gasten dragen hun steentje bij.
Hans zegt dat er geen hiërarchie is en dat iedereen kan
meedoen in de virtuele gemeenschap.
Bibi vindt dat internet het leven veranderd heeft door de
informatie die voor iedereen beschikbaar komt. Rinie gaat hierop door en zegt
dat op grond daarvan tegenwoordig een gelijkwaardig gesprek mogelijk is tussen
patiënt en arts. Ad spreekt van een Franse Revolutie 2.0. met nieuwe vrijheid,
gelijkheid en broederschap in de virtuele gemeenschap.
Dat vindt Clairy wel genoeg positiviteit. Ze wil het hebben over
de verliezers en de machtige eigenaren van het systeem. Met veel tamtam krijgt
ze een Google Glass uitgereikt in een koelbox, omdat de lampen in de studio de
bril teveel zouden verhitten. Ze zet hem op een kijkt in de zaal wie er iets
getwitterd heeft en maakt daarna een foto van haar gasten (zie de afbeelding). Is dit wat wij
willen? vraagt ze met de nodige schamperheid.
Hans zegt dat ontwikkelingen als Google Glass leiden tot
verkokering van de publieke ruimte.
Rinie vult aan dat de digitalisering van ons leven door
anderen gebruikt wordt om er aan slaatje uit te slaan. Bibi zegt dat dit
ongemerkt al gebeurt op Facebook. De makke is dat er juridisch weinig tegen te
beginnen valt. Ons juridisch systeem is georganiseerd volgens nationale lijnen.
Ad vindt dat Google Glass iets met jezelf doet. Privacy wordt diefstal, schreef
Dave Eggers al.
Om te voorkomen dat private ondernemingen ons in hun klauwen
krijgen, dient er een publiek debat gehouden te worden over de nieuwe digitale
ontwikkelingen, zegt Rinie. Hans meent dat we ons op een kantelpunt bevinden:
worden we een batterij voor de machtigen of bewaren we onze menselijke
integriteit? Bibi gelooft nog in het verlichtingsideaal: onze autonomie wordt door
meer kennis vergroot. Ad komt zoals gebruikelijk met een synthese ofwel een
samenvatting, waarin hij zowaar de term moraal gebruikt. Omdat internet door
bovenindividuele krachten wordt geregeerd is een morele afweging nodig. Die
strekt zich uit tot voorbij de politiek.
Waarom richt de EU zelf geen sociaal medium op, zo vraag ik
me af.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten