Een schrijver op de bres voor eigenstandigheid
De Surinaams Nederlandse documentairemaakster Cindy Kerseborn
interviewt Frank Martinus Arion (1936) in Scheveningen, wellicht ook door zijn
sterke band met de zee, hoewel hij ook heeft gedicht: ‘In Holland ga ik dood,
want Holland ligt te ver van zee.’ Achter zijn rug is de pier zichtbaar, voor
hem staat een glas whisky. Arion vertelt over zijn leven. Zijn moeder
verongelukte toen hij vier jaar oud was. Dat staat hem nogal altijd bij. Hij
wil een boek over haar maken. Hij ziet zichzelf als een paard. Het is van
belang zijn vier benen in harmonie te krijgen.
Op Curacao spreekt Kerseborn in hun woonhuis met Trudi, de
echtgenote van Arion, over haar man, die op school goed kon leren en
verschillende klassen oversloeg. Zijn stiefmoeder was een lezer. Arion ging in Leiden
Nederlands studeren omdat hij geen beurs kreeg voor scheikunde. Zelf kwam Trudi
op haar elfde vanuit Suriname naar Nederland. Ze had geleerd dat huidskleur
niet belangrijk was. Vanuit haar kostschool schreef ze aan haar ouders dat ze
niets wilde horen over de inferioriteit van de zwarte man. Ze studeerde
antropologie en ontmoette Arion tijdens een congres in Leiden in 1961. Ze was
daar op zoek naar een man. Ze gingen tien jaar later samenwonen. Ze zegt dat ze
met hem never a dull moment beleeft maar dat ze stevig in haar schoenen moet
staan.
Kerseborn spreekt met haar ook over de taalkwestie. Het gaat
daarbij om niets minder dan identiteit. Het Papiaments was een taal van de
locale bevolking, terwijl in het onderwijs Nederlands werd onderwezen. Arion
vindt de erkenning van de eigen moedertaal belangrijk. Op de Antillen ontbreekt
het volgens hem echter aan moed, ook op linguïstisch gebied. Een vertaalster
zegt dat de problemen van Arion, zoals uit zijn gedichten blijkt, op het gebied
van de aanpassing liggen, zowel in Nederland als op de Antillen. Hij heeft
daarmee zowel kritiek op Nederland als op zijn eigen mensen. Ze illustreert dit
aan de hand van een gedicht over een visser, dat niet gaat over zijn of niet
zijn, maar over zijn of anders zijn.
Er zijn opnames van een gesprek tussen Antillianen in een
Nederlands café uit verschillende beroepsgroepen over het machisme en de
verheerlijking van de vrouw, waaruit naar voren komt dat de verhoudingen tussen de seksen nogal gecompliceerd liggen. In ieder geval wordt op de Antillen, gezien het
gezegde ‘Breed voor mij, smal voor jou’, met twee maten gemeten voor mannen
voor vrouwen. Daarbij komt ook nog de kwestie van de seksbelustheid van de
neger. Die komt tot uiting in het gezegde: ‘Een trouwe neger is een lelijke
neger.’ Volgens Arion zelf weet de Antilliaan niets van seks en zoekt men slechts
de moederborst. Op allerlei gebied komt Arion op voor eigenstandigheid.
In de documentaire wisselen de vraaggesprekken zich af met archiefbeelden,
gesproken gedichten en prozafragmenten, onder andere uit Dubbelspel, het romandebuut van Arion uit 1973, dat in 2006 in het
kader van de actie Nederland Leest voor
leden van de bibliotheek gratis werd verspreid.
Arion ziet tenslotte af van een boek over zijn moeder omdat
zij de feiten niet meer kan verifiëren. Het wordt een boek over hemzelf, want hij
is de geschiedenis van zijn moeder. Hij toont de versleten omslag van het boek Ursula dat zijn moeder ooit schreef en
dat zijn vader hem gaf ter nagedachtenis aan zijn moeder. Kerseborn mag het bekijken
maar niet inzien. Arion bewaart het op een geheime plek, zegt Trudi. Het is
zijn tastbare band met zijn moeder. ‘Het is teveel,’ zegt Arion als hij weer
aanschuift aan tafel.
Hier
de Facebook pagina Hommage Frank Martinus Arion. De documentaire, Yu di Kòrsou
in het Papiaments, vormde de afsluiting van het project.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten