Sterke visuele film over het leven in de eenentwintigste
eeuw in Rotterdam
In haar speelfilmdebuut voert Pascale Simons een boeiende
exercitie uit. Ze maakte een mozaïekfilm waarin vijf verschillende verhalen ook
in letterlijke zin door elkaar heen lopen. De achtergrond is Rotterdam. We
komen in vierentwintig uur tijd terecht in een polikliniek revalidatie, in de
haven, op de Erasmusbrug, om maar een paar locaties te noemen. De personen die
in de verhalen voorkomen hebben allemaal zo hun eigen problemen. We zien dat
meer dan we horen en dat is meteen ook een aantrekkelijk element van de film. De
kijker wordt erin meegezogen. Stap voor stap worden de beelden duidelijk.
Lotus begint meteen
heftig met een gesprek tussen een jonge en een oudere vrouw in een openbare
ruimte, zoals de kantine van een ziekenhuis. De twee zijn dochter en moeder. De
dochter heet Petra en geeft haar moeder een paar pakjes medicijnen die genoeg
moeten zijn om een eind aan haar leven te maken. Veel horen we niet over de
relatie.
Vervolgens zien we een jongere vrouw in een flatje. Ze voelt
zich duidelijk alleen. Later skypt ze met vriendje Dave die ergens op vakantie
is. Ze vraagt hem of daar nog leuke chicks zijn.
Deze eenzame meid chineest later op de dag met Petra, die
haar moeder is en die duidelijk met jaar gedachten bij haar eigen moeder is,
maar daarover niets tegen haar dochter vertelt.
Ze staat op de Erasmus brug en wordt aangesproken door een
goedmoedige jongen op een brommer die haar een biertje aanbiedt en haar
meeneemt naar de haven.
Een oudere vrouw komt met koffers terug bij haar man Johan.
Ze is op vakantie geweest, onder andere naar Aken, maar er was niets aan. Hun
autistische zoon Wubbe komt een weekend logeren, maar dat loopt uit op een
drama. Ongetwijfeld lijdt de jongen onder de slechte verhouding tussen zijn
ouders. De boerenkool die Johan in de zomer opdient, is een mooi detail.
De zwangere Elsa zit in een revalidatiecentrum en heeft een
oogje op Mike die in een rolstoel zit maar veel sport (zie foto). Als hij hersteld is en weg gaat, biedt Elsa
hem namens de groep een foto aan, maar Mike wijst het cadeau ruw af. Hij wil
zich hen helemaal niet herinneren. Het afscheid van Elsa in het zwembad is des
te ontroerender.
Ben is de vader van een stel drukke zoontjes, die hem het vuur
aan de schenen leggen. Het is zijn trouwdag maar hij houdt het niet meer uit in
het gezin en rijdt naar de rand van de stad. Daar vindt hij intimiteit bij een
Vlaamse motorrijder.
Tussen de bedrijven door zwiert een jong stel door de stad.
Om te beginnen zijn ze in een kledingzaak waar de vrouw, Misja, een zwarte strapless
jurk past, maar die toch te bloot vindt.
Ze bezoeken een bioscoop en kijken naar een film waar Misja
erg om moet lachen. Als ze later op de kermis een jonge vrouw zien die gevallen
is en hevig bloedt is Misja zeer ontdaan. Op een verlaten station waar haar
haren alle kanten opwaaien, in de buurt van de oudere vrouw die zelfmoord gaat
plegen, staat ze aan de reling.
We keep on
falling down, zingt Perquisite.
De volgende ochtend komt Ben thuis, gaat Wubbe naar zijn
tehuis en gaat Petra binnen in het huis van haar moeder. Ze zet een
langspeelplaat van Mahler op. Mike wordt opgehaald door zijn vriendin in een
sportauto, maar ze krijgen meteen ruzie en Mike gaat in zijn rolstoel de stad
in, naar de kermis waar hij naast Ben naar de botsautootjes kijkt. De vrouw van
Johan wacht op het perron op de trein die haar naar haar nieuwe vriend zal brengen.
Misja verzoent ze zich met het leven en met haar vriend en danst op de trappen
van het station.
Lotus geeft een fraai
tijdsbeeld van de eenentwintigste eeuw waarin de mensen individuen zijn die op
zichzelf teruggeworpen worden. De muziek versterkt dit gevoel, net als de blik
van Elsa (Georgina Verbaan) of de wanhoop van Johan (Jack Wouters).
Hier
de trailer.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten