Verhalen vanuit een verrassende optiek
Siegfried Lenz is bekend om zijn uitspraak dat hij verhalen
nodig heeft om de wereld te begrijpen. In deze nieuwe, door Gerrit Bussink
vertaalde, verhalenbundel toont Lenz zich van zijn levendige en onvoorspelbare
kant. In vijf verhalen komen een aantal bijzondere onderwerpen aan bod.
Respectievelijk via een schilderij, maskers, een evaluatie van een scheepsramp,
een verhaal en een film worden relaties indirect gespiegeld. Een orginele
ooghoek om verhalen te presenteren.
In Rivalen haalt suppoost Detlev Krell tegelijk met
een diefstal, het dure schilderij Antonia, uit het museum waar hij werkt en zet
het neer in zijn huis. Vaak zit hij er bewonderend tegenover. Zijn vrouw Sandra
kan daar niet tegen. Uit jaloezie verwondt ze Antonia. Detlev krijgt een aanbod
van een onbekende om het schilderij voor een miljoen te verkopen, maar hij gaat
daar niet op in en zet het terug op de nog lege plek.
Het masker is het langste en meest indrukwekkende
verhaal uit de bundel. Jan, de jonge ik- figuur, is een student pedagogiek en
brengt een bezoek aan zijn opa Klaas, die de waard is van de kroeg
Schitterlicht op een eiland met een nogal weerspannige bevolking. Hij ziet dat
na een storm een container uit China op het strand is aangespoeld, die bestemd
was voor het Museum voor Volkenkunde. Er blijken maskers in te zitten, die
meegenomen worden naar de kroeg van Klaas. Daar worden ze opgezet. Ze zorgen
voor een verzoenende sfeer. Jan ziet tijdens de vrolijkheid de knappe Lene
terug. Er broeit iets moois tussen hen, dat echter niet door opa Klaas wordt
gewaardeerd omdat de vader van Lene een grote schuld bij hem heeft.
Bij monde van Jan, die Lene vertelt over de voortgang van
zijn studie, verraadt Lenz mogelijk iets over zijn visie: ‘Wie vertelt, geeft
inmmers onwillekeurig iets over zichzelf prijs, om het even waarover hij
vertelt en welke woorden hij gebruikt; zelfs woorden die verbergen of
vervormen, zeggen iets over de verteller.’
In De stoelverdeling verricht een oudere ik-figuur
voorbereidingen voor de huldiging van kapitein Karsten Klockner na een storm op
zee waarbij zijn schip Britta verging, maar de bemanning gespaard bleef. De
ik-figuur heeft kaartjes neergelegd met de namen van de personeelsleden op de
stoelen die voor hen bestemd zijn, maar ziet dat die gewisseld worden en dat
niet iedereen is komen opdagen.
Voordat de huldiging met een zilveren stuurwiel plaatsvindt,
wordt de ramp nog eens besproken. Aan boord bleek ook een verstekeling
aanwezig, die meende dat de kapitein voor hem aan boord bleef, terwijl de
anderen door een reddingsboot opgepikt werden.
Mooi in het verhaal zijn scheepstermen als ‘op de valreep’.
Die zijn Lenz met zijn ervaring op zee wel toevertrouwd.
In Een ontwerp komt de ik-figuur in een
ziekenhuiskamer te liggen bij Fred Haller, een schrijver. Die leest een niet
zeer bijzonder interessant verhaal voor aan zijn vrouw Anja over hun zoon Sven,
die onder andere voor de Koerier van Hamburg gaat werken, maar waarvan het eind
wel heel sterk is.
In Het interview daagt de Koerier van Hamburg ook
weer op. De ik-figuur is journalist voor dat blad en gaat op aanwijzing van
portier Alex naar de hotelkamer waar de bekende filmmaker Elmar Voss verblijft.
Hij ondervraagt hem over een film waarbij ene Vincent een ander, Anton, redt
tijdens het zeilen op zee. Anton biedt Vincent een baan aan als voorproever voor maaltijden op
cruiseschepen. Vincent maakt het gerecht Cruisegenoegen, maar daarna
loopt het verhaal zwak af.
De oorspronkelijke Duitse uitgave uit 2011 kreeg de titel Die
Maske mee. Ik kan me voorstellen dat Bussink koos voor Schitterlicht,
dat iets oproept, dat meer recht doet aan deze verrassende verhalen.
Lenz is briljant. Hij is een van mijn favorieten. Altijd genieten van zijn vertelkunst, die nooit 'plakkerig' wordt en steeds het grote verhaal houdt.
BeantwoordenVerwijderen