Geen geweld maar kennis inzetten tegen ideologische vijand
Vijf jaar na de indrukwekkende documentaire Cinéma Inch’allah! over de kloof tussen
kunst en leven, portretteren de Belgische documentairemakers Vincent Coen en
Guillaume Vandenberge de strijdbare Marokkaanse activiste Zineb El Rhazoui
(Casablanca, 1982) die op 8 maart j.l. in de Balie een lezing gaf in het kader
van de Internationale Vrouwendag. De lezing kreeg veel aandacht omdat Zineb,
zoals ik haar naam zal afkorten, geen beveiliging kreeg vanuit de rijksoverheid
zodat men die zelf moest organiseren. Vincent Coen en Guillaume Vandenberge
volgden Zineb al vanaf 2011 toen zij in haar geboorteland een van de
initiatiefnemers was van de Arabische lente. Deze werd helaas gevolgd door een
kille winter.
De eerste beelden van Zineb komen uit Rabat waar ze haar
schooltijd doorbracht. Daarna vertrok ze naar Frankrijk om godsdienstsociologie
te studeren. Ze vertelt dat veel vrouwen in de Arabische wereld een dubbelleven
leiden en dat zij niet van plan is om zich daaraan te conformeren. Integendeel,
ze wil de spookreputatie van de Arabische vrouw doden en vooral zichzelf kunnen
zijn, waaronder ook recht hebben op vrije seks. Ze zet zich daarom in om
voorlichting te geven aan jonge vrouwen die onverhoopt zwanger raken.
Het extreme geweld in de maatschappij heeft haar gemaakt tot
wie zij is, zegt ze. Zij wil haar hoofd hooghouden en zich niet door de machthebbers
klein laten maken. Ze doet in 2011 een oproep voor meer democratie in Marokko,
maar de burgerrechtenbeweging, die naar aanleiding van de eerste grote
demonstratie in februari 2011 de naam 20 februaribeweging kreeg, wordt wreed
onderdrukt, waarop Zineb in 2012 het land uitvlucht, zich opnieuw in Parijs
vestigt en daar gaat meewerken aan het satirisch tijdschrift Charlie Hebdo.
Ze laat zien dat ze zich in het team als een vis in het
water voelt omdat haar ideeën en werk met elkaar in harmonie zijn. De
saamhorigheid neemt toe naarmate de protesten tegen de anti islamitische koers
van het blad luider worden. In het kantoor van Charlie Hebdo wordt
brandgesticht. Zineb ziet de bedreiging overal om zich heen groeien, maar
schrijft toch samen met Charb het boek La
vie de Mohamet en gebruikt daartoe de sira, een bron van de koran. Haar
vrees voor het islamitisch fascisme, zoals ze dat noemt, neemt echter alleen
maar toe.
Het drama vindt plaats op 7 januari 2015. Als Zineb in
Marokko is wordt een tiental medewerkers van het tijdschrift in koele bloede
gedood. Zineb kan niet begrijpen dat een paar dagen later alweer de
verderfelijke ideeën geuit worden. Op Twitter wordt haar dood zevenduizend maal
aangekondigd. Zineb krijgt politiebescherming en moet daar tot op de dag van
vandaag mee omgaan. Na zes maanden van hotel naar hotel gevlucht te zijn,
krijgt ze een eigen woning.
Het vervolg blijft schokkend vanwege de latere moordpartijen
in en rond de Bataclan en de aanslag in Nice. Zineb is wanhopig en roept alle
partijen in Syrië op tot het stoppen met geweld. Ze is inmiddels zwanger en
vraagt zich af of haar baby straks in een gepantserde automet haar mee moet.
Door haar ontsnapping van de dood heeft ze ook het leven meer leren waarderen.
Ze geniet van het nieuwe leven dat met de komst van haar dochter in huis komt.
Een straal licht in een verder moeilijk bestaan.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten