Diaspora schrijvers laten van zich horen
De bloemlezing Zwart
is samengesteld door Ebissé Rouw, redacteur non-fictie bij Amsterdam University
Press, en de Liberiaans-Nederlandse schrijver Vamba Sherif (1973), die
debuteerde met Het land van de vaders uit 1999 en in 2011 van zich liet horen
met De getuige. De ondertitel van Zwart luidt: Afro-Europese literatuur uit de Lage Landen. Carolina Lo Galbo
praat met Sherif en schrijfster Hèlene Christelle Munganyende over de
bloemlezing.
Lo Galbo vraagt waarom deze bundeling er moest komen.
Sherif vertelt dat er veel talent is onder de Afro Europese
schrijvers en dat die wel eens onder de aandacht gebracht mag worden.
Munganyende, die zelf ook in de bundel schrijft, zegt dat het voor iemand zoals
zij niet vanzelfsprekend is om schrijver te worden. In de Afro Europese
gemeenschap wordt dit niet gestimuleerd. In de jongerencultuur staat schrijven
niet in hoog aanzien. Zelf is ze wel met literatuur opgegroeid omdat haar vader
toneelschrijver was. De verhalen, die veelal door vluchtelingen geschreven
zijn, zijn doordrenkt met nostalgie met nostalgie en ademen het verlangen naar
thuiskomen.
Lo Galbo vraagt of het niet zo is dat zij in de Nederlandse
literatuur weinig aandacht krijgen.
Sherif zegt dat er genoeg talent voorhanden is en dat de
bloemlezing de deur voor Afro-Europese schrijvers kan openen. Zelf heeft hij
eerst rechten gestudeerd om een basis te hebben. Hij vertelt dat hij uit een
lange traditie van dichters stamt en dus veel innerlijke bagage heeft.
Munganyende bevestigt dat men eerst op zoek gaat naar werk en dat daarna het
schrijven komt, dat wordt gezien als zelfontplooiing. Ze zegt ook nog dat het
boek twee functies heeft namelijk dat mensen die in vergelijkbare
omstandigheden leven, zichzelf kunnen terugzien en dat andere Nederlanders de
Afro Europeaanse cultuur kunnen opnemen in het collectieve bewustzijn. Sherif
voegt daar nog aan toe dat men moet ophouden de Afro Europeanen te vergelijken
met de Afro Amerikanen, maar moet kijken naar de mooie verhalen, die door de
Afro Europeanen geschreven zijn.
Lo Galbo gaat helaas niet in op de reden waarom men de Afro
Europeanen niet met de Afro Amerkanen mag vergelijken. Ze typeert de
bloemlezing eerst als een staalkaart maar vindt dat in tweede instantie toch
geen juiste term.
Sherif vertelt over zijn verhaal dat gaat over een rebel die
de vader van de hoofdpersoon doodde en ontworteling teweegbracht, die
doorwerkte in het land van aankomst.
Lo Galbo vraagt, alsof we dat nog niet gehoord hebben, nog
eens waarom we Zwart moeten lezen.
Sherif antwoordt dat het een unieke bloemlezing is met
negentien talenten.
Munganyende vult aan dat Zwart
een simpele titel is maar een meerduidigheid aan verhalen bevat, die meer
behelzen dan een zwarte huidskleur alleen. De auteurs zijn gedoemd en
geprivilegieerd om te leven. Ze hoopt dat de lezers daarmee kunnen thuiskomen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten