Welcome, reader! According to Antony Hegarty in this second decade of the new century our future is determined. What will it be? Stays all the same and do we sink away in the mud or is something new coming up? In this blog I try to follow new cultural developments.

Welkom, lezer! Volgens Antony Hegarty leven we in bijzondere tijden. In dit tweede decennium van de eenentwintigste eeuw worden de lijnen uitgezet naar de toekomst. Wat wordt het? Blijft alles zoals het is en zakken we langzaam weg in het moeras van zelfgenoegzaamheid of gloort er ergens iets nieuws aan de horizon? In dit blog volg ik de ontwikkelingen op de voet. Als u op de hoogte wilt blijven, kunt u zich ook aanmelden als volger. Schrijven is een avontuur en bloggen is dat zeker. Met vriendelijke groet, Rein Swart.

Laat ik zeggen dat literaire kritiek voor mij geen kritiek is, zolang zij geen kritiek is op het leven zelf. Rudy Cornets de Groot.

Do not go gentle into that good night, Old age should burn and rage at close of day; Rage, rage against the dying of the light. Dylan Thomas.

Het is juist de roman die laat zien dat het leven geen roman is. Bas Heijne.

In het begin was het Woord, het Woord was bij God en het Woord was God. Johannes.



maandag 12 februari 2018

Recensie: Gelukkige slaven (2013) Tom Lanoye


Intrigerend spel rond twee bereisde Belgen met dezelfde naam

Het verhaal van de Vlaming Tom Lanoye over zijn aftakelende moeder in zijn vorige roman Sprakeloos (2009) lijkt nauwelijks te overtreffen. Het vervolg Gelukkige slaven over twee dubbelgangers, in ieder geval in naam, voert ons de hele wereld rond, van Zuid Amerika naar Zuid Afrika, dat volgens de documentaire uit 2010 van Guido de Bruyn een speciale plek heeft in het hart van Lanoye. Vandaar dat hij uitgebreid ingaat op het leven van een zwarte inspecteur die zich aansloot bij het niet met zoveel woorden genoemde ANC. Het verhaal eindigt in Guangzhou, het vroegere Kanton, waar de twee Tony’s aan tafel zitten met de malafide opdrachtgever Bo Xiang en bijna in elkaar opgaan, zoals Lanoye meesterlijk beschrijft.

Daarvoor horen we uitgebreid wat de twee Belgische Tony’s in twee andere continenten uitvreten. De eerste Tony is samen met de vrouw van Bo Xiang, de grote man in Macau, een administratieve enclave in China, in Buenos Aires, waar zij allerlei malafide transacties verricht tussen de seks en de uitstapjes met Tony door. Deze Tony is eerder werkzaam geweest op cruise- en vrachtschepen en weet alles van het verwennen van oudere dames. De tweede Tony, die, voor hij ontslagen werd, als programmeur voor een bank werkte en zeer bedreven is in het wegsluizen van geld, heeft van Bo Xiang de opdracht gekregen om hem twee zeer prijzige hoorns van een neushoornkoe te leveren. Hij heeft alles tot in de puntjes voorbereid en is al met zijn gedachten bij zijn vrouw en dochtertje in Wolvertem.

In dit eerste deel dat Neergang heet loopt het slecht af met mevrouw Bo Xiang die tijdens een neukpartij met de eerste Tony zo hard peest dat ze het loodje legt, hetgeen verdoezeld wordt door de meedenkende hoteleigenaresse. Na veel gedoe rond de kisting wordt ze tenslotte naar China vervoerd, begeleid door de eerste Tony. De tweede Tony vindt het moeilijk om het dier neer te knallen, vooral omdat de neushoornkoe ook nog een jong heeft en als hij besluit door te zetten is een ander hem net voor. Het blijkt een zwarte parkgids te zijn die in de lens van zijn geweer zichtbaar werd. Terwijl hij al bezig is de hoorns van het dier te hakken wordt hij half doodgeschoten door de tweede Tony, die daarna de de hoorns mee de grens over neemt naar Mozambique, vanwaar hij het vliegtuig naar China neemt.  

In Vereniging, het tweede deel, komt het zoals gezegd tot een vereniging van de twee Tony’s die hun intrek hebben genomen in een hoteltoren in Guangzhou, niet zo heel ver verwijderd van Macau, waar een persoonsverwisseling voor de hand ligt en de zaken zich heel anders ontwikkelen dan gedacht, zeker voor de tweede Tony die na het diner het loodje legt. De eerste Tony meent daarop eindelijk een vrij mens te zijn, die hem in het derde deel, Hoop, tenslotte toch weer, voornamelijk door zichzelf, ontnomen wordt.  

De taalvermogen is vooral heel groot en beeldend in het eerste deel van het boek, zoals in de beschrijving van mevrouw Bo Xiang:

’In de normale omgang is mevrouw Bo Xiang een en al reserve. De eeuwige glimlach die men de oosterling toedicht is wel aan haar besteed. De korrelige laag bleke make-up die ze elke ochtend op haar gezicht smeert over haar geschoren wenkbrauwen heen, vertoont in de loop van de dag steeds meer barstjes, haarfijn als de nerven in een antieke tegel. Ze volgen een dubbel patroon. Dat van haar ouderdomsrimpels en dat van haar lachcraquelures. Een dubbele landkaart. palimpsest van een een bewogen leven.’

De veelal korte zinnen geven vaart, de one-liners zijn origineel net als de vergelijkingen. Verder is het opmerkelijk dat Lanoye regelmatig afwijkt van de chronologie van het verhaal, namelijk door eerst te vertellen wat er verderop gebeurt en daarna de ontstane leemte op te vullen.

Gelukkige slaven komt door het beeldende vermogen van Lanoye in de buurt van Sprakeloos, vooral aan het begin van de roman waarin het taalgebruik virtuoos is. Daaraan tippen kan het echter niet. Fictie blijkt toch minder direct dan een overrompelend portret dat uit het leven gegrepen is.

Hier mijn bespreking van Sprakeloos op de site van De leesclub van alles, hier mijn verslag van de documentaire Mag het iets meer zijn? over Lanoye.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten