Fascinerend portret van een schrijfster met weggetjes in
haar hoofd
Documentairemaakster Hedy Honigmann licht in de documentaire
Joke van Leeuwen – een wereld tussen twee
oren een tipje van de sluier op over dichter, schrijver en kunstenaar Joke
van Leeuwen (Den Haag, 1952), onder andere bekend van het kinderboek Een huis met zeven kamers (1979). Ze
volgt Van Leeuwen terwijl ze werkt en optreedt en ze praat met anderen die zeer
gesteld zijn op haar werk. Daarnaast zien we ook oude archiefbeelden van een
piepjonge Van Leeuwen als cabaretière op het podium. Ondanks alle lof die haar toegezwaaid is, blijft Van Leeuwen
bescheiden en dat maakt haar tot een innemend persoon.
Honigmann begint met een blik op Van Leeuwen terwijl ze naar
een optreden op school rijdt. Ze is het niet eens met de route die de tomtom
haar opgeeft, waarmee meteen gezegd is dat Van Leeuwen zich niet gemakkelijk
door anderen laat leiden maar haar eigen weg gaat. Leerlingen stellen haar
vragen over haar passie voor het schrijven dat al begon toen ze alleen nog de
letter A geleerd had, haar eerste verkering had ze op haar zesde maar ze
schreef er geen gedicht over, ze wordt geïnspireerd door haar gedachten die een
soort weggetjes in haar hoofd zijn en maakt wel eens een wandeling als het daar
vastzit.
We zien haar bezig terwijl ze tekent op een beeldscherm,
maar ze heeft daarnaast ook een tekentafel in haar werkruimte. Een mevrouw die,
net als alle anderen, verder niet met name genoemd wordt, herinnert zich een
tekening waarin een kind wortels en vleugels heeft, hetgeen nodig is voor de
ontwikkeling. Van Leeuwen is bezig met een tekening voor het boek Toen ik , dat als achtergrond heeft dat
ze nooit mocht kiezen tussen haar vader en moeder. De tekening komt, anders dan
gebruikelijk wanneer ze tekent, gelijktijdig met het verhaal tot stand. Ze
toont foto’s van haar jeugd die door elkaar in een doos zitten, onder andere
van haar vader die theoloog was en op de vraag van anderen wie God dan wel was,
antwoordde dat zij zwart was. Vanwege zijn beroep verhuisde het gezin vaak, onder andere naar Brussel.
In haar jeugd hadden ze, zoals we in een oud filmpje zien
waarin ze naast haar vader geïnterviewd wordt, een huisorkestje en stonden de
kinderen al op het toneel, op basis van een tekst van Joke, die zelf de
hoofdrol had. De stap naar het cabaret was daarom niet zo groot. Ze won alle
prijzen op het Camerettenfestival in 1978 en maakte een tweede programma met de
titel Hoe langer hoe zwanger.
Abdelkader Benali was weg van de bedeesde
Deesje (1985), dat kinderangsten serieus nam en hem hielp te overleven. Een
Vlaamse juf zag Van Leeuwen als een godin en was als kind onder de indruk van Bezoekjaren (1998), dat over een Franse
jongen in de cel gaat en gebaseerd is op brieven die zijn moeder onder haar
borsten mee naar buiten smokkelde. Dezelfde juf was later zeer verbaasd toen ze
in De tjilpmachine over masturbatie
door een vrouw las.
Van Leeuwen toont een oude pentekening die ze maakte terwijl
een Afrikaan met haar in gesprek ging dat zo intens was dat ze dat vervolgde
tijdens de thee in het huis van de man. Hoewel haar ouders daar later slecht
over te spreken waren, was het volgens haar een ontmoeting zoals die moest
zijn, waarin de mens wordt afgepeld en van vooroordelen ontdaan, zoals ze ook
in haar werk nastreeft. In de prijswinnende roman Feest van het begin(2012) gaat het volgens een redacteur om de
verhouding tussen een individu en de wereld in een woelige tijd, namelijk die
van de Franse Revolutie.
Tijdens een ander optreden leest ze de twee gedichten voor
waarmee ze tijdens het Vijfde Poëzie festival in Elswout begon, eerst een
treurige, daarna een vrolijke. Honigmann vraagt haar naar de invloed van
liefdesverdriet op haar werk, waarop Van Leeuwen zegt dat ze kort en intens kan
huilen waarna ze weer fris verder kan. Haar zoon Rugter die ook in Antwerpen
woont en het knipperende licht in haar huis kan zien als het ’s avonds donker
is, zegt dat ze vroeger veel spelletjes deden en dat zijn moeder veel succes
had met haar optredens. Pianiste Christien Deutman zegt dat ze samen weer kind
zijn als ze samenwerken. Aan het eind worden we nog verrast met het prachtige,
ironische gedicht Erbarm U, dat Van
Leeuwen voordroeg tijdens de Nacht van de Poëzie 2016.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten