Verrassende vorm rond het thema van aankomen en vertrekken
Compagnie De Koe staat erom bekend wanorde en verwarring te
creëren op het podium. Dat doen ze in al hun voorstellingen, ook in Beckett Boulevard, die ze twee jaar
geleden in de bovenzaal van de Toneelschuur opvoerden. In HelloGoodbye weten ze deze chaos ook nog eens in te bedden in een sterk
verhaal. Dat maakt de voorstelling nog glansvoller. HelloGoodbye gaat over vertrekken en aankomen en dat geeft vooraf de
indruk van een collageachtig geheel, vooral omdat ze in de begeleidende tekst
aangeven dat de acht spelers vijfendertig personen laten opkomen en afgaan.
Deze acties zijn echter onderdeel van een hilarisch feest dat de welgestelde
heer George Friedman en zijn vrouw Fanny in hun villa organiseren ter
gelegenheid van het afscheid van George als voorzitter van de districtsraad.
George (Michael Vergauwen) leest, bijgestaan door Fanny
(Tanya Zabarylo), voor wat ons deze avond te wachten staat en zijn toon is
meteen goed. De sfeer wordt verhoogd door onderbrekingen van personen die al
weg moeten of die juist aankomen, sommige met grote cadeaus. Svenson (Sien
Eggers) vraagt zich meteen al af hoe ze uit de zaal kan komen, hetgeen leidt tot
een oproep aan het publiek of iemand haar naar de uitgang kan brengen. Het
gedrang, kenmerkend voor dit soort partijen, vindt plaats op planken, die de
spelers van te voren aan de voorkant van het toneel hebben neergelegd rond een
karretje met daarop ijzeren paaltjes. Die vormen mogelijk een afscheiding voor een gat
in de weg, dat een bedreiging vormt op voor gasten die weg zijn naar het feest.
Het publiek wordt er door de spelers dan ook op gewezen om bij aankomst toch
vooral naar beneden te kijken. Het verkeerscirculatieplan, dat voor het feest
is gemaakt, is namelijk onbetrouwbaar.
Het komende bezoek aan de toren en de
toegankelijkheid van de villa lopen door de hele voorstelling heen en zijn
ingebed in een thrillerachtige ambiance, die zich aandient voorafgaand aan
de uitleg van George. Op het moment namelijk dat de spelers naar voren stappen
om zich voor te stellen, valt het licht uit en ontstaat er paniek over een
persoon die zich met een revolver in zijn arm geschoten heeft. Deze gebeurtenis
krijgt pas later op de avond een vervolg, maar daarvoor valt er genoeg plezier te
beleven met de feestgangers, ook al lijken die de paniek niet helemaal te boven
gekomen. Vooral de sterk reflecterende gast, gespeeld door Willem de Wolf, heeft
de schrik in de benen over het circulatieplan en de toren die er nog niet staat
en die de tongen behoorlijk losmaakt. Gelukkig is er champagne en taart.
Daarnaast is er ook soep, zegt Fanny verschillende keren met een aanstekelijke
blik tot de zaal. De taart is een schenking van de gouverneur die helaas niet
kon komen, al is George blij dat hij zich tot twee keer toe had aangemeld.
Eggers is degene die veel rollen toebedeeld krijgt, onder
andere die van Patsy, het onmisbare dienstmeisje in het huis, dat zich op een
bepaald moment buigt over de kwestie of de taart nog voor de lunch genuttigd
kan worden. De gaste in een felgroene jurk (Natali Broods) wil geen taart en
vraagt zich ook af waarom ze gekostumeerd moest verschijnen. In een volgende scène speelt Eggers
een geweldige rol als de heer Barrows die wordt geïntroduceerd als een groot
vernieuwer op het gebied van de nonverbale communicatie, maar zelf steekt hij
daar de draak mee. Als de tachtigjarige bedenkster van het circulatieplan zorgt
ze tenslotte voor een hilarische discussie over de verhouding tussen
stadscentrum en stadsrand. Zelf had ze in ieder geval geen enkel probleem om de
villa te bereiken. Ze kon gewoon rechtdoor. Een van de andere passanten
is een vermakelijke accelerationist (Vergauwen) die lang verwacht werd, toch is gekomen en zich
inmiddels heeft omgeschoold tot een metaboeddhist.
Greet Jacobs, die de zwangere Ans van den Eede sinds kort vervangt,
speelt een sympathieke gaste die tussendoor vertelt dat haar mening dusdanig
genuanceerd is, dat het lijkt of ze geen mening heeft. Zij is ook de knappe Carmen
die op een filmrol is vastgelegd maar het duurt heel lang voordat we die te
zien krijgen vanwege problemen met de stroomvoorziening. Oppenheimer (Peter van
den Eede), de adviseur van Friedman, houdt zich druk bezig met het koppelen van
vele verlengsnoeren en als dat is gelukt kijkt het publiek mee met alle acht spelers, die net als de projector beschermd worden met een plastic zeil vanwege het lekkende dak. Helaas wordt eerst ook nog
een verkeerde film gestart.
Tussentijdse toespraken, die steeds worden afgesloten met
applaus van de andere spelers, vormen een aangename afwisseling met de misverstanden die aan de orde van de dag zijn en leiden tot aangename herhalingen van uitspraken. De Wolf vertelt
een ontroerend verhaal over zijn relatie met zijn vader, die op deze dag precies
een jaar geleden overleed en die altijd zijn obstinate gedrag doorzag, waarvoor
hij hem achteraf dankbaar is, Jacobs bedankt het kind in ons dat nog steeds de
essentie uitmaakt van wie wij zijn en Broods bedankt de schoonheid dat ze ons
niet in de steek laat en ook de liefde, die onze toegang tot de schoonheid
mogelijk maakt, Mats Vandendroogenbroeck wil op het eind ook de medewerkers
achter de schermen naar voren halen, maar dat lijkt de anderen toch niet zo’n
goed idee. Zijn beeldspraak over zijn gevoel als een kleine anemoon in Rome die
zover open is gegaan dat hij zich niet meer sluiten kon, kwam hem wel op
applaus te staan.
Het is boeiend om te zien dat de rollen van George en Fanny
na het aftreden worden ingevuld door andere koppels, allereerst door Vandendroogenbroeck
en Eggers, die onder de indruk is van een schrijver die later ook zijn intrede
doet, al had hij problemen gehad met een knip in de weg. Van den Eede houdt,
bijgestaan door Broods, een hilarische toespraak, die heel kort op de trailer
te zien is, waarbij hij steeds met zijn hemdsmouwen in het spreekgestoelte
haakt, hetgeen hem, samen met de onleesbaarheid van de tekst op zijn briefje,
nijdig maakt, waarop hij vervolgens beweert dat hij helemaal niet boos is.
Het is nauwelijks mogelijk de creativiteit en de spelvreugde
geheel in woorden te vatten. De chemie blijft een mysterie, maar in ieder geval krijgt de toeschouwer het idee dat
het allemaal klopt wat men uit de hoge hoed tovert De voorstelling
wordt dramatisch ondersteund door Louise van den Eede, de andere dochter van de
man die de inspirator is van de groep (op de foto van Koen Broos in een geel
hemd). Men weet twee uur lang perfectie te smeden uit het imperfecte en bereikt
daarin grote hoogte, ook door het stille spel, met name van De Wolf, die, naast
zijn filosofische inbreng, hoog uittorenend boven de andere gasten, de concentratie hoog houdt. Het motto is duidelijk: Want niemand blijft. We zijn allemaal
passanten, mensen die ergens aankomen en dan weer naar elders vertrekken. Dat
geldt voor het leven als geheel maar net zo goed voor een dag en zeker voor
deze woensdagavond in januari 2018, waarop het moeilijk is om de inspirerende sfeer
in de Toneelschuur los te laten. Dat zegt genoeg over de indruk die het spektakel van De Koe
maakte.
Hier de
site van De Koe met de trailer en meer informatie over de voorstelling, hier
mijn bespreking van Beckett Boulevard.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten