De dag van de twee Tony’s
De eerste bergetappe in de Tour de France van 2014 op 13 juli gaat
170 kilometer lang door de Vogezen van Gérardmer naar Mulhouse. De uitzending begint
een uur na vertrek. De renners hebben er dan al ruim veertig kilometer op
zitten waarin veel gebeurde. De jonge Nederlander Tom Dumoulin, niet te
verwarren met zijn Franse naamgenoot Samuel, was mee met een ontsnapping, zoals
hij ons voor de directe beelden beloofd had. Hij meende vooraf dat de rit van
vandaag door het middelgebergte, met - na de Grand Ballon - de laatste veertig
kilometer over redelijk vlak terrein, kansen zou bieden aan renners zoals hij,
die niet interessant zijn voor het algemeen klassement.
Op het moment dat we live in de uitzending komen, is hij
echter niet meer in beeld. Het tweetal Tony Martin en Alessandro De Marchi zijn
vooruit, gevolgd door een groep waarin wel de Nederlanders Lars Boom en Steven
Kruijswijk zitten. De commentatoren Herbert Dijkstra en Maarten Ducrot leggen
uit wat er in de omgeving te zien is. In de streek met de typerende
vakwerkhuizen werd in de Eerste Wereldoorlog en ook ruim daarvoor zwaar
gevochten. De begraafplaatsen, waaronder zelfs een Roemeense, en de kasteelruïnes
op de bergtoppen duiden daarop. De renners passeren een dorp waarin men
ooievaars opvangt. Dijkstra weet niet hoeveel, maar wil dat ze kindjes brengen,
ook bij hun eigen soort. Als we op de top van de Gueberschwir een klooster
ontwaren, wil Dijkstra van Ducrot wel eens horen wat hij daarvan weet. Dat zou
een aardig verjaardagscadeautje voor hem zijn, maar helaas weet Ducrot niets
van kloosters. Wel kon hij de naam Gueberschwir uitspreken en weet hij veel
over vermogensbeheer, daalangst en de remedie daartegen, namelijk langzame
gewenning.
We vernemen dat Tony Martin (Erfurt, 1985) politieman is en
bijna de ronde van Zwitserland won. Zijn daaltechniek, met zijn achterwerk op
de stang, is gedurfd. Medevluchter De Marchi kan nauwelijks in zijn spoor
blijven en moet op de trappers staan om weer aan te sluiten. Inmiddels heeft
ook Tom Dumoulin zich aangesloten hij de groep achtervolgers. Omdat daarin kanshebbers
zijn voor de gele trui, waaronder op de eerste plaats de Fransman Tony Gallopin,
krijgt men niet teveel voorsprong van het peloton. Na een korte ontsnapping van
Lars Boom uit de groep achtervolgers, horen de commentatoren dat hij wellicht
volgend jaar voor de Skyploeg rijdt. Dit omdat Belkin gaat stoppen met sponseren.
De rit ontwikkelt zich tot een strijd op meerdere niveau’s. Martin
scheurt op zijn buitenblad naar de col des Cinq Chateau (derde categorie), de
achtervolgers proberen hen in te halen, het peloton is waakzaam om het verschil
niet te groot te laten worden. Twee wedstrijden voor de prijs van één, zegt
Dijkstra. Hij legt uit dat de Grand Ballon niet verward moet worden met de
Ballon d’Alsace, die de eerste col was die ooit in de Tour werd opgenomen toen
de Alpen en de Pyreneeën nog onbegaanbaar waren.
Dopingaffaires leken verleden tijd. Helaas rakelde de ISU de
vorige dag de zaak weer op door het schorsen van voormalig Raborenner Mentsjov
vanwege schommelende bloedwaarden. Frans Maassen, in die tijd ploegleider van
de Raboploeg, vindt de communicatie een aanfluiting en inhoudelijk ook niet sterk.
De commentatoren zijn het met hem eens. Gelukkig is de menselijke maat terug. Tegenwoordig
moeten de renners hun krachten verdelen en kunnen ze niet meer drie weken aan
een stuk door voorin zitten, zoals in de tijd van Armstrong.
Inmiddels rijdt Tony Gallopin virtueel in de gele trui en demarreert
Rodriguez vlak voor de top van de Gueberschwir uit de groep achtervolgers. Het
blijkt echter dat hij voor de bolletjestrui gaat, want na de top houdt hij in.
Volgens Ducrot durft hij het niet aan om door te gaan en straks na de Grand
Ballon, met nog ruim veertig in het vlakke, in de chasse patate terecht te komen. Na 115 kilometer rijdt Martin weg
bij De Marchi omdat de achtervolgers dichterbij komen. Meteen neemt zijn
voorsprong weer toe. Schaatser Bob de Jong vraagt wat Martin onder zijn tricot op
zijn rug draagt. Dat blijkt na enige aarzeling toch gewoon zijn radio. Ducrot
ontwaart ook bij andere renners vergelijkbare bobbels op de rug.
Ducrot memoreert dat Martin in de Vuelta van 2013 na een vergelijkbare
monsterontsnapping door de Zwitser Cancellara achterhaald werd en vraagt zich af
of de geschiedenis zich zal herhalen, maar dat blijkt niet het geval te zijn.
Martin rijdt na de beklimming van de mistige en natte Grand Ballon met de
gestage tred van een tijdrijder op de finish af (zie foto). De andere Tony, Gallopin, is
als een kind zo blij dat hij de volgende dag, de Quatorze Juillet, in het geel
mag starten, al zal dat waarschijnlijk van korte duur zijn. De Italiaan Nibali
blijkt achteraf niet zo treurig om zijn gele trui kwijt te zijn, want het is
ook een last en nu kan hij weer gewoon koersen. De bus met daarin sprinters als
Marcel Kittel heeft 22 minuten achterstand opgelopen en moet nog flink door
rijden om de tijdslimiet van een half uur te halen.
Dumoulin spreekt vanaf de hometrainer zijn bewondering uit
voor Martin. Dijkstra sprak al van een Merckxiaans gemiddelde van 41 km per
uur. Vandaag met een monsterfinale op La
Planche des Belles Filles weten we hoe het verder gaat met de
klassementsrenners.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten