Welcome, reader! According to Antony Hegarty in this second decade of the new century our future is determined. What will it be? Stays all the same and do we sink away in the mud or is something new coming up? In this blog I try to follow new cultural developments.

Welkom, lezer! Volgens Antony Hegarty leven we in bijzondere tijden. In dit tweede decennium van de eenentwintigste eeuw worden de lijnen uitgezet naar de toekomst. Wat wordt het? Blijft alles zoals het is en zakken we langzaam weg in het moeras van zelfgenoegzaamheid of gloort er ergens iets nieuws aan de horizon? In dit blog volg ik de ontwikkelingen op de voet. Als u op de hoogte wilt blijven, kunt u zich ook aanmelden als volger. Schrijven is een avontuur en bloggen is dat zeker. Met vriendelijke groet, Rein Swart.

Laat ik zeggen dat literaire kritiek voor mij geen kritiek is, zolang zij geen kritiek is op het leven zelf. Rudy Cornets de Groot.

Do not go gentle into that good night, Old age should burn and rage at close of day; Rage, rage against the dying of the light. Dylan Thomas.

Het is juist de roman die laat zien dat het leven geen roman is. Bas Heijne.

In het begin was het Woord, het Woord was bij God en het Woord was God. Johannes.



maandag 26 september 2011

Wie is er bang voor Virginia Woolf? regie Gerardjan Rijnders, 25 september 2011


Een klassieker over machtswellust tussen echtparen.

Het is dertig jaar geleden dat ik dit toneelstuk zag, volgens mij in ook in het Nieuwe DeLaMar, en omdat ik toen totaal overrompeld was en het altijd in mijn achterhoofd bleef spelen, wilde ik deze reprise uit 2007 met Olga Zuiderhoek en Porgy Franssen zien. Het toneelbeeld met twee kolossale zitbanken, waarop de vele glazen en glaasjes vastgeschroefd leken te staan, en een nog kolossalere mobile in de hoek als oorverdovende bel belooft veel goeds. In deze naaktheid moet de tekst van Edward Albee des te harder overkomen.

Martha, de dochter van de rector van de universiteit, zet meteen al de toon door vanuit de woonkamer te schelden op haar man George, die wat trager binnenkomt. Ze komen van een faculteitsfeestje. Terwijl George zijn schoenen uittrekt, zegt Martha dat ze nog bezoek krijgen van een nieuwe docent met zijn vrouw. Voordat die ten tonele verschijnen spelen Martha en George hun razendsnelle spel van aantrekken en afstoten.

De jongere Nick en Liefje steken daarbij af als een naïef stel, maar drank vormt voor hen geen bezwaar, Nick is aan de whisky en Liefje giet, hoewel ze lichamelijk niet sterk is, de ene na de andere bel cognac door haar keel. Hoewel Martha aan de touwtjes trekt en veel aandacht opeist is het vooral de dialoog tussen de mannen, die, terwijl Martha aan Liefje het huis laat zien, van buitengewone kwaliteit is.

George gedraagt zich superieur, stelt meerdere vragen tegelijk en zorgt voor spraakverwarring door het antwoord van Nick op de ene vraag als een antwoord op een andere op te vatten. Hij doet ook alsof hij antwoorden niet heeft gehoord en probeert aldus de nieuwe biologie docent Nick te intimideren. Zo geeft hij als historicus af op de chromosomen gedoe, die er straks de oorzaak van zijn dat iedereen op elkaar lijkt. Hij zegt ook steeds dat Nick bij de wiskunde faculteit zit, dat zijn vrouw smalle heupen heeft, dat zij een zoon hebben die de volgende dag jarig is en dan 21 jaar wordt.

Als Martha en Liefje terugkomen is hij doodsbenauwd dat Martha iets heeft losgelaten over zijn verleden. George is namelijk mislukt als potentiële opvolger van Martha’s vader omdat hij door de jaren heen de nodige kwaliteiten bleek te missen. Natuurlijk komt de gefnuikte carrière van George uitgebreid ter tafel. Martha ziet wel iets in de stevige jonge knaap en maakt hem duidelijk dat zij zijn carrière kan bespoedigen. 

Het is vooral de vaak harde humor die het stuk vitaliteit geeft. George zegt later over de chromosomen dat Martha die door haar cornflakes doet en noemt de vader van Martha een muis met rode ogen.

Hoewel het stuk nog steeds overdondert en het met een enorme inzet en flair wordt gespeeld, was ik minder van mijn stuk dan dertig jaar geleden. Misschien is het toch wat gedateerd, dacht ik of laat mijn, inmiddels door levenservaring gerijpte geest zich niet meer zo snel van de kaart brengen.   

Hierbij nog een verklaring van de titel:

The meaning of the title, Who's Afraid of Virginia Woolf?, becomes clearer as the play progresses, but so far we know that it comes from a joke at a cocktail party. The song usually goes, "Who's afraid of the big bad wolf?" Virginia Woolf was an English writer during the first half of the twentieth century. She wrote in the style of stream-of-consciousness, which tried to mimic the thought patterns of her characters. One might be afraid of Virginia Woolf because she tries to understand the intricacies of the human mind and heart. She is so honest that she might frighten characters like George and Martha, who hide behind their insults. At the same time, her writing is also very complex and intellectual. Therefore, one might be afraid of not understanding her. In the competitive world of a University, no one would want to admit to being afraid to read something by her. The title, then, could also refer to the competition that George feels at his job, and the need that all people within that academic environment have to puff up their own intelligence.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten