Welcome, reader! According to Antony Hegarty in this second decade of the new century our future is determined. What will it be? Stays all the same and do we sink away in the mud or is something new coming up? In this blog I try to follow new cultural developments.

Welkom, lezer! Volgens Antony Hegarty leven we in bijzondere tijden. In dit tweede decennium van de eenentwintigste eeuw worden de lijnen uitgezet naar de toekomst. Wat wordt het? Blijft alles zoals het is en zakken we langzaam weg in het moeras van zelfgenoegzaamheid of gloort er ergens iets nieuws aan de horizon? In dit blog volg ik de ontwikkelingen op de voet. Als u op de hoogte wilt blijven, kunt u zich ook aanmelden als volger. Schrijven is een avontuur en bloggen is dat zeker. Met vriendelijke groet, Rein Swart.

Laat ik zeggen dat literaire kritiek voor mij geen kritiek is, zolang zij geen kritiek is op het leven zelf. Rudy Cornets de Groot.

Do not go gentle into that good night, Old age should burn and rage at close of day; Rage, rage against the dying of the light. Dylan Thomas.

Het is juist de roman die laat zien dat het leven geen roman is. Bas Heijne.

In het begin was het Woord, het Woord was bij God en het Woord was God. Johannes.



donderdag 26 april 2012

Leo van Maris over Bekentenissen van Rousseau, Athenaeum boekhandel, 24 april 2012


Voorvechter voor vrijheid.

Vertaler Leo van Maris - ook van Perec en Stendhal - werkte van 1980 tot 1996 aan Bekentenissen tussen zijn onderwijstaken aan de universiteit van Leiden door. Zijn lezing begint met het avontuurlijke in het leven van Jean-Jacques Rousseau (1712 - 1778). Daarna spreekt hij over het lot van het toeval in samenhang met het moeilijke karakter van Rouseau en tenslotte bespreekt hij enkele bewaren tegen de filosoof.

De Zwitser vertrekt op vijftienjarige leeftijd moederziel alleen uit Genève als hij op avond ziet dat de stadspoorten dicht zijn. Vol bravoure trekt hij de wijde wereld in, die voor hem open ligt en klaar zal staan. Deze illusie kan volgens Van Maris worden verklaard omdat zijn moeder in het kraambed stierf. Als dochter van een predikant liet ze hem wel een brede collectie romans na die Rousseau tot zijn zevende allemaal las. Vervolgens bestudeerde hij met zijn vader, een ontwikkelde klokkenmaker, andere boeken. Ze lazen elkaar voor tot diep in de nacht. Door alle lectuur werd de geest gevormd van Rousseau, die zelf schrijft dat hij werd gekweld door zijn lastige karakter. Hij had het liefst met een koe, een vrouw en een bootje aan een meer willen wonen. Een ander gevolg van al dat lezen was dat hij de menselijke hartstocht al vroeg leerde kennen. In het leven wist hij daar juist geen uiting aan te geven.

In 1722 komt hij, omdat zijn vader in verband met een dreigende rechtszaak verhuisde, in een kosthuis van een predikant. Daarna werkte hij bij een graveur. Op vijftienjarige leeftijd verlaat hij zoals gezegd Genève. Een pastoor brengt hem in contact met de katholieke mevrouw De Warens uit Annecy, zijn grote licht. Om over te gaan tot het katholicisme reist hij in zeven, acht dagen over de Alpen naar Turijn. Die reis was de mooiste van zijn leven voor de romanticus met veel aandacht voor de natuur. Na zijn doop op bijna zestienjarige leeftijd werkt hij als lakei en ontdekt zijn passie voor muziek.

Drie schanddaden maken dat hij Bekentenissen moest schrijven. Bij een gravin nam hij een lint weg. De diefstal werd ontdekt. Hij beschuldigde een kamermeisje dat glashard ontkende.
De tweede schanddaad was zijn exhibitionisme door hetgeen wij nu potloodventen noemen, de derde dat hij in Lyon zijn epileptische muziekmeester in de steek liet. Over het ten vondeling leggen van zijn nakomelingen heeft hij gezegd dat hij dat heeft betreurd. 

In 1752 beleeft hij het hoogtepunt in zijn muziekcarrière tijdens een door hem geschreven concert in aanwezigheid van de koning. Rousseau is op literair gebied een laatbloeier. Veel eerste drukken van zijn boeken kwamen het eerst in Nederland uit. Hij had geen gemakkelijke relaties met anderen, maar dat kwam volgens Van Maris van twee kanten. Voltaire verafschuwde zijn deïsme.

Rousseau had in plaats van filosoof ook klokkenmaker kunnen worden of graveur of nog veel andere beroepen waarmee hij in zijn leven mee in contact kwam. Hij had met een eenvoudig meisje kunnen trouwen en een onbezorgd leven kunnen leiden, maar dan had hij nooit werken geschreven zoals Émile en Du contract social

Volgens Van Maris is Bekentenissen spannend om te lezen en is de stijl prachtig. Om een zo volledig mogelijke vertaling te maken herlas hij steeds zijn teksten. Moderne uitdrukkingen waren taboe. In de pers werd zijn vertaling goed beoordeeld. Het Reformatorisch dagblad maakte het zo bont dat men kritisch stond tegenover Rousseau maar de vertaling prees.

Er is Rousseau verweten dat hij veel klaagde maar anderzijds had hij een zwakke gezondheid en een moeilijk karakter (wantrouwig, uiterst gevoelig, nerveus) maar was hij wel oprecht. Zelfs zijn treurnis verwoordt hij volgens Van Maris in prachtig proza. Een ander verwijt is zijn verwaandheid, zijn gebrek aan bescheidenheid. Volgens Van Maris is tussen hoogmoed en nederigheid moeilijk een grens te trekken. Het leven is geen statisch gegeven.
Terwijl Voltaire een wereld voorbij was, is Rousseau een wereld die ontstaat. Met hem begint een nieuwe tijd. Hij was de eerste die een ego-document achterliet. Hij is scherp, cynisch maar laat zich niet onderwerpen. Hij is een voorvechter voor vrijheid en maakt dat, al is dat vaak op zijn impulsen, in zijn eigen leven waar.


 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten