Welcome, reader! According to Antony Hegarty in this second decade of the new century our future is determined. What will it be? Stays all the same and do we sink away in the mud or is something new coming up? In this blog I try to follow new cultural developments.

Welkom, lezer! Volgens Antony Hegarty leven we in bijzondere tijden. In dit tweede decennium van de eenentwintigste eeuw worden de lijnen uitgezet naar de toekomst. Wat wordt het? Blijft alles zoals het is en zakken we langzaam weg in het moeras van zelfgenoegzaamheid of gloort er ergens iets nieuws aan de horizon? In dit blog volg ik de ontwikkelingen op de voet. Als u op de hoogte wilt blijven, kunt u zich ook aanmelden als volger. Schrijven is een avontuur en bloggen is dat zeker. Met vriendelijke groet, Rein Swart.

Laat ik zeggen dat literaire kritiek voor mij geen kritiek is, zolang zij geen kritiek is op het leven zelf. Rudy Cornets de Groot.

Do not go gentle into that good night, Old age should burn and rage at close of day; Rage, rage against the dying of the light. Dylan Thomas.

Het is juist de roman die laat zien dat het leven geen roman is. Bas Heijne.

In het begin was het Woord, het Woord was bij God en het Woord was God. Johannes.



zondag 25 augustus 2013

Johan Simons, VPRO-Zomergasten, 18 augustus 2013



Leven voor de kunst

Theaterman Johan Simons (Heerjansdam, 1946) vergelijkt deze televisie-avond met een dramaturgie: in beide gevallen gaat het erom hoe een verhaal verteld wordt aan het publiek. In dit geval staan echter niet de acteurs in het middelpunt maar hijzelf. Net als zijn acteurs probeert hij in het moment te zijn, hij doet daar in ieder geval een poging toe en roept Wilfried de Jong op om met hem mee te doen.

Zijn observaties mogen er zijn. Het is koud in de studio, zegt hij, net als in de toneelzaal wanneer er een tragedie wordt opgevoerd. Wellicht omdat men, anders dan bij komedies, het hoofd koel moet houden. Na een fragment van Toon Hermans uit 1980 waarin die zijn assistent vraagt een tennisracket voor hem te halen en vervolgens een lange stilte laat vallen, legt Simons uit dat Hermans met zijn aandacht afwisselend naar buiten als naar binnen gaat. Hij gaat daarmee bij zichzelf na of uiterlijk en innerlijk met elkaar in overeenstemming zijn. Dat is een kenmerk van grote entertainers en sprekers zoals Obama. De laatste staat nooit met zijn benen wijd. Hij zoekt met zijn voeten een positie waarin hij steeds zijn evenwicht moet bepalen.

Zelf heeft Simons een grote interesse in taal. Door zijn dyslectie moest hij een gevecht leveren om zich die meester te maken. Zijn vader kampte door een hazenlip met vergelijkbare problemen. Hij was een slimme, humoristische man, maar werd door zijn vrouw niet gewaardeerd. Johan leed onder het slechte huwelijk en plaste lang in zijn bed. Als kind geloofde hij sterk in God. De straf van God is dat hij niet bestaat, zegt hij. Het rivierenlandschap met zijn wolkenluchten heeft echter zijn plaats ingenomen. De mens voelt zich daaronder nietig. Door zijn gevecht met taal wilde hij wraak nemen voor zijn vader. Hij wordt daardoor ook geboeid door onvolkomenheid. De Vlaamse choreograaf Alain Platel, die in Wolf (2005) een voorstelling maakte met honden, geldt voor hem als een voorbeeld.

Met theatergroep Hollandia wilde hij het volk bereiken. Men speelde op locatie, maar een gestudeerd publiek kwam naar de voorstellingen kijken. Hij wil net als Pasolini - die in de jaren vijftig ook films voor het volk maakte en in de jaren zestig de machthebbers tergde - de elite wakker schudden, met hen in discussie gaan. Net als de filmer Kossakovsky zoekt hij naar een draaipunt tussen fictie en realiteit. Hij is gecharmeerd van fotograaf Jeff Wall die met zijn foto’s de werkelijkheid herschept. Hij heeft nog twee jaar te gaan als intendant van de Münchner Kammerspiele en wil meer risico nemen. Het ouder worden maakt dat hij minder te verliezen heeft.

Veel van zijn observaties haalt hij uit zijn werk als regisseur. Het liefst leunt hij tijdens de repetities achterover en laat de acteurs hun gang gaan. Daardoor groeien ze. Pierre Bokma werd in de film De uitverkorene door relatieproblemen weer als een kind. Een fragment van Jeroen Willems uit De val van de goden (naar de film van Visconti over de Krupp familie in de nazitijd) brengt hem tot tranen. Hij kan alleen in clichés over zijn uitmuntende acteerwerk spreken. Willems was een oude ziel die het publiek met het lijden confronteerde. Het smalle staan maakte hem tot een groot acteur.

Simons haalt een fragment aan van Peter Sloterdijk over genetische verbetering. De vraag hoe wij onszelf als soort kunnen verbeteren is ook een theatraal onderwerp. Zou het niet fantastisch zijn om de moordzucht te kunnen uitbannen? Hij houdt zich verre van ideeën uit de jaren negentig over de zinloosheid van het leven. De Jong merkt schrander op dat zoiets in tegenspraak is met zijn eerdere uitspraken over onvolmaaktheid. Simons beaamt dat hij inconsistent is maar vindt dat niet erg.

Hij vindt het een schande dat de vorige staatssecretaris Halbe Zijlstra zijn minachting over de kunst openlijk ventileerde. Kunst wordt daardoor verdacht gemaakt, terwijl het volgens Simons een belangrijk commentaar levert op de cultuur. In Duitsland wordt dit serieus genomen. Er is daar vanuit het verleden waarin men via toneel de eenwording wilde bevorderen, sprake van een polemische cultuur. Ontroerend is een fragment waarin dirigent Muti na de opera Nabucco het publiek in Rome ernstig toespreekt over het verval van de cultuur.

Zelf heeft Simons elke nacht doodsangst ondanks zijn topfunctie en zijn goede voorstellingen die op de vier vingers van zijn rechterhand te tellen zijn. Hij ziet op tegen het sterven en ook tegen de manier waarop dat zal gaan. Daarom vlucht hij in zijn werk. Pas tijdens de laatste vakantie met zijn vrouw Elsie de Brauw was Simons minder depressief. Hij wordt steeds extremer in zijn zoektocht naar de waarheid. Het laatste fragment is niet voor niets van Reinbert de Leeuw die met bloed, zweet en tranen een stuk voor 356 musici dirigeert. Hij gaat nog met Pierre Bokma een zes uur durende voorstelling maken van Reis door de nacht. Kunst staat het dichtst bij God. Hij is een voorrecht daarbij te zijn, in zijn leven voor de kunst. Voor de kijker was de visie van Simons een verademing in een tijd waarin alles nog om geld draait.


1 opmerking:

  1. Zonder interessant geneuzel en kijk mij eens belangrijk zijn.
    Zeer boeiende televisieavond de 1e voor mij,
    maar dan...Wie ben ik?

    groet, Fenny

    BeantwoordenVerwijderen