Over onze immer ruisende akoestische horizon
Landschapsvervuiling is alom tegenwoordig in Nederland, maar
de geluidsvervuiling is niet veel minder. Probeer maar ergens een rustig plekje
te vinden. Overal dringt het geruis van het verkeer door. Het ergst voor mensen
die direct met die overlast te maken hebben. Ik herinner me van werkzaamheden
langs een snelweg dat die op een bepaald moment door de hersenen uitgefilterd
wordt, maar goed kan het niet zijn.
Stella van Voorst van Beest begint haar Het gat van Nederland-achtige
documentaire Hoe luidt het land niet
voor niets op een begraafplaats, die een rustplaats zou moeten zijn maar langs
een spoorlijn ligt met daarachter een start- dan wel landingsbaan voor
vliegtuigen. Het is tenminste verbazingwekkend om opeens een groot KLM toestel
op de achtergrond langs te zien schuiven.
Vliegtuigspotters langs de landingsbaan kunnen geen genoeg
krijgen van de neerglijdende metalen vogels, een beller uit een omliggende
gemeente naar het meldpunt vliegtuiglawaai blijft opmerkelijk rustig, hoewel
zijn schoorsteen er soms bijna afvliegt en hij de televisie heel luid moet
zetten om nog iets van het programma te horen.
Stella filmt kantoren, een peuterspeelzaal en een
voetbalveld naast de snelweg gelegen, soms met een geluidswal als afscheiding. Gilles
Tebransvelt woont in een bungalow in zo’n geluidswal. Binnen hoort hij nagenoeg
niets, zegt hij en buiten suist het, maar hij was altijd al een bermtoerist en zeer
tevreden met zijn stek, temeer omdat hij overal dichtbij zit.
Er zijn natuurlijk meer geluiden, natuurlijke zoals van de
wind, bijvoorbeeld in de haven van Stavoren. Justin Benett is geluidskunstenaar
en zoekt naar verrassende geluiden. Hij neemt onder een brug het snelverkeer op
dat zoeft en bij het passeren van de drempel van de brug een tikkend geluid achterlaat,
dat een metalen echo heeft, zoals iedereen zich kan herinneren die wel eens met
een fiets geschuild heeft onder zo’n viaduct. Verderop klinkt het als een egale
ruisende akoestische horizon, door Benett typisch Hollands genoemd. Benett loopt
graag met zijn opname apparatuur langs windmolens of zoemende fabrieken met
zeemeeuwen op de achtergrond. Hij kan zelfs uit de geluiden opmaken hoe men
leeft, in welk patroon. Hij gaat graag naar zee. Zij is de moeder van alle ruis
en maakt de oren schoon.
Wouter Halfwerk is gedragsbioloog en neemt het geluid op van
een koolmees, terwijl hij verkeerslawaai afspeelt. Het blijkt dat een koolmees
een hoger repertoire kiest om zich verstaanbaar te maken. Vogels met een lagere
stem zoals uilen of zanglijsters kunnen zich in het lawaai niet manifesteren en
verdwijnen, hetgeen zorgelijk is. Het is net zo zorgelijk mensen te horen die
een gehoortest doen en woorden, die door een computer voorgezegd worden, verkeerd
herhalen.
Achtergrondgeluid worden ook gemaakt. Sebastiaan de Roo
werkt bij een bedrijf dat muziek levert aan winkels om de juiste doelgroep op
het juiste moment aan te spreken zodat het het koopgedrag bevorderd wordt.
Stilte is zijn grootste concurrent, maar gelukkig is die verdreven. Je moet tenminste
lang zoeken om die nog te vinden. De zee vindt hij mooi, maar liefst met een
loungemuziekje eronder. Hij heeft een hekel aan drukke verjaardagsfeesten
waarop hij zichzelf niet verstaanbaar kan maken.
In Dwingeloo staat een telescoop die geluid uit de ruimte
haalt, zoals de tikkende hartslag van een verre ster. Het geluid heeft er lang
over gedaan om naar Dwingeloo te komen. André van Es vindt het een
geruststellend idee dat we niet alleen zijn. Het relativeert het menselijk bestaan.
Hij vindt stilte een vorm van respect voor de natuur.
In het Zuid-Limburgse heuvelland neemt men de, door de
Europese Unie ingestelde, stiltegebieden serieus. Ze dienen voor het herstel
van overbelaste landgenoten. Tijdens een vergadering wordt gepraat over de bescherming
ervan. Jean Vroemen zegt dat mensen in de jachtige maatschappij behoefte hebben
aan bezinning en die daar nog kunnen vinden.
Hier een trailer
van deze rustgevende documentaire.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten