Een portret van boeddhiste Martine Batchelor
Het boeddhisme is een mooie weg om een beter mens te worden,
maar kent ook de nodige gevaren. Behalve het gevaar te blijven steken in
meditatie die schijnbare rust geeft en oppervlakkige kalmte, is er ook de
verhouding tot de meester, waarbij afhankelijkheid op de loer ligt. Daarom is
het van belang dat er leraren zijn die hun leerlingen onafhankelijk maken, die
de leerlingen vertellen dat ze hun eigen weg moeten gaan. Krisnamurti was zo’n persoon,
al wordt zijn leer paradoxaal genoeg vereerd. In de documentaire Be your own teacher hoopte ik een boeddhist
op het spoor te komen die een vergelijkbare mening toegedaan is.
Anne Kleisen portretteert de Francaise Martine Batchelor,
die naar ze zelf zegt door haar intrek in een Koreaans klooster de omgekeerde
weg van boven naar beneden bewandelde.
Als kind al wilde ze de wereld verbeteren. Ze las Trotski en
anarchisten als Bakoenin maar effect op haar persoon had pas een boeddhistisch
boek dat ze onder ogen kreeg, waarvan ze begreep dat ze eerst zichzelf en
daarna pas anderen kon veranderen. Met achttien jaar vertrok ze naar Engeland
en op haar tweeëntwintigste nam ze haar intrek in een Koreaans klooster, waar
ze zo’n tien jaar verbleef. Na de dood van meester Kusan vertrok ze met haar
man die ze in het klooster had leren kennen naar een Engelse boeddhistische
gemeenschap. Ze woonde daar zes jaar, maar kwam erachter dat die leefvorm niet
geschikt was voor een liefdesrelatie.. Inmiddels woont ze op het platteland rond
Bordeaux met haar vergeetachtige moeder beneden hen en geeft meditatielessen.
Ze spreekt in de keuken met haar zus over het verleden. Haar
ouders vonden het rampzalig dat ze zo ver weg in een sekte zat, maar later
waren ze ook trots. Haar zus zegt dat Martine vroeger rustiger was en dat later
meer zoekende werd. Martine vertelt dat het klooster in Korea voor haar de
beste plek was om haar geest te leren kennen. Ze ging meteen in op een voorstel
non te worden. Ze leerde dat in haar gedachten alles rond haar zelf draaide. Ze
maakte de donkere nacht van de ziel door tijdens een nieuwjaarsritueel waarbij
ze amuletten voor de nonnen moest verkopen. Daarna brak haar inzicht door.
In haar huis mediteert ze met haar man Stephen met uitzicht
op een lege muur. Ze vertellen dat ze langzaam naar elkaar toegroeiden. Stephen
werkt op kantoor, Martine zorgt voor het huishouden, de tuin en haar vergeetachtige
moeder. Ze komt over als een daadkrachtige, wilskrachtige dame, iemand die haar
leven onder controle heeft en een strak ritme hanteert. Na de dood van haar
vader realiseerde ze zich hoe belangrijk sterfelijke wezens zijn.
Haar katholieke moeder heeft liever een slaappil dan dat ze
meditatie doet. Martine zegt dat haar eigen identiteit niet van de opvattingen
van haar moeder afhangt en dat ze geen boeddhiste hoeft te zijn om toch wijs en
mededogend te zijn, maar het zal voor haarzelf ongetwijfeld een leerschool zijn
om daarmee om te gaan.
Meditatie is geen panacee. Het werkt niet altijd en
voortdurend, maar door te mediteren leren we ons creatief bewustzijn te
ontwikkelen. We zien hoe onze geest beweegt, we leren anders kijken naar
onszelf en anderen. Iedereen heeft zijn eigen neigingen en karakter. Niet voor
iedereen is meditatie geschikt. Ze beschouwt haar meditatiepraktijk als een
voorrecht en ziet het als haar taak om anderen te leren hun eigen leraar te
worden. Maar zal niet elke boeddhistische meditatieleraar dat zeggen? Ik had
nog wel iets meer willen horen over hoe je dat doet, je eigen leraar zijn.
Hier
de trailer.
Boeiend - en zonde dat we het allemaal niet gewoon op school leren, ik wil nog wel eens een poging wagen...
BeantwoordenVerwijderen