‘Glorie is ons doel,
maar niet die van de wereld.’
De wind van de nacht
is een nagekomen vierde deel van Ongewisse glorie, het drieluik van Joan
Sales (1912-1983) over de Spaanse burgeroorlog. In het Nawoord legt vertaler
Adri Boon uit dat het vierde deel, waarin Cruells zijn verdere leven beschouwt,
een uitbreiding is van een oorspronkelijk naschrift van 24 pagina’s. De
nabeschouwing vindt plaats zo’n veertig jaar na de burgeroorlog. Het derde deel
was al een beschouwing die zich twintig jaar daarna afspeelde.
Het boek werd door de
schrijver uitgebreid na het uitkomen van de eerste versie in Frankrijk in 1956.
Sales kwam tot schrik van de Italiaanse uitgever steeds met nieuwe
aanvullingen. In Spanje kwam Ongewisse glorie voor het eerst in 1969
uit. Het drie keer zo dikke boek omvat het verhaal van vier personen uit de
burgeroorlog. Lluis, Cruells en Soleràs vechten aan de kant van de communisten.
Trini, de vrouw van Lluis, zit met haar zoontje thuis in Barcelona. Het eerste
deel is geschreven vanuit Lluis die gesprekken voert met de ondoorgrondelijke
Soleràs, het tweede deel gaat over brieven van Trini, het derde deel is een
nabeschouwing door vaandrig Cruells.
De wind van de nacht
is duidelijker te volgen dan Ongewisse glorie. Het is opnieuw geschreven vanuit
Cruells (1917), die na een aantal jaren op de Antillen dorpspastoor wordt in de
bergen in Catalonië. Het leven is er niet beter op geworden. Soleràs is
spoorloos en Lluis fabriceert deegwaren in Chili. Cruells zucht onder de last
van zijn herinneringen. Tijdens een sonambule pelgrimage, zoals hij dat noemt,
hokte hij twee weken samen met een hoer. Bij zijn afscheid met kerst schonk hij
haar zijn portefeuille. Zijn enige troost is een overwonnene te zijn.
‘We ontwaken uit de
jeugd als uit de warrige droom van een eindeloze koortsnacht, en kijk, we zijn
de pas over; hoe anders ziet het landschap eruit dat zich nu voor ons
uitstrekt, hoe anders is het dan het landschap dat we achter ons hebben gelaten
aan de andere kant van de pas! We beginnen aan de weg naar beneden en hebben
het wanhopige gevoel dat ‘nous étions nés pour quelque chose de mieux’,
dat we zijn geboren om de wereld te veroveren! Om glorie te bemachtigen, glorie
is ons doel, maar niet die van de wereld!’
Niet die van de wereld,
die ijdel is: een andere glorie, de echte, maar we kunnen die niet deelachtig
worden op enkel eigen kracht. Waartoe zijn we wel in staat op enkel eigen
kracht? Een beschamende en dikwijls verschrikkelijke val… wanneer we ontwaken
uit de eindeloze warrige droom, wanneer we helder zien wat we hadden kunnen
doen zolang die duurde, o Heer, wat hebben we gedaan met onze jeugd? Maar
waarom een spoor achterlaten van onze ijdele voetstappen in het zand van de
eindeloze woestijn? Waarom willen blijven voortleven in het geheugen van de
mensen die geen geheugen hebben? Zouden we, alleen om in het geheugen te kunnen
voortleven van de mensen die geen geheugen hebben, en nooit hebben gehad,
accepteren uit het geheugen van God te worden gewist?’
Adri Boon wijst erop
dat De wind van de nacht meer over het geloof gaat dan over de oorlog.
Cruells valt meteen met de deur binnen. Allerlei geestelijken draven erin op,
zoals dokter Gallifa en de aartsbisschop, die verschillende theologische
posities innemen in de kerkelijke wereld. De hoofdmoot is evenwel weggelegd
voor Lamoneda, die de ongrijpbare Soleras heeft gekend nadat die naar de
nationalisten was overgelopen. Lamoneda blijft Cruells hinderlijk volgen. Hij
zeurt hem aan zijn hoofd over de roman die hij geschreven heeft en om geld om
zich te kunnen loskopen van zijn overspelige vrouw Malfina.
De telescoop van
Cruells komt ook weer naar voren. Hij kreeg die op twaalfjarige leeftijd van
zijn tante Llucia, was hem kwijtgeraakt maar vindt hem later weer en kijkt in
het oneindige. Volgens Boon symboliseert de telescoop de verbinding tussen het
hogere en het lagere. Cruells is gefascineerd door de sterrenhemel, die de
almacht van de schepper uitdrukt.
De wind in de nacht
is een aangrijpende hartekreet van een welwillende priester vermalen door de
oorlog.
Hier mijn recensie van Ongewisse glorie.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten