Haatgevoelens in de politiek niet terug te vinden bij de
mensen
Filmmaker Bahram Sadeghi (zie foto) - ook bekend van zijn project over
plastic afval - heeft net als collega Dikla Zeidler iets met Iran en Israël.
Sadeghi werd in Iran uit joodse ouders geboren en kwam op zijn achttiende naar
Nederland, Zeidler werd geboren in Eilat, heeft een Israëlische vader en een
Nederlandse moeder en woont sinds haar achtste in Nederland. Sadeghi en Zeidler
filmen elkaar terwijl ze zichzelf introduceren. Hun achtergrond leidde tot een
vruchtbare samenwerking om joodse Iraniërs in Israël te ondervragen over hun
ervaring om een land om in te wonen dat in een ingehouden staat van oorlog
verkeert met het land van geboorte. Inmiddels woont een kwart miljoen Iraniërs
in Israël. De vraag luidt hoe het is om een Iraniër in Israël te zijn. Daar
zijn verschillende antwoorden op mogelijk.
Radiomaker Rani was zestien jaar toen hij naar Israël kwam.
Hij woont daar nu drieëntwintig jaar en voelt zich een Israëlier, hoewel hij de
band met de Iraanse cultuur en taal onderhoudt. Hij zou nooit willen vechten
tegen Iran, maar zich liever voor de vrede inzetten. Ook Rita is goed
geïntegreerd. Ze is zelfs de belangrijkste zangeres in haar land en had zelfs
een hit die ze in het Farsi zong. Ze wordt gefilmd in de jury van het
Israëlische Idols. Ze toont een foto waarin ze met haar familie op een Perzisch
tapijt zit en vertelt dat ze als klein meisje niet zoveel zin had om naar Israël
te gaan. Haar ouders haalden haar over met het vooruitzicht dat daar
bananenbomen waar, waar ze heel erg van hield, maar die stonden er niet. Wel kreeg
ze bij aankomst een grote mand met bananen. In Iran mocht ze niet laten zien
dat ze joods was, in Israël niet dat ze uit Iran kwam. Sadeghi huilt als zij
een slaapliedje voor hem zingt, waarschijnlijk omdat hij dat vroeger eens
gehoord heeft. Als de islamisten uit Iran vertrekken zou Rita daar meteen een
concert gaan geven.
Professor David Menashri kwam op zijn vijfde, vlak na de
oprichting van Israël met zijn ouders naar dit land en plantte jasmijn omdat
hij dat zo lekker vond. Hij woont nu vierenzestig jaar in Israël. Hij kan niet
precies zeggen wie Iraniër is, want zijn vrouw kwam uit Duitsland waardoor bloedbanden,
zoals vaker, gemengd zijn. Hij ziet verschillen met minder goed geïntegreerde emigranten
die na de islamistische revolutie van 1979 naar Israël kwamen. Kamal is
uitgever van een tijdschrift over Iran, heeft thuis een museumpje in de kast met
onder andere Iraans zand en vindt het in deze vijandige tijd moeilijk om een
Israëliër te zijn. Elham is kunstenares en wilde thuis niet meer naar Iraanse
muziek luisteren omdat ze vanwege haar afkomst gepest werd. Tegenwoordig vindt
ze het exotisch om een Iraanse achtergrond te hebben. Ze filmt jaarlijks haar
vader terwijl hij bewogen luistert naar een Iraans lied over een geliefde die
vertrekt.
Menasche is al drieënvijftig jaar de spreekbuis van Voice of Israël. Hij verzorgt
uitzendingen die dagelijks een uur op de radio te beluisteren zijn. Hij legt
daarin onder andere de werking van de democratie uit en laat luisteraars hun
gal spuien over de politiek van Netanjahu. Zijn liefde voor Israël blijkt als
hij een boze man antwoordt dat Israël nog nooit een kernbom op een ander land
heeft laten vallen. Hij zegt dat hij zowel Israël en Iran in zijn hart koestert
en geen van de twee, net als zijn ogen, kan missen. Hij leest nog dagelijks
Iraans en spreekt Israëlisch met een Iraans accent, hetgeen tijdens debatten
voor hem pleit.
Zo zijn er nog wel meer personen die hem mening voor de
camera geven. Steeds weer blijkt van de haatgevoelens die in de politiek geuit
worden, bij de mensen niet leven. Dat is een argument des te meer om de
nationale staten op te doeken en de wereld op een andere manier te organiseren.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten