Muziek versus politiek
Paul Simon is in juli
2011 weer in Zuid-Afrika. Hij ontmoet in Johannesburg de muzikanten met wie hij
25 jaar daarvoor het album Graceland (1986) maakte voor een reünieconcert. Het
album, dat pop- en Afrikaanse muziek met elkaar combineert, werd destijds een
groot succes maar leidde ook tot verontwaardiging omdat Simon zich niet hield
aan de culturele boycot van het apartheidsregime. Hij praat daarover na met
Dali Tambo van de Stichting Artists Against Apartheid en zoon van Oliver Tambo,
die een belangrijke rol in het verzet tegen de apartheid speelde. Simon en
Tambo vertellen in deze documentaire, opgedragen aan Miriam Makeba en alle
slachtoffers van de apartheid, ieder hun eigen verhaal.
Paul Simon hoorde een
tape van de Boyoyo Boys en was enthousiast. Zijn laatste album Hearts and
bones was geflopt. Hij wilde wel naar Zuid-Afrika, dan werd hij ook niet zo
op de huid gezeten door platenbazen, die benieuwd waren of hij weer een hit zou
scoren. Harry Belafonte adviseerde hem contact op te nemen met het ANC. Simon
deed dat niet. Hij vond dat de stem van de artiest boven politiek ging. Anders
dan Peter Gabriel die Biko zong, wilde Simon zich onthouden van
politiek, maar wel op muzikaal gebied het beste geven wat hij had. Hij ging
naar Zuid-Afrika op uitnodiging van een stel zwarte muzikanten, maar schrok van
de raciale spanningen en voelde zich er niet op zijn gemak. Hij bleef niet
langer dan een dag of tien, maar had er wel een goede tijd met allerlei
muzikanten. Accordeonist Forere uit Lesotho werkte in de mijn en speelde
Basotho melodieën die aan de basis stonden van Boy in the bubble. Shangaan
zangeressen zongen expres wat out of tune tijdens I know what I know. Hij
raakte betoverd door de a capella muziek van Joseph Shabalala. Er groeide een
band met leden van de band Stimela, die door het regime werd vervolgd. Hij
haalde hen naar Londen en later naar New York voor de opnamen. Tot hun
verbazing konden ze zonder vergunning naar Central Park.
Simon , waar hij tekst
toevoegde, zoals deze strofe uit het gelijknamige nummer:
There is a girl in New York City
Who calls herself the human trampoline
And sometimes when I'm falling, flying
Or tumbling in turmoil I say
Oh, so this is what she means
She means we're bouncing into Graceland
And I see losing love
Is like a window in your heart
And everybody sees you're blown apart
Everybody feels the wind blow.
Who calls herself the human trampoline
And sometimes when I'm falling, flying
Or tumbling in turmoil I say
Oh, so this is what she means
She means we're bouncing into Graceland
And I see losing love
Is like a window in your heart
And everybody sees you're blown apart
Everybody feels the wind blow.
Simon wilde de titel
veranderen, maar dat lukte niet. Hij besloot naar het graf van Elvis in de
Mississippi delta te gaan, waardoor het nummer een bredere betekenis kreeg. Het
werd een metafoor voor een staat van genade. Simon schreef Homeless met
de tekst Homeless, homeless, Moonlight sleeping on a midnight lake, die werd aangevuld
met Afrikaanse woorden door Joseph Shabalala.
Nog voor het uitkomen
van het album Graceland, traden Simon en Stimela op met het zwarte koor
Ladysmith Black Mombassa in Saturday Night Life. Met Diamonds on the soles
of her shoes boekten ze veel succes. Het album werd goed ontvangen, maar al
gauw kwam er kritiek van anti apartheidsactivisten. Het ANC voelde zich op de
tenen getrapt. Trompettist Hugh Masekela, die zich tegen de boycot verzette
haalde de verbannen Miriam Makeba erbij tijdens het wereldtoernee in 1987. De
Zuid-Afrikanen mochten niet optreden. President Mbeki wilde meer soepelheid van
het ANC maar die wilde daar niet van horen. Ray Phiri, de gitarist van de band,
vond dat hij voor de tweede keer geslachtofferd werd. In Zimbabwe speelden ze Under
African skies voor blanke en zwarte Zuidafrikanen. Toen Mandela in 1990
vrij kwam vroeg het ANC Simon om een optreden. Achteraf zag de muziekrecensent
van de New York Times in dat hij het bij het verkeerde eind had.
Tambo vond de actie van
Simon om naar Johannesburg te komen ongelukkig. Hij was een bedreiging voor de
ingestelde boycot van het apartheidsregime door VN en ANC. Daaronder viel ook
een culturele boycot. Tambo leefde in ballingschap. Simon vraagt waarom hij een
uitnodiging kreeg. Tambo zegt dat muzikanten graag met hem wilden werken. Hij
verwijt Simon dat hij kansen bood aan enkelingen, maar dat het volk zuchtte
onder de dictatuur. Simon zegt dat artiesten altijd onderaan de
maatschappelijke ladder staan en vaak als legitimatie voor een bewind gebruikt
worden. Tambo zegt dat ze terug zien op een grillige periode, maar dat die door
de politieke situatie werd opgedrongen. Simon excuseert zich ten slotte voor
zijn gebrek aan inzicht. Tambo en hij omarmen elkaar broederlijk.
Je bedoelt voormalig president Mbeki denk ik. Je maakt me wel nieuwsgierig naar de film
BeantwoordenVerwijderen