Welcome, reader! According to Antony Hegarty in this second decade of the new century our future is determined. What will it be? Stays all the same and do we sink away in the mud or is something new coming up? In this blog I try to follow new cultural developments.

Welkom, lezer! Volgens Antony Hegarty leven we in bijzondere tijden. In dit tweede decennium van de eenentwintigste eeuw worden de lijnen uitgezet naar de toekomst. Wat wordt het? Blijft alles zoals het is en zakken we langzaam weg in het moeras van zelfgenoegzaamheid of gloort er ergens iets nieuws aan de horizon? In dit blog volg ik de ontwikkelingen op de voet. Als u op de hoogte wilt blijven, kunt u zich ook aanmelden als volger. Schrijven is een avontuur en bloggen is dat zeker. Met vriendelijke groet, Rein Swart.

Laat ik zeggen dat literaire kritiek voor mij geen kritiek is, zolang zij geen kritiek is op het leven zelf. Rudy Cornets de Groot.

Do not go gentle into that good night, Old age should burn and rage at close of day; Rage, rage against the dying of the light. Dylan Thomas.

Het is juist de roman die laat zien dat het leven geen roman is. Bas Heijne.

In het begin was het Woord, het Woord was bij God en het Woord was God. Johannes.



maandag 2 mei 2011

Jeroen Brouwers over Bittere bloemen, VPRO-boeken 1 mei 2011




Het was voor mij een belevenis om Jeroen Brouwers weer in levende lijve te aanschouwen en hem aan het woord te horen. Na de laatste boeken die ik van hem las, had ik het idee van een dikzak en een brombeer, maar hij leek me eerder een bevlogen ex-leraar die nog vol is van het heden en toegankelijk te benaderen.

Wim Brands merkt op, nadat hij het - aan Harry Mulisch ontleende - motto van Bittere Bloemen heeft voorgelezen, dat zijn gast gisteren jarig was en  dat Johan Vandenbroucke in Het verhaal van een oeuvre (2005) schrijft hoe goed het geheugen van Brouwers is. De laatste vertelt over zijn eerste herinnering als twee-jarige in Indië dat hij zijn grootvader het grindpad zag aflopen van het huis naar de vrachtwagen die hem naar het Jappenkamp zou vervoeren. De visueel ingestelde Brouwers ziet nog de plooien in diens broek. Hij heeft zijn grootvader, die eenvoudige muziekcomposities schreef en hem wel eens meenam naar een gamelanorkestje, daarna nooit meer gezien en dus ook geen latere herinneringen aan hem. Brouwers wilde zelf ook componist worden, maar miste het talent en werd daarom schrijver.

Dat was na zijn kostschoolperiode van zijn tiende tot zijn zeventiende jaar in Nederland, die in groot contrast stond met het vrije leven aan de rand van het oerwoud in Borneo, zoals beschreven in Het bezonkene (1979), Bezonken rood (1981) en De zondvloed (1988).

Brands vraagt of de cruise in Bittere bloemen in verband staat met de overtocht van Indië naar Nederland. Brouwers begint over het gereedgemaakte vrachtschip zonder enige privacy waarop ze een maand lang opgesloten zaten maar geeft op de vraag geen antwoord.

Omdat hij op de kostschool geen literatuur mocht lezen, zelfs geen krant, haakte hij, zoals hij het noemt, op zijn zeventiende naar kennis. Hij wilde weten wat literatuur was, haalde boeken uit de bibliotheek in Delft en begon bij de A. Het duurde jaren voor hij zelf iets publiceerde. Schrijven is oefenen, zegt Brouwers. Met de verhalenbundel Groetjes uit Brussel (1969) - een mengvorm van verhaal, essay en filosofie - had hij het idee dat dat was wat hij wilde.

Brands gaat in op de boeken die Brouwers las, waarop de gast zegt dat Brands natuurlijk wil uitkomen op Mulisch. Eerst had hij interesse in de plattelandsromans van Anton Coolen die hij nog steeds mooi aanschouwelijk vindt met een literaire finesse. In De maagd Marino van Yves Petry onderkende hij het meesterschap. 

Nog steeds heeft hij een grote dorst naar kennis. Zijn uitgebreide krantenknipselarchief getuigt daarvan. Brouwers wil geen fouten maken in zijn schrijfsels. Misschien kwam ik daarom op het idee van een leraar.

Brands toont een fragment uit de documentairereeks Lotgevallen van Cherry Duyns uit 1983 waarin de veel jongere Brouwers naar aanleiding van zijn essaybundel De laatste deur (1984) op een kerkhof rondloopt en spreekt over de hoop om in zijn boeken te blijven voortleven en een spoor na te laten. Inmiddels heeft hij die strijd opgegeven en beseft hij dat men niet overblijft. Zelfs het verzamelde werk van W.F. Hermans verkoopt moeizaam.

Brands legt een verband tussen de dood en Bittere bloemen, waar Brouwers bij perioden tien jaar aan werkte. Hij begon zoals gebruikelijk met een eindbeeld van een oude man die in een zwembad verdrinkt. Van daaruit vulde Brouwers het verhaal in. Hij vroeg zich af wie die man, in het boek Hammer geheten, was: iemand die al jong rechter was, later politicus werd en daarnaast zijn hele leven lang schreef, iemand met een rugzak vol levenswijsheid, al las ik dat zelf niet zo terug in het boek.

Brouwers zegt over de compositie, dat Hammer na een hersenbloeding in een lade van het mortuarium ligt opgeborgen, terugziet op zijn leven en zich afvraagt wie toch dat meisje Pearlene was, die hij op het schip ontmoet dat naar gene zijde koerst. Dat had ik er niet uitgehaald, zie ook in mijn recensie Kunstig balancerend op de grens van het gekunstelde op recensieweb. http://www.recensieweb.nl/recensie/3475/Kunstig+balancerend+op+de+grens+van+het+gekunsteld.html.
Verwijzingen naar de lade waarin hij ligt met een kartonnetje aan zijn grote teen vatte ik op als een fantasiebeeld, zoals er vele beelden in het boek voorkomen. Jeroen Vullings ging in op het verband met Hoogste tijd van Mulisch, die in het gesprek alleen nog zijdelings voorkwam. http://www.vn.nl/boeken/fictie/bittere-bloemen-jeroen-brouwers.

Brouwers zegt dat zijn geest nog wel wil, maar dat zijn lichaam het laat afweten. Op tafel ligt een wandelstok, maar die zegt hij niet te gebruiken. Verder geen woord over het feit dat Bittere bloemen, zoals aangekondigd, het laatste boek van Brouwers zou zijn.
De heren krijgen het wel over schrijven met de hand, zoals ook Hammer voorstaat. Brouwers kon zelfs in De compositie van de wereld zien waar Mulisch was overgegaan op de computer. Dat laatste leidt volgens hem tot sneller (tevreden) en minder gecomponeerd schrijven. Ik hoop dat Brouwers, die door Brands wordt getypeerd als iemand die momenten meesterlijk kan laten exploderen, zijn uitmuntende manier van kunst bedrijven nog niet opgeeft.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten