Welcome, reader! According to Antony Hegarty in this second decade of the new century our future is determined. What will it be? Stays all the same and do we sink away in the mud or is something new coming up? In this blog I try to follow new cultural developments.

Welkom, lezer! Volgens Antony Hegarty leven we in bijzondere tijden. In dit tweede decennium van de eenentwintigste eeuw worden de lijnen uitgezet naar de toekomst. Wat wordt het? Blijft alles zoals het is en zakken we langzaam weg in het moeras van zelfgenoegzaamheid of gloort er ergens iets nieuws aan de horizon? In dit blog volg ik de ontwikkelingen op de voet. Als u op de hoogte wilt blijven, kunt u zich ook aanmelden als volger. Schrijven is een avontuur en bloggen is dat zeker. Met vriendelijke groet, Rein Swart.

Laat ik zeggen dat literaire kritiek voor mij geen kritiek is, zolang zij geen kritiek is op het leven zelf. Rudy Cornets de Groot.

Do not go gentle into that good night, Old age should burn and rage at close of day; Rage, rage against the dying of the light. Dylan Thomas.

Het is juist de roman die laat zien dat het leven geen roman is. Bas Heijne.

In het begin was het Woord, het Woord was bij God en het Woord was God. Johannes.



donderdag 4 augustus 2011

In memoriam Heere Heeresma, Brands met boeken, 12 juli 2011


Een man met bravoure en geheel eigen geluid.

In deze radiouitzending wordt een uur lang stilgestaan bij Heere Heeresma die geboren werd in 1933 en op 26 juni j.l. overleed. Wim Brands spreekt over de schrijver en dichter met uitgever Wim Hazeu, neef Rudy Cornets de Groot en VPRO-medewerker Anton de Goede, die een hele stapel boeken van Heeresma bij zich heeft. Zoon Heeresma junior zou ook komen, maar beperkte zich op het laatste moment tot een gesproken bijdrage over de laatste dagen van zijn vader.

Heeresma werd bekend met boeken als Een dagje aan het strand (1962), Han de Wit gaat in ontwikkelingshulp (1972) en Zwaarmoedige verhalen bij de centrale verwarming (1973). Hij was een typische schrijver van de jaren zeventig, ook wel de jaren van de hilariteit genoemd. In 2005 beleefde hij een come-back met de tweedelige autobiografie Een jongen uit plan Zuid, dat handelt over de oorlogsjaren 1938 – 1946 en als motto een uitspraak uit de Talmud heeft: men sterft twee keer, eerst gaat men dood en vervolgens wordt men vergeten.

Heeresma junior verhaalt over het overlijden van zijn vader op een schip op de Atlantische Oceaan in plaats van in het Rosa Spier Huis in Hilversum en bewijst daarmee dat hij naar zijn vader aardt die ook uitstekend kon fabuleren. ‘Dat is schrijven en de rest is gelul.’ Met deze woorden eindigt hij zijn ingesproken bijdrage.

Heeresma liet zich niet door autoriteiten of symbolen van de wijs brengen maar trok zijn eigen plan. Brands noemt Heeresma een man tegen de keer. De Goede memoreert dat Heeresma tijdens een ontmoeting altijd tegen hem zei dat het slecht met hem ging omdat mensen dat liever horen dan wanneer men zegt dat het goed gaat. Volgens essayist Cornets de Groot wilde Heeresma zich niet blootgeven en liet hij niet het achterste van zijn tong zien. De kluizenaar van Doorn liet zich - anders dan Mulisch - niet benaderen, behalve dan via een postbusnummer, hetgeen hem tot een Facebooker avant le lettre maakte. Hij timmerde aan de weg, liet met veel bravoure van zich horen, maar hield zich ver van het literaire wereldje. Volgens hem klopte alles en iedereen daar in dezelfde dipsaus. Hij was een van de initiatiefnemers van het Manifest voor de jaren zeventig waarin men een lans brak voor leesbare teksten. Zie: http://www.dbnl.org/tekst/andr013mani01_01/

Zijn sterke wil buiten het Systeem te blijven en zijn onafhankelijkheid te bewaren, kwam, net als bij George Orwell, voort uit de angst om gecontroleerd te worden en had alles te maken met de oorlog die uitbrak toen hij acht jaar oud was en waarin aan het eind zijn vader, een godsdienstleraar, omkwam.

Brands zegt dat er vaak bijbelcitaten in zijn boeken opduiken. Hazeu, die voor de NCRV werkte, zegt dat Heeresma zich thuis voelde bij die omroep, misschien ook omdat hij de uitspraak op het gebouw beginnende met de woorden Here, Here op zichzelf van toepassing achtte. Hazeu zegt dat hij trouw was aan de uitgeverij. Een jongen uit plan Zuid zou een verbeterde versie kunnen zijn van Kaddish voor een buurt, waarmee hij geld incasseerde bij de uitgeverij hoewel dat werk nooit het levenslicht zag. Wellicht zit het manuscript in de doos in het letterkundig museum die over twee jaar geopend mag worden. Helaas won Heeresma nooit een literaire prijs. Hazeu zegt dat hij weerstanden opriep met zijn tegendraadsheid. Hij werd uit de jury van de PC Hooftprijs gezet nadat hij op eigen houtje een schrijver de prijs had toegekend. De Goede bevestigt dat hij praatjes had, maar zegt dat hij ook bescheiden kon zijn en schrijvers als Bert Schierbeek en Remco Campert bewonderde.

In een boeiend fragment voor de VPRO radio, dat over een oorlogsgebeurtenis aan de Pieter Lastmankade gaat, liet hij zijn ironie los, net zoals hij deed in zijn poëzie, zoals in Vlieg vogel vlieg met me mee tralala (2000).
Cornets de Groot leest een stukje voor uit het artikel De kunst van het falen (1978)van zijn vader, waarin schrijvers uit de jaren zeventig als selfmade men werden omschreven. http://www.cornetsdegroot.com/blog/2011/06/27/heere-heeresma/

Brands vraagt naar het bijzondere van zijn schrijverschap. De Goede noemt hem de Arnon Grunberg van de jaren zeventig, hoewel men later neerkeek op zijn realistische inslag.
Hazeu noemt hem een onbevooroordeeld verteller en fabulator. Heeresma wist wat lijden was en schreef daarom juist fantastische verhalen. Hij was dan ook meer dan een realistisch schrijver. Cornets de Groot noemt zijn contact met de lezer bijzonder. Heeresma was een publieksauteur en stond model voor de schrijver zoals die tegenwoordig wordt voorgestaan door Thomas Vaessens. Dat blijkt ook uit titels als Hallo mopperkont! Dag Bets… (1988). Heeresma beschouwde zichzelf ondanks zich grote aantal prozawerken als een dichter, maar moest geld verdienen om zijn gezin te onderhouden en schreef daarom ook erotische literatuur zoals Beschoren schaamte (1987) en Eén robuuste borst, één (1989).

Het radioprogramma, ook met fraaie gedichten, is te beluisteren via:
http://www.radio1.nl/contents/33879-wim-hazeu-heere-heeresma-jr-en-rutger-cornets-de-groot-over-heere-heeresma-1932-2011

De website van Heere Heeresma: http://www.bevindvanzaken.nl/

2 opmerkingen:

  1. Plotsklaps is iedereen weer bevriend met een overleden kunstenaar/auteur en heeft met hem of haar van alles beleefd op het gebied van hoeren en snoeren, maar onderdehand is het allemaal gelul. Ik heb in the sixties Heeresma enige tijd mee gemaakt tot het mij begon te vervelen, daarna heb ik hem tussen 1970 en 2000 nog twee keer gezien.
    Naargeestige, sombere man afkomstig uit een klein bekrompen milieu en een lelijk wijf dattie had, jonge,jonge. Volgens Heersema heeft Lucebert zijn eerste enige en grote liefde van um afgepakt toen Heeresma in een opvoedingsgesticht zat. Hij had daar beter kunnen blijven zitten

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Nee, zijn zoon en neef zullen de heer Heeresma wel niet gekend hebben, dit in tegenstelling tot de heer Van der Wal.

    Altijd fijn om wat rond te googlen en te ontdekken dat stupide lulkoek altijd blijkt te zijn geschreven door, bijvoorbeeld in dit geval, een ouwe lul met een opgepoetst lijk met doodgeverfd clownshaar aan z'n zij. Maar dit terzijde.

    Zonde van Heeresma, het was een groot schrijver. De radio-uitzending vond ik overigens erg leuk.

    BeantwoordenVerwijderen