Welcome, reader! According to Antony Hegarty in this second decade of the new century our future is determined. What will it be? Stays all the same and do we sink away in the mud or is something new coming up? In this blog I try to follow new cultural developments.

Welkom, lezer! Volgens Antony Hegarty leven we in bijzondere tijden. In dit tweede decennium van de eenentwintigste eeuw worden de lijnen uitgezet naar de toekomst. Wat wordt het? Blijft alles zoals het is en zakken we langzaam weg in het moeras van zelfgenoegzaamheid of gloort er ergens iets nieuws aan de horizon? In dit blog volg ik de ontwikkelingen op de voet. Als u op de hoogte wilt blijven, kunt u zich ook aanmelden als volger. Schrijven is een avontuur en bloggen is dat zeker. Met vriendelijke groet, Rein Swart.

Laat ik zeggen dat literaire kritiek voor mij geen kritiek is, zolang zij geen kritiek is op het leven zelf. Rudy Cornets de Groot.

Do not go gentle into that good night, Old age should burn and rage at close of day; Rage, rage against the dying of the light. Dylan Thomas.

Het is juist de roman die laat zien dat het leven geen roman is. Bas Heijne.

In het begin was het Woord, het Woord was bij God en het Woord was God. Johannes.



zaterdag 10 oktober 2015

Recensie: Vlaggenbrief (2014), Ruth Lasters


Veel omhaal in een verhaal uit een Belgische kustplaats

Ruth Lasters maakte afgelopen zomer op het poëziefestival in Elswout indruk met vlammende gedichten waar de ironie en soms ook de wanhoop van af droop. Ik was benieuwd wat zij in proza klaarspeelt. Vlaggenbrief gaat over de herinneringen van een oude vrouw in een afgebladderde Belgische kustplaats die met een verrekijker het strand afspeurt. De roman komt dicht in de buurt van de stemming die ik in haar gedichten hoorde, gaat zelfs letterlijk over de inhoud daarvan, zoals het verlangen om iedereen in de wereld te groeten.

Hoofdpersoon is Thérèse Eckaert, een oudere gehuwde vrouw die de bizarre gewoonte heeft om badgasten die voor de openbare toiletten staan te wachten, uitte nodigen om in haar appartement van de wc gebruik te maken. Ze vertelt dat ze eerder badwacht Joachim Verhee bij zich in huis had maar dat die tijdens hun daaropvolgende gesprek werd weggeroepen door zijn vader. Haar bedlederige man Henri is nooit bij die ontmoetingen aanwezig, maar laat soms wel horen dat hij er is.

We volgen haar zoon Patrick terwijl hij op zijn moeders zeventigste verjaardag met een paramotorscherm richting haar huis vliegt. Op zijn vlucht horen we over de ruzie met zijn vader, zijn hardheid tegen zijn zwangere vriendin Eline en de zorg die zijn moeder Thérèse altijd nog voor hem heeft.

Daarnaast is er nog een actiegroep, vooral bestaande uit middenstanders onder voorzitterschap van toiletjuffrouw Vera, die actie voert tegen de dijkverzwaring omdat die niet goed is voor hun nering. Men wil daarbij vooral ook de familie Verhee op haar nummer zetten omdat die aanpapt met Ghanezen.

In korte hoofdstukken zwenkt Lasters van de ene situatie naar de andere, waarbij ze de sfeer in het bouwvallige kustplaats mooi weet te treffen. Langzamerhand krijgt de lezer een beeld van de hoe de vork in de steel zit.

Helaas is de taal niet zo gemakkelijk te behappen. Op enkele Vlaamse termen als afbollen na, biedt het boek op dat gebied weinig extra’s. Zinnen lopen stroef zoals in een gedachtegang van Thérèse, terwijl ze met haar verrekijker voor het raam staat: ‘Ooit zijn mijn vingers waarschijnlijk zo krom en trillerig, dat ik op een ogenblik als dit de lens zal laten vallen en daarna van ontzetting mogelijk ook mijn bril en ik u, strandgebruiker, en heel de benedenwereld waaruit u komt, nog alleen kan vermoeden, zoals ik ook de aanwezigheid van hondensporen zal veronderstellen: ergens, ginder beneden, het kan niet anders.’

Lasters vertelt met veel omhaal, hetgeen in de hand wordt gewerkt door de complexe structuur. Ze begint vaak met algemeenheden en de bruggetjes naar de specifieke situatie zijn doorzichtig, maar gelukkig gooit ze er aan het eind af en toe een cliffhanger in, die de lezer voort doet gaan. De personages zijn daarbij niet sterk, met Patrick als de zwakste schakel.

Het is vooral de beelden die de dichteres verraden en die wat goedmaken, zoals het fragment op een moment tijdens het ontbijt, nadat Thérèse in bed de behoefte heeft gevoeld om er eens uit te breken:
Reeds bij het ontbijt bleek mijn heftige behoefte aan contact echter geweken. De noodzakelijkheid ervan leek niets dan een onlogisch droomspinsel geweest te zijn, terwijl Henri monter door de woonkamer liep, een zachtgekookt ei voor me neerzette, een elpee van Fats Domino oplegde en toast besmeerde met iets wat zo helder schitterde dat het marmelade had kunnen zijn doorregen met klonters zonlicht.’   

Of de ervaring van Vera tijdens een vergadering van de actiegroep:
Vera, die een vage weerspiegeling van zichzelf zag in de metalen koffiekan, keek onmiddellijk weg, alsof het niet haar eigen gezicht was dat daar weerkaatst werd, maar dat van een van haar vaste klanten, dat haar aanstaarde vol verachting.

Of tenslotte deze meer algemene reflectie op de verhouding tussen mensen en garnalen:
Er zijn er bij die ogenblikkelijk loskomen, zich zonder de minste moeite prijsgeven. Anderen, zoals u, geloof ik, lossen niets van zichzelf tenzij men geduld opbrengt, veel gewroet, volharding. En er zijn er bij van wie je denkt dat ze meteen voor je zullen opengaan, bij wie je in geen tijd aan hun kern denkt te zullen zitten, maar in wezen heb je nauwelijks een fractie van hen losgepulkt, zit het merendeel van hen nog vast in het omhulsel, zoals bij Henri.

Deze fraaie beelden nemen niet weg dat het proza van Lasters, die net haar tweede gedichtenbundel Lichtmeters uitbracht, wat tegenvalt.  

Hier mijn bespreking van het vijfde poëziefestival in Elswout.

2 opmerkingen:

  1. Deze roman is een Meesterwerk! Hier is aan geschaafd tot het een hele mooie roman is geworden. Ik ben fier dat deze roman in mijn boekenkast. Het is een meerwaarde voor de Vlaamse en Nederlandstalige Literatuur! Ik heb hem al meermaals gelezen, en het blijft me bekoren zelfs hoe meer ik hem lees, hoe beter ik hem vind.

    BeantwoordenVerwijderen