Over de verhouding tussen openhartigheid en intimiteit in
relaties
Marijke Schermer (1975) debuteerde eind 2013 met de roman Mensen in de zon, dat door Trouw werd
bestempeld als het beste debuut van het jaar. Daarnaast werkt ze als
toneelschrijver en regisseur. Inmiddels is haar tweede roman Noodweer verschenen, die gaat over de intieme
relatie tussen Emilia en Bruch, waarbij een geheim van Emilia aan het begin ervan
de kiem vormt voor wat er later gebeurt. Houtrot, volgens presentator Jeroen
van Kan, die meteen de vraag van de orde stelt of het geheim van de
hoofdpersoon verklapt mag worden.
Schermer wil dat wel doen, alleen niet de afloop ervan
prijsgeven. Ze legt uit dat Emilia in een pril stadium van hun verhouding in
huis overvallen en verkracht werd. Zij zei daar niets over maar wilde Bruch
drie maanden niet zien en pakte daarna de draad van hun leven weer op alsof er
niets aan de hand was geweest. Dit was een bewuste strategie van haar. Ze was
bang dat openbaarmaking van haar geheim haar leven zou vertroebelen en
vervolgens ging de kans om er iets te zeggen voorbij, zoals dat gaat in het
leven.
Van Kan vraagt of Emilia bang was om als slachtoffer gezien
te worden.
Schermer antwoordt dat ze bang was dat ze zaken in gang zou
zetten waar ze zelf geen controle meer over zou hebben. Ze probeert tot het
eind toe te geloven dat ze het beste haar geheim kan behouden, ook al is er in
het begin van de roman een situatie op het Ajax balkon van de Stadsschouwburg
in Amsterdam waar ze door iemand van achteren wordt benaderd die zijn handen
voor haar ogen legt en vraagt wie zij denkt dat hij is. Haar non-reactie zet
haar twaalf jaar na de gebeurtenis aan het denken.
Van Kan spreekt van een onoplosbaar probleem.
Schermer zegt dat er wellicht geen antwoord te geven valt op
de vraag of openheid een voorwaarde is voor intimiteit.
Van Kan brengt de confrontatie in met een ander stel dat
elkaar al heel lang kent en heel hecht is.
Schermer weet niet of deze ultieme vorm van intimiteit beter
is. Mensen veranderen ook in de loop van hun leven.
Terecht merkt Van Kan op dat Schermer meer vragen stelt dan
beantwoordt.
Schermer antwoordt net zo terecht dat het perspectief in
elke situatie anders is en dat er geen standaardoplossingen te geven zijn.
Van Kan ziet haar roman als een onderzoek naar de vraag of
zwijgen een relatie goed doet. Emilia is van beroep statistica. Dus zou een
antwoord haar op het lijf geschreven staan.
Schermer antwoordt dat ze zelf wijzer is geworden over het
dilemma door het schrijven van de roman. Op het eind voegt ze nog een element
toe dat de oplossing doorkruist.
Van Kan vraagt waarom de hoofdpersonen bij haar aanklopten.
Schermer antwoordt dat ze de relatie tussen intimiteit en
openhartigheid intrigerend vond.
Van Kan vindt het streven van Emilia naar autonomie
krampachtig en vraagt of het exemplarisch is voor ons eigen leven.
Schermer antwoordt dat ze troost putte uit reacties van lezers
die graag steeds wilden dat Emilia haar geheim tegen Bruch zou vertellen.