Prijs een boek aan alsof het een beha is!
Daan Stoffelsen heet de aanwezigen in Spui 25 welkom en memoreert dat Recensieweb ook in 2007 een avond belegde over literaire kritiek online maar vanwege veel nieuwe ontwikkelingen in de papieren en digitale media is een herneming gerechtvaardigd.
Fabian Stolk, docent moderne letterkunde aan de Universiteit van Utrecht, verzorgt de inleiding, die vooral zuur moest zijn om de geest uit de fles te krijgen. Hij kraakt meteen een artikel op het weblog van De Amsterdamse lezing - die toch vaak kwalitatief van hoog niveau is - omdat men Haantjes van Kluun bespreekt terwijl men dat niet gelezen heeft en waarbij dus elke fundering ontbreekt.
De literaire kritiek in de krant heeft met sterretjes en toppertjes in waarde ingeboet en gaat meer op die op internet lijken. Beide media groeien naar elkaar toe: het scherm wordt groter, de krant kleiner. Gelukkig zijn er op internet ook goede boekbesprekingen, zoals op Recensieweb en deReactor.org. Samen hebben die tweehonderd recensenten. Stolk leest nog steeds het liefst krantenkritieken omdat hij dan weet wat hij kan verwachten. De beoordeling is gebaseerd op beleid, continuïteit, redactie, vakmanschap op basis van een goede opleiding en arbeidsvoorwaarden.
Volgens Stoffelsen is het redactionele kader van belang ook bij Recensieweb.
Lidewijde Paris van uitgever Ailantus vindt dat kranten het laten afweten. Ze mist argumentatie in recensies. In plaats daarvan wordt vaak te veel weggegeven. Eerder wist ze van een criticus wat zij aan hem of haar had. De aanprijzing van een nieuw boek verschilt niet met die van een beha: ‘Toon wat een man wil zien en verhul wat hij wil ontdekken.’ Maar aanprijzen is iets anders dan beoordelen, denk ik zelf. Paris is vooral geïnteresseerd in wat de lezer van een boek vindt en dat hoeft dan niet volgens de normen van een krantenrecensie.
Joost de Vries, criticus van De Groene, vindt dat er teveel boeken verschijnen, terwijl tegelijkertijd de kranten dunner wordt. Het is moeilijk om in een kort stukje een duidelijke oordeel te geven.
Luchtige besprekingen zoals De voorproef van Elsbeth Etty in NRC voegen volgens Paris weinig toe.
Arjen van Veelen wil het vooral over de vorm hebben en niet over de inhoud. De sociale media bieden een nieuwe manier om boeken te bespreken, waarbij interactie en meer snelheid mogelijk is. Hijzelf heeft geen krant meer nodig. Zijn Facebook-vrienden gidsen hem door de boekenberg. Korte krabbels en linkjes naar doorwrochte artikelen, zoals een artikel van vierduizend hits van Bas Heijne over de toestand van de hedendaagse Nederlandse cultuur (http://www.nrc.nl/nieuws/2011/01/05/bas-heijne-het-populisme-keert-zich-tegen-de-verlichting-niet-geheel-onterecht/), zijn naast elkaar te vinden.
Stolk vraagt zich af waarom snelheid zo belangrijk is. De Vries zegt dat een boek een mediafenomeen is en Paris dat een boek maar drie maanden in de winkel ligt.
Stolk is niet geïnteresseerd in andermans mening, maar wil kwaliteit. Van Veelen zegt dat kwaliteit op internet ook geboden wordt, maar zelf zie ik tegenwoordig dat er veel voor de eigen parochie wordt gepreekt.
In de zaal ergert iemand zichzelf eraan dat de sociale media tegenover de papieren gezet worden. Een andere reactie betreft de kwaliteit van boekbeoordelingen: meningen over boeken zijn wat anders dan besprekingen, waarin onderscheid wordt gemaakt tussen goed en niet goed.
Paris vindt die opvatting achterhaald. Smaak en kwaliteit moeten niet door elkaar gehaald worden. Gelukkig komt iemand uit de zaal hier later op terug en stelt dat het, zoals Stolk al in zijn inleiding zei, gaat om het schiften van kwaliteit of geschift worden. Het aanbod is zo groot dat er een taak ligt voor de kritiek. Dat past in mijn opvatting in mijn artikel over Een verhaal dat het leven moet veranderen uitte. Zie 22 maart j.l..
Van Veelen ervaart het probleem van de schifting niet zo.
Verder werd er gepraat over het verdienmodel, dat voor literatuur moeilijker blijkt te liggen dan voor andere levensterreinen. Paris hoorde dat De wereld draait door liever geen mompelende schrijver toont, maar later op de avond zag ik wel een aardig gesprek van Pauw en Witteman met Anton Dautzenberg naar aanleiding van zijn boek Samaritaan. Wellicht zoekt men het bij de verkeerde programma’s. En waarom trouwens meedoen met die hype?
Uiteindelijk was er weinig nieuws onder de zon: doorwrochte kritiek en snippers informatie over boeken blijken naast elkaar te bestaan, net als gefilterde kritiek in de krant en ongefilterde op allerlei internetsites. De diversiteit is alleen maar groter geworden. Door internet krijgen ook boeken de kans die in de krant geen ruimte krijgen. Mijn stelling uit een eerder artikel over de functie van literaire kritiek (2) van 17 januari j.l. onder de kop Laat duizend bloemen bloeien, blijft overeind. Dat is mooi, vooral in deze tijd van het jaar.
Wilt u meepraten over de vraag hoe recensiesites zich kunnen onderscheiden van papieren media? Discussieer mee op LinkedIn: http://ow.ly/4u84w
aangepast, onder andere met een link naar het artikel van Bas Heijne, 18 juli 2011 om 10:56
Wilt u meepraten over de vraag hoe recensiesites zich kunnen onderscheiden van papieren media? Discussieer mee op LinkedIn: http://ow.ly/4u84w
aangepast, onder andere met een link naar het artikel van Bas Heijne, 18 juli 2011 om 10:56
Geen opmerkingen:
Een reactie posten