Pages

dinsdag 21 februari 2012

Miriam Makeba, Mama Africa (2011), documentaire van Mika Kaurismäki


Muziek geneest.

Een presentator kondigt haar aan tijdens een concert in de openlucht: de vrouw die in een township in Johannesburg werd geboren en die de koningin werd van de Zuid-Afrikaanse muziek. Vervolgens komt Miriam Makeba in een kleurig kostuum uit de coulissen vandaan en begint te zingen. Haar prachtige stem verovert het veelkoppige publiek.

In een de vele archiefbeelden laat Makeba (1932) haar werkelijke en zeer lange naam horen. Haar moeder brouwde illegaal bier en moest zes maanden in de gevangenis. Miriam ging met haar mee.

In 1952 begon ze met optreden, eerst bij de Cuban Brothers, in 1954 bij de Manhattan Brothers, later bij The Skylarks, een vrouwengroep die een vorm van jazz combineerde met traditionele Afrikaanse muziek. Het publiek was meteen in de ban van haar stem en ook van haar goed geklede verschijning. Ze trad op in de City Hall van Johannesburg voor een blanke zaal.

Haar doorbraak kwam nadat de Amerikaanse filmmaker Lionel Rogosin in Zuid-Afrika opnamen maakte voor de film Come Back, Africa. Ze zong daarin twee liedjes. De film werd vertoond op het filmfestival van Venetië in 1959. Daarna werd Makeba verbannen.

Ze woonde in New York en trad op in de Village Vanguard. Harry Belafonte was weg van haar stem. Hij stond in de traditie van Martin Luther King en werkte aan het versterken van het zwarte bewustzijn. Miriam was trots op haar cultuur. Ze zong niet over politiek, zoals ze zelf zei maar over de waarheid.

Ze sprak de Verenigde Naties toe over de rassenonlusten in haar land. Ze maakte met haar groep waarin haar toenmalige man Bill Salter basgitaar speelde, het nummer Pata Pata over een Zuid-Afrikaanse dans en werd daarmee beroemd, maar zelf miste ze een diepere betekenis erin.

Ze trad op in alle Afrikaanse landen en de leiders aldaar droegen haar op handen. Vooral president Touré in Guinee. Ze ontmoette bij hem de zwarte activist Stokeley
Carmichael and trad met hem in het huwelijk in 1967. Daarna werden optredens afgezegd en haar platen door de radiozenders genegeerd. Ze woonde vervolgens in Guinee. ‘In Zuid Afrika weet je met wie je te maken hebt in de Verenigde Staten weet je dat niet,’ zei ze daarover.

Haar dochter Bongi schreef teksten van haar liedjes zoals A luta continua, opgedragen aan het volk in Mozambique. Op vijfendertigjarige leeftijd stierf Bongi in het kraambed. Het was een klap in Miriams leven, waar ze nooit helemaal overheen kwam. Ze nam de verzorging op zich van Zenzi, haar kleindochter. 

Muziek geneest, zegt ze. Ze was een sangoma, een genezer, net als haar moeder, al deed Miriam dat met haar muziek.

De documentaire komt niet tot het jaar 1990 wanneer ze door Nelson Mandela wordt verwelkomd in Zuid-Afrika, haar land dat ze zo gemist had. Ook haar dood in 2008 blijft onvermeld, net als de meeste van haar vijf huwelijken, maar de oudere broer van Aki Kaurismäki toont wel mooie swingende beelden van onder het hikkende geluid waar ze bekend mee werd en waarover ze hier prachtig vertelt in The Click Song. 

Hier het wondermooie Khawuleza uit 1966.
 

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten