Pages

zaterdag 3 oktober 2015

Theaterrecensie: Straussvogel, Steef de Jong, Toneelschuur, Haarlem, 2 oktober 2015


Humorvolle voorstelling van ontwapenende vakman

De solovoorstelling Straussvogel is het laatste deel van de trilogie van Steef de Jong over het Habsburgse Rijk waarin de operette hoogtij viert, misschien ook omdat het er in Wenen in die tijd economisch niet florissant aan toe gaat. De Jong schetst in zijn levendige voordracht een beeld van bankiers die zichzelf neersteken en lijken die op straat blijven liggen. Johan Strauss, die zelf een afschuw van de donkere kant van het leven had, fleurde de stadsbevolking op met vrolijke operetteklanken, eerst in de danszalen later in het concertgebouw.

De omgeving, waarin De Jong zijn verhaal over de beroemde walskoning vertelt, is die van een gezellige filmstudio vol met camera’s, een overheadprojector en decorstukken. De Jong is dan ook bezig met een docurette over het leven van Johan Strauss (1825-1899), die ook wel Schani werd genoemd. Hij werd door zijn vader in zijn muzikale ontwikkeling gedwarsboomd, maar kon desondanks later zijn talent in alle majeure toonaarden ontplooien. De Jong speelt tijdens de voorstelling verschillende filmscènes, die tegelijk op twee oude televisietoestellen te zien zijn. Visueel is er veel te beleven, maar ook auditief komt de kijker aan zijn trekken: door de muziek uit de levenslustige operette Die Fledermaus (1874) die voorafgaande aan de voorstelling de stemming meteen in de zaal brengt, maar ook door de liederen die De Jong, begeleid door piano of gitaar, met zijn prachtig heldere stem zingt, soms bijgestaan door het publiek. An der schönen blauen Donau wordt meteen uit volle borst mee gelald.

In een kunstig geheel dat De Jong de toeschouwer voor de derde maal voorzet, ligt de humor om de hoek. De schaalmodellen van markante plaatsen in Wenen en de belangrijkste woonplaatsen van Strauss op het scherm geven De Jong de mogelijkheid om zijn creativiteit volledig uit te leven. Zo is er de klok van de Karlskirche die De Jong met een stokje laat bewegen terwijl hij met zijn adem de vlag laat wapperen die daaronder hangt. Ook zien we een silhouet van het centrum van de stad met daarboven een kraai waarvan het gekras volgens De Jong later nog wel kan worden ingesproken. Hij bezoekt de geboortehuis van Strauss dat inmiddels in handen is van een Egyptische kunsthandelaar, die vertelt over de compositie die Strauss maakte voor de opening van het Suez kanaal waarvoor hij als beloning twee giraffen kreeg. Die zijn volgens De Jong nog steeds in de Weense dierentuin te vinden. Later zien we met zijn mobiel gemaakte opnamen van het huis waarin Strauss woonde. Dat was tegenover de dierentuin en naast het paleis van koningin Sissi, die in alle drie voorstellingen zit en een nauwe band met haar hofbalmuziekdirecteur had. Koddig is de scène met de foto op het t-shirt van Jong van de toegangsdeur tot het gebouw waar de Habsburgers liggen begraven. De auto’s die daar op staan konden niet verwijderd worden.   

Bijzonder fraai zijn de gemonteerde scènes waarin de hofdame van Sissi in een koets door het centrum van Wenen hobbelt, componisten als Mahler en Brückner van de elitaire Wiener Philharmoniker bijeen zitten te mokken over de populaire muziek waarmee Strauss als een voortijdse Armin van Buuren de voeten van de vloer krijgt en hijzelf tijdens een concert het stokje aan een vervanger heeft gegeven en op het balkon van de schouwburg met koningin Sissi staat te roken. De laatste sluit hun onderhoud heel grappig af met de uitspraak dat ze de giraffen die uit Egypte moeten komen, wel Schani en Sissi kunnen noemen.

Tot slot ziet het publiek het gemonteerde eind van de film op het scherm voorbij komen, gevolgd door een samenzang met als refrein Vrolijk is wie gewis al het leed vergeten is en de aftiteling waarbij men niet te beroerd is om De Jong een handje te helpen om de vermeldingen over het scherm te laten rollen. De Jong ontwapent en gedraagt zich als a natural. Bij alle lof dient aangetekend dat De Jong zich in het vervolg meer mag bezig houden met een verdere verdieping van de inhoud van zijn programma. Het zou van deze innemende en getalenteerde vakman een nog grotere grootheid maken.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten